Postnatale periode week 1
HC Klinisch onderzoek
Onderzoek van de pasgeborene
Biometrie van de voldragen baby:
• gewicht:
p50: 3.200 kg (2.600 - 4.000 kg)
Waneer de baby met een geboortegewicht van meer dan 4 kilo zakt de suiker heel
snel bij de geboorte. Dit is absoluut niet fijn.
• lengte:
p50: 49 cm (46 - 52.5 cm
• hoofdomtrek:
p50: 34 cm (32 - 37 cm)
Vitale tekens:
• Temperatuur (anaal gemeten): tussen 36.5° en 37.5°
Wanneer dit afwijkt kan dit aanduiden op een infectie
• Ademhaling: 40-50 per minuut
Als dit hoger is kan dit duiden op een probleem
• Polsfrequentie: 100 tot 180 per minuut
(Gewoonlijk tussen 120 en 160)
• Bloeddruk: wordt invasief gemeten bij intensief behandelde extreme prematuren
Onderzoek van de pasgeborene
Circulatie:
Hart:
Auscultatie (stethoscoop)
• Harttonen
• Het hartritme en frequentie
• Aanwezigheid van hartgeruisen ( hoorbaar na eerste twee dagen)
• Kunnen wijzen op aangeboren hartafwijkingen
Palpatie
• Hartslag of ictus (tipvan het hart (apex) tegen de borstkas)
• Ligging
• Kracht.
Huid:
Algemeen aspect hangt af van de zwangerschapsduur:
• Prematuren: dunne tot zeer dunne huid
• Normale pasgeborenen: zachte huid, met onderhuids vet
• Overdragen baby’s: zeer droge perkamentachtige huid, soms met kloofjes, het
onderhuidse vet verdwijnt door placenta-insufficiëntie.
huid van overdragen baby:
afschilferend en perkamentachtig
,Huid:
• Huidsmeer of vernix caseosa
• Beschut de huid tegen vruchtwater
• Verdwijnt in utero rond de 40ste week.
• Zo de baby vroeger wordt geboren, moet het niet worden afgewassen, het
wordt vrij snel geabsorbeerd door de huid.
Kleur
• Dieprood (plethora):
Door overdreven hoog aantal rode bloedlichaampjes, oververhitting of te veel
zuurstof
• Geel (icterus):
Merkbare geelzucht: bilirubinegehalte boven 5 mg/dl
Afbraak rode bloedcellen
• Bleek:
Niet normaal: kan gevolg zijn van asfyxie (zuurstof tekort), anemie (tekort aan rode
bloedcellen / bloedarmoede) , shock (falen van bloedsomloop) of open ductus
• Blauw:
• Centrale cyanose (huid, tong, lippen) is gevolg van onvoldoende
zuurstofverzadiging van het bloed, gewoonlijk door longaandoening of
aangeboren hartafwijking
• Acrocyanose (enkel handen en voeten): gewoonlijk normaal, of te wijten aan
onderkoeling. Bij oudere baby’s kan het gevolg zijn van ondervulling of shock
• Blauwe plekken:
Traumatische geboorte
• Gebloemde huid (cutis marmorata):
kan normaal zijn, of door koude, ondervulling of sepsis (infectie in het bloed).
uitslag:
• Milia (gerstenkorrel)
retentie van keratine in het gelaat
• Retentie talgkliertjes
witte vlekjes op neus, mogelijks ook op voorhoofd en kin, gevolg van hormonale
stimulatie
• Erythema toxicum (heel frequent)
rode vlekjes van enkele millimeter met een kleine witte verhevenheid in het midden,
meest opvallend rond de tweede of derde dag, kan tot de leeftijd van een week
duren. Duur: week a tien dagen
• Luieruitslag
door te langdurig contact met natte en met stoelgang bevuilde luier
gewoonlijk bijbesmet met Candida albicans, een gist.
rode scherp begrensde vlekken, met kleine satellietletsels.
,huid
geboortevlekken (naevi)
• ‘ooievaarsbeet’:
• niet verheven vasculaire naevus, achterin de nek, in het midden van het
voorhoofd en op de oogleden, verdwijnt in het eerste levensjaar
• naevus flammaeus of ‘wijnvlek’ :
• niet symmetrisch, verdwijnt niet met het ouder worden
• caverneus hemangioom:
• dikke rode massa, groeit in de eerste levensmaanden, verdwijnt bijna altijd in
de eerste levensjaren.
• mongoolse vlek:
• Blauwe plekken over het sacrum, verdwijnen rond de leeftijd van 4 jaar
vaak met meer gepigmenteerde huid. Pigmentcellen zijn nog niet gemigreerd
naar de rest van het lichaam.
Deze vlekken blijven qua kleur hetzelfde en lopen niet uiteen. Het heeft een
scherpe blauwe rand.
Stanfort medicine galary
Transiënte Neonatale Pustulaire melanosis
Onderzoek van de pasgeborene hoofd:
Weten!!
Pijlnaad, kroon naald
• Fontanellen
Rechtop en niet huilend beoordelen. Anders komt er meer druk op te staan.
• voorste fontanel:
• weerspiegelt de druk binnenin de schedel: vol, vlak, ingevallen,
bomberend (verhoogde intracraniële druk)
• sluit tussen 9 en 10 maand
• achterste fontanel:
• sluit voor 4 maand
, schedelnaden:
• kroonnaad, sagittale naad, lambdanaad.
• beweeglijk (moet!) bij de geboorte
• vorming nieuw kraakbeen, omzetting in bot, groei van de schedel
• groei van de schedel volgt groei van de hersenen.
• Vergroeiing van de schedelnaden bij de geboorte is abnormaal
(craniosynostose), geeft abnormale groei.
Door groeischijven omzetten in bot = groei
vervormbaarheid (moulage)
• de schedel wordt gemouleerd tijdens de baring
• deze vervorming verdwijnt in enkele dagen
• craniosynostose
waneer schedel alleen in de lengte groeit.
Moulage van hoofd bij stuitligging< wat platter. Door de zwaartekracht herstelt zich dit in de
meeste gevallen.
caput succedaneum:
• oedeem en/of bloeding in de onderhuidse weefsels, op het voorliggende deel;
verdwijnt in enkele dagen
cefaal hematoom:
• bloeding tussen bot en botvlies wat zich omzet in bot, dit hersteld na een tijd
begrensd door de schedelnaden, verdwijnt na een 6-tal weken
Onderzoek van de pasgeborene nek
• in verhouding zeer kort
• huidplooien zijn hierdoor moeilijk te verzorgen, en gemakkelijk geïrriteerd
• Nakijken op:
• beweeglijkheid
• de claviculae (sleutelbeenderen): fractuur mogelijk bij moeilijke bevalling
(zware baby’s)
• zwellingen: deze kunnen zich o.a. voordoen over de m.
Sternocleidomastoideus(nek) (bloeding) of over de ductus thyreoglossus
(embryonale resten) (kyste)