SAMENVATTING PSYCHOTHERAPEUTISCHE
MODELLEN
1. INLEIDING IN PSYCHOTHERAPIE
1.1. WAT IS PSYCHOTHERAPIE?
1.1.1. DEFINIËRING
PSYCHOTHERAPIE = een behandelingsmethode die wordt toegepast bij
psychische of psychosomatische klachten en problemen
Het bestaat vnl. uit gesprekken over klachten en problemen met een
deskundige HV = PSYCHOTHERAPEUT
Lost problemen van een pt. niet op, maar helpt ze anders te zien,
verwerken, moeilijke situaties aan te pakken
Ondersteunt pt. om situatie zelf in handen te nemen
DOEL = psychische klachten opheffen/verminderen
Problemen en klachten waarom mensen in therapie gaan = verschillend
Psychotherapie = meestal via gesprekken, maar woorden hoeven niet
altijd de vorm van een gesprek te hebben (bv. ontspanningsoefeningen)
Psychologische BH kan ook via internet = e-mental health
Cognitieve-gedragsmatige BHprotocollen worden ingezet, waarbij ZV
via opdrachten een # stappen van een protocol doorloopt en via e-
mail feedback en ondersteuning krijgt v/e ZV + ev. # Face-to-face
contacten
Psychotherapie = BH van psychische problemen door praten Pillen valt
hier NIET onder
Meer en meer worden praten en pillen nu wel gecombineerd in
GEÏNTEGREERDE BH afhankelijk van ernst situatie (volgens DSM)
1.1.2. GRENSGEBIED PSYCHOTHERAPIE – VRIENDSCHAPSRELATIE
Psychotherapie = meer dan “gesprekstherapie”
Een gesprek kan therapeutisch genoemd worden als het door een
deskundige doelbewust wordt uitgevoerd met oog op oplossen of
verbeteren van de psychische problematiek van de pt.
Verschilt essentieel van vriendschapsrelatie
Een vriend, partner, familielid, … kan NOOIT tegelijkertijd HV zijn
HV houdt op wanneer vriendschapsrelatie ontstaat
1.1.3. ONDERSCHEID TSS PSYCHOTHERAPIE EN COACHEN
1
,Coachen en psychotherapie = niet hetzelfde, MAAR groot grijs gebied
tussen beide werkgebieden:
= Beide richten zich op functioneren en ontwikkelen van dat functioneren
≠ Verschil in ernst van de problematiek
Coachen = nadruk op vergroten persoonlijke effectiviteit in het
werk/op andere levensterreinen
Psychotherapie = richt zich op ernstige problematiek die
functioneren belemmert
≠ Een ander onderscheid zit in de behandelingsduur
Bij coachen vaak kortere BGLduur dan bij psychotherapie
Beide blijken wel succesvolle interventies te zijn
1.2. PATIËNT/CLIËNT
In GGZ wordt HV meestal omschreven als patiënt of cliënt, in specifieke
gevallen bewoner of slachtoffer
In ambulante GGZ = cliënt liever niet pt. = verwijst nr medisch
model (de ‘zieke’)
Bij verwijzing naar psychische stoornissen = patiënt
In alg. GZ = zorgontvanger
Vanuit VIVES visie = zorgontvanger
1.3. SAMENWERKINGSRELATIE
Wanneer iemand zich aanmeldt, is het niet altijd vanzelfsprekend dat die
persoon OOK een hulpvraag heeft
Soms onvrijwillig in HV terechtkomen
Cliënten worden vaak volgens aard van hulpvraag ingedeeld = bezoekers,
klagers en hulpvragers
In oplossingsgericht denkmodel = 4 samenwerkingsrelaties
1) VRIJBLIJVENDE RELATIE
Cliënten zien (nog) geen probleem/ontkennen behoefte aan
hulp
Geen veranderingswens
Vaak door iemand anders doorverwezen (duikt vaak op i.k.v.
justitionele HV, verslavingszorg, …)
Relatie is dus “vrijblijvend” als er geen hulpvraag v/d cliënt is,
in de zin da mandaat van cliënt aan HV beperkt is
In deze relatie
HV beweegt mee met verhaal, erkent en complimenteert
cliënt om toch te komen, ondanks het voor hem/haar
overbodig lijkt.
