INLEIDING TOT DE ZIEKTELEER VAN HET
KIND
HOORCOLLEGE 1: KINDERGENEESKUNDE – UNIEKE DIMENSIES
50% consultaties huisarts : kinderen
o Groot pakket
Ontwikkelingsperspectief
= veel meer mogelijkheden, bij oudere mensen kan je bv. bij een herseninfarct weinig recupereren in
tegenstelling tot bij een kind bv. appendicitis bij een kind is anders dan bij een volwassene, alle ziektes
bij kinderen zijn anders dan bij volwassenen
o Fysische ontwikkeling
o Persoonlijkheidsontwikkeling
o Sociale ontwikkeling
̶ Meer oog voor dit aspect hebben door paramedici want geneeskunde focust zich
soms teveel op het medische aspect
Toename chronische ziektes
o Epilepsie, mucovisidose,… 50% van de kinderen hebben een chronische ziekte
o Er is een shift naar chronische ziektes t.o.v. vroeger meer infecties-antibiotica-genezen
Toename gedrags’problemen’
Medicatiebeleid bij kinderen
o Zelfde medicatie maar andere omgang
Veranderende sociale/familiale omgeving voor kinderen
“beschavingsgraad van een samenleving kan gemeten worden door %BNP dat besteed wordt aan zorg voor
zwakken in die samenleving”
Hoeveel geld er naar de medische wereld gaat bepaald de beschavingsgraad van een land
Situering probleem van kindergeeskunde
90% van de kinderen in de 21e eeuw wordt geboren in de ‘derde wereld’
Elk uur sterven 1000 kinderen, 970 hiervan in ontwikkelingslanden
Studie: reden mortaliteit kinderen onder de 5 jaar
taart / area = neonatale sterfte
o 28 dagen na de bevalling = neonatale periode
o 1/3 van de kinderen sterft rond deze tijd
o Infecties = hoofd mortaliteit bij kinderen
o Erg want infecties kunnen voorkomen
worden door vaccinaties
Charlotte T.
,EPIDEMIOLOGIE KINDERGENEESKUNDE IN VLAAMS GEWEST
2005
Mannelijke baby’s: 33 109 (51,5%)
Vrouwelijke baby’s: 31 116 (48,4%)
Gemiddelde leeftijd van moeder bij eerste kind 28 jaar sinds 2005 vs 27,2 jaar in 1996
Fysisch/biologisch veel gunstiger om kind rond de leeftijd van 20 jaar te krijgen
Zwangerschapsduur (2005) normaal 40 weken (9 maanden)
0.5%<28w prematuriteit is een pijnpunt binnen geneeskunde
0.6% 28-31w veel te vroeg bij kinderen
6.3% 32-36w premature geboorte = geen goede start
92.7%>37w liefste = à terme geboorte = goede start maar alsnog kan veel fout lopen
Aangeboren misvormingen (2005) bij 2% van geboorten
1-2 % ondertussen
Totale foeto-infantiele (wegen 500g – en zijn 1 jaar oud) sterfte per 1000 levend- en doodgeborene
9,1 (2003)
8,3 (2004)
NU: 6/7 per 1000
Foeto-infantiele sterfte = 500gram bij geboorte en tot de leeftijd van 1 jaar
o Cijfers zakken door betere geneeskundige zorg, preventie van wiegendood is ook sterk verbeterd
bv. kindje op de rug leggen i.p.v. de buik, temperatuur in de kamer,…
o Verdiende een pluim voor regering/kind&gezin/…
o We zien nog zelden kinderen die sterven door wiegendood
DIRECTE PRENATALE RISICOFACTOREN
Roken
o = meest ernstig, heel veel negatieve effecten op de ontwikkeling van het kindje
Medicatie (coumarines, thalidomide, anti-epileptica,…)
Alcohol misbruik
o Al bijna verslaafd zijn alvorens je effect ziet
Drug abuse
Infecties: TORCH: toxoplasma, rubella, CMV, hepatitis, rubella
= infecties die je best niet krijgt tijdens zwangerschap omdat foetus hier sterk van kan afzien
o Toxoplasma = banale luchtwegeninfectie
o Rubella = rode hond,… = perfect te voorkomen via vaccinatie DUS mama moet gevaccineerd zijn
Overdosis vitamine A
Foliumzuurdeficiëntie rond conceptie
Stress
Charlotte T.
, Mama’s uit de 3e wereld bezitten vaak niet één maar meerdere risicofactoren waardoor het kindje dus
automatisch met een achterstand zal ontwikkelen en bij de geboorte al zwak zal zijn
INDIRECTE PRENATALE RISICOFACTOREN
= risicofactoren die ervoor kunnen zorgen dat het kind niet optimaal ontwikkeld in de baarmoeder en ook niet
daarna
Materneel
Hypertensie
Obesitas
o Ondervoeding door de moeder (kindje krijgt onvoldoende voeding) kan zorgen voor obesitas bij
het kindje later, het is een risicofactor maar geen directe oorzaak
Diabetes
o Genoeg laten controleren zodat het kindje er niet van afziet
Verloskundige voorgeschiedenis van herhaald miskraam of premature geboortes
Genetische risicofactoren
Leeftijd van de moeder >35 jaar
Voorgeschiedenis van congenitale afwijkingen
Familiale erfelijke aandoeningen
Ouder drager van chromosomale afwijking
Consanguine ouders
o Ouders die een bloedverwantschap hebben bv. neef/nicht/zelfde grootouders/…
PRE-NATALE DIAGNOSE
Echografie
= meer en meer gedetailleerd, je kan de bouw bekijken (anatomische follow-up) maar kan je niets
verzekeren, ook kan je de functies niet bekijken (vergelijking kijken auto + niet weten of motor werkt)
Bloedafname: infecties, NIPT test = niet invasieve prenatale test (chromosoon afwijkingen)
Bloed van de moeder onderzoeken om te kijken of er cellen van de foetus te zien zijn, in deze cellen kan je
gaan kijken of er afwijkingen zijn in het genetisch materiaal. Het is een goede test maar zegt zeker niet alles.
Amniocentese (vruchtwaterpunctie)
Voorganger van de NIPT-test omdat het meer risico’s met zich meebracht
Prenatale echografie: structurele afwijkingen
= aanleg stoornissen
CZS : anencefalie, spina bifida, hydrocefalie, microcefalie, encefalocoele,…
Cor : congenitale hartafwijkingen
Thorax : hernia diafragmatica
Faciaal : gespleten lip, gespleten verhemelte,..
GI : obstructie, exomfalocoele, gastroschizis,…
Urogenitaal : cystische nieren, dysplastische nieren, obstructieve aandoeningen
Skelet : skeletdysplasie,…
Hydrops : oedeem van de huid, pleurauitstorting, ascites
Charlotte T.
, = puur anatomisch en wat als we iets vinden, wat doen we ermee als we iets weten bv. bij dwerggroei is dit een
reden om de zwangerschap te onderbreken of niet
Lichaampje controleren
Gespleten lip?
Hersenafwijkingen?
Reconstructie gezichtje
FOETAAL ALCOHOL SYNDROOM
= wanneer mama meermaals dronken is tijdens de zwangerschap
Kenmerken:
Hoofd te klein = heel belangrijk want dit betekent kleinere hersenen
Speciale bovenlip
Streepje tussen neus en bovenlip ontbreekt (filtrim)
Ogen staan dichter bij elkaar
Charlotte T.