1.Systeemdenken
1.1 Inleiding
Systeemtheorie: niet allen om individuele personen, maar om relaties tss personen.
Kijken naar relaties sluit nauw aan bij relationele visie.
Systeemtheorie is manier van kijken naar en omgaan met individu-overstijgende sociale systemen
(vb: gezinnen, leefgroepen, teams, organisaties,…)
Communicatietheorie = grammatica van het systeem.
Aandacht dus niet naar individuen die deel uitmaken van het systeem maar naar systeem in z’n
geheel. EN naar relatie- en communicatiepatronen die het systeem kenmerken.
Begrip informatie staat centraal in de systeemtheorie.
Binnen systeemtheorie:
- Alle gedrag is communicatie
- Volgende 4 begrippen zijn identiek= communicatie, interactie, gedrag en beïnvloeding.
Systeembenadering zorgt voor :
- manier om naar systemen te kijken
- aanknopingspunten binnen systemen om interventies te doen vanuit bredere zicht op het
geheel.
1.2 Systeemtheorie
Systeemtheorie= manier van nadenken. Bril waardoor je de werkelijkheid ziet.
1.3 Definitie van begrip systeem
Systeem= samenspel van elementen (individuen) en betrekkingen tss elementen (individuen) dat als
een geheel functioneert door onderlinge afhankelijkheid van elementen (individuen) en dat voor de
betrokken elementen (individuen) bepaalde functies vervult.
Verhaal vossen:
Cyclus hoogtepunt aantal vossen en dalen tot bijna uitgestorven, nadien weer stijgen.
Cyclus enkel vossen bekijken, geen verklaring. Konijnen bij betrekken.
>> Vossen uitsluitend jacht op wilde konijnen (konijnen hebben geen andere vijanden). Hoe meer
vossen, hoe meer konijnen door hen gedood worden, minder voedsel voor vossen, dus aantal vossen
neemt af. Overlevende konijnen vermenigvuldigen zich, nieuwe overvloed konijnen gunstig voor de
vossen,…
Systeem focus op:
- Individu in zijn omgeving.
- De onderlinge relaties, betrekkingen
Betrekkingen hebben bepaald patroon?
, Systeem heeft een structuur.
Systeem is open en onbegrensd
Vbn van systemen: gezin, leefgroep, vriendengroep, team, organisatie,..
1.4 Kader en context als kernbegrippen
- Objecten in breder kader, context bekijken
- Kijken via een meer omvattend geheel
- Brede blik
- Objecten zien als onderdeel van en beïnvloed door het systeem waar ze deel uitmaken
- ..
1.5 Belangrijkste uitgangspunten van systeemtheorie
Kern van systeemtheorie samengevat in 5 principes:
1. Geheel is meer dan de som van de delen
2. Systeem bepaalt in belangrijke mate het gedrag van de individuen
3. Systeem probeert zich op allerlei manieren aan te passen aan zijn omgeving, omdat het wil
overleven
4. Systeem heeft de eigenschap zichzelf te handhaven en te blijven voortbestaan wanneer het
eigenlijk geen recht van bestaan meer heeft
1.5.1 Geheel is meer dan de som van de delen
Systeem heeft een eigen karakter, en niet de som van eigenschappen van de delen.
= groep is meer dan de soms van haar delen
Binnen het systeem (geheel) zijn de delen van elkaar afhankelijk.
>> Als er iets in het systeem verandert, komt het gehele systeem in beweging.
1.5.2 Systeem bepaalt in belangrijke mate het gedrag van de individuen
Ieder gedrag van individu wordt bepaald door systeem en omgeving.
1.5.3 Systeem probeert zich op allerlei manieren aan te passen aan zijn omgeving, omdat het wil
overleven
Systeem past zich steeds aan aan omgeving om te overleven.
1.5.4 Systeem heeft de eigenschap zichzelf te handhaven en te blijven voortbestaan wanneer het
eigenlijk geen recht van bestaan meer heeft
Ieder systeem probeert zich te handhaven, kwestie van overleven en blijven voortbestaan.
1.6 Kenmerken van open systeem
, 1.6.1 Niveaus waarop systemen en delen geformuleerd kunnen worden
Niveaus waarop systemen en hun delen worden geformuleerd, variëren van situatie tot situatie.
Het flexibele karakter van het systeembegrip maakt dat de gebruiker niveau waarop hij het systeem
definieert zelf mag bepalen.
Is vanuit perspectief van vpk een gezin een systeem?
Is vanuit perspectief van buurtwerker een gezin een systeem?
1.6.2 Tijdselement
Ontwikkeling van systeem heeft tijd nodig.
> Bepaalde onderlinge afhankelijkheid en structuur nodig >> vraagt tijd.
Vormt een groep ptn die komen voor echo een systeem?
Vormt groep startende eerstejaarsstudenten een systeem?
Vormen een groep 2ejaars studenten een systeem?
Vormen vaste bezoekers van een dagverzorgingscentra een systeem?
1.6.3 Totaliteit of systeemsamenhang
Totaliteit of systeemsamenhang= als er verandering optreedt in deel van systeem, ook verandering
brengen in alle andere delen van systeem.
= Alles hangt met alles samen.
Vb mobile, als er raam openstaat komt mobile in beweging, kan hele tijd duren voordat zo’n systeem
weer tot rust is gekomen en nieuw evenwicht heeft gevonden.
1.6.4 Niet-optelbaarheid
Geheel is meer dan de som van de delen.
Eigenschappen van het systeem ≠ eigenschappen van individuele leden van het systeem.
Het gaat om de eigenschappen van het systeem als geheel.
1.6.5 Subsysteem
Subsysteem= willekeurige samenstelling van 2 of meer leden van systeem.
Vb: in ziekenhuis onderscheidt men ≠ subsystemen: vpk, artsen, logo, kin,..
In gezinnen onderscheidt men het subsysteem van ouders en subsysteem van de kinderen.
Buitensysteem= Vb: gezin heeft verschillende subsystemen: familie vader, familie moeder, vrienden,
jeugdbeweging, vrije tijd, werk, school,…
1.6.6 Coalitie
Coalitie= subsysteem van 2 of meer leden