2
, HV vraagt wat voor hen belangrijk is om te bespreken wil
dit gesprek nuttig zijn
Hier wordt veel geluisterd naar cliënt en wordt geen hulp
opgedrongen
2) ZOEKENDE RELATIE
Cliënten ervaren wel veranderingswens, probleem, …, MAAR
cliënt ziet zich niet als deel van het probleem, alsook niet als
deel van de oplossing “De ander moet veranderen”
In deze relatie = vage, algemene doelen, ‘help mij’, waarbij
men zich niet bij machte voelt om een verschil in zijn situatie
te brengen
ZO die alles toeschrijven aan lichamelijke oorzaken situeren
zich hier
3) CONSULTERENDE RELATIE
Cliënten erkennen hun probleem, ervaren veranderwens en
wensen hulp van professional waarbij men zich aanmeldt
Zien zich als deel van probleem en oplossing
Gemotiveerd om te veranderen en stappen te zetten, maar
ervaart te weinig zicht op zijn/haar competenties en
hulpbronnen
4) CO-EXPERTEN RELATIE
Cliënt heeft zicht op passende competenties en hulpbronnen
om doel te bereiken
Cliënt kan eigen leven in handen nemen en zijn/haar
hulpbronnen mobiliseren
Interventie is beperkt tot het helpen implementeren van de
door cliënt aangehaalde oplossingen
HV ondersteunt aan de zijlijn en moedigt aan zelfstandig
verder te gaan
Ultieme vraag: “Wat moet er nog meer veranderen, opdat de
cliënt de HV niet meer nodig heeft?”
1.4. HET HULPVERLENINGSPROCES
Psychotherapie (PT) spiegelt zich aan biomedische model in werkwijze
worden grote stappen onderscheiden: diagnose, verklaring, behandeling
1) PROBLEEMVERKENNING
Verheldering van klacht of hulpvraag
Vragen stellen
3
, o Is cliënt aan goed adres?, Kan direct overgeschakeld
worden naar HVtraject of is verdere HV niet
noodzakelijk?, …
2) PROBLEEMANALYSE
Met verkregen info worden verschillende hypothesen over
oorzaak, betekenis en functie van de klachten uitgewerkt
Verklaringen worden vanuit bio-psychosociale invalshoek
benaderd
3) BIOPSYCHOSOCIALE PROBLEEMVERKLARING
Vormt leidraad voor kiezen en toepassen van therapeutische
interventies met oog op probleemoplossing/voorkomen van
nieuwe problemen/terugvalpreventie
HV zal herhaaldelijk verloop beoordelen om HV bij te sturen
Redenering en diagnose/probleem = richtinggevend voor
therapiekeuze
4) THERAPIEKEUZE
Sinds jaren 90 = overheid & zorgverzekeraars willen
uitkomsten PT transparanter maken hierdoor ontstond
methodiek ROM = ROUTINE OUTCOME MONITORING
o Periodiek evalueren van therapie m.b.v. betrouwbare,
valide vragenlijsten wordt hierbij ingevoerd om kwaliteit
te verhogen
5) MONITORING
Biedt mogelijkheid om vinger aan de pols te houden en samen
met de cliënt te bepalen of therapie juiste kant uitgaat
6) UITKOMSTENMETINGEN
Vaak gebruikt voor beleid, onderzoek en benchmarking
1.5. KENMERKEN VAN PSYCHOTHERAPEUTISCHE METHODEN
1.5.1. ONDERSCHEID VOLGENS THERAPEUTISCH DOEL
Onderscheid tussen klachtgerichte- en persoonsgerichte benadering
KLACHTGERICHTE BENADERING
Bedoeling om klachten, symptomen of stoornissen te
verminderen/op te lossen
Bv. gedragstherapie
PERSOONSGERICHTE BENADERING
Bedoeling dat de persoon zijn levenswijze, vaste denk- en
gedragspatronen of zijn persoonlijkheid leert te veranderen
Verwacht dat cliënt betere QoL bereikt en leert problemen beter aan
te pakken
Bv. psychodynamische therapie
4