Hoofdstuk 17: splicing, editing en
katalytisch RNA
• Splicing: uitknippen introns + aan elkaar zetten van exons in RNA => niet colineair met DNA
• GU-AG-splicing bij vorming mRNA:
→ Bij vorming mRNA van nucleaire genen, vrij uitgebreid
→ Alle introns van GU-AG klasse bezitten dezelfde sequentie aan 3’- en 5’-uiteinde: GU….AG
⤷ Onderdeel van langere consensus sequentie aan “splice sites”
→ 5’-splice plaats consensus: 5’ AGGUAA↓GU 3’ 1
→ 3’-splice plaats consensus: 5’ (Py2)6N3CAG↓ 3’ 4
• In S. cerevisiae: 5’ UACUAAC 3’ box (branchpoint)
→ Zelfde in alle gistintrons, 18-140 stroomopwaarts van 3’-splice plaats
→ Laatste A: vertakkingspunt, enige nucleotide in introns hogere eukaryoten geconserveerd
• Splicingsproces:
→ Openknippen 5’-spliceplaats, los 5’-uiteinde G bindt met A van intron fosfordiësterbinding
→ Openknippen 3’-spliceplaats => lasso met intron komt vrij
→ 3’OH-uiteinde van exon 1 bindt met 5’P-uiteinde van exon 2
→ Vrijgekomen lassostructuur afgebroken tot vrije nucleotiden door nucleasen
• Splicing kan niet doorgaan zonder snRNP’s (small nuclear riboproteins)
→ Elk onderdeel ervan is gemaakt uit 1snRNA + meerdere proteïnen
→ Vormen samen spliceosoom: complex dat uitknippen van introns doet
→ Specificiteit splicing bepaald door 5 van deze snRNAs: U1, U2, U4, U5, U6
⤷ Bevatten sequenties complementair aan splice plaatsen, vertakkingspunt of andere
sequentie belangrijk voor splicing
▪ U1-RNA5: brengt uiteinden intron samen
▪ U2-RNA: bindt nadien op vertakkingsplaats, basenpaart met U4/U6-complex
▪ Nu kan A binden met G uit donor-splicesite
▪ Exon komt vrij en lassostructuur gevormd, nadien ook tweede exon
▪ U5-RNA: zorgt ervoor dat beide exons in elkaars buurt komen en binden
• Bij correcte splicing wordt telkens de 5’- en 3’-splice plaats v/h zelfde intron bij elkaar
gebracht
• Splicing gebeurt niet sequentieel maar er is een voorkeursvolgerde van intronverwijdering
• Sommige auto-immuunziekten: antilichamen tegen 1 of meer snRNP’s (vb. thalassemia’s)
• Soms uit 1 transcript meerdere mRNA => alternatieve splicing
→ Kan voorkomen als vorm van genregulatie6 (vooral bij complexere organismen)
→ Mogelijk door splicingregulerende eiwitten: activeren / onderdrukken splicing van introns
⤷ Afhankelijk van aan-/afwezigheid eiwitten gaat splicing door
→ Mogelijk door compacter chromatine: spliceosoom heeft dan meer tijd om te vormen
⤷ Lokale chromatinestructuur afhankelijk van celtype
1
Donor-splicesite
2
Hier kan een pyrimidinenucleotide voorkomen
3
Eender welke nucleotide
4
Acceptor-splicesite
5
Kan basenparen met nucleotiden in zowel 3’- als 5-uiteinden v/h intron
6
Om verschillende varianten van een bepaald eiwit uit 1 gen te produceren
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ameliakirkov. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.