Neuropsychologie
1 HERHALING NEUROANATOMIE
Bekijk pag. 37-45 in de cursus!
2 OMSCHRIJVING EN BEKNOPTE HISTORIEK VAN DE
NEUROPSYCHOLOGIE
2.1 OMSCHRIJVING VAN ‘NEUROPSYCHOLOGIE’
De neuropsychologie bestudeert de relatie tussen de hersenfunctie en het gedrag.
– Centrale focus: de ontwikkeling van wetenschappelijke kennis over menselijk gedrag,
gebaseerd op het functioneren van het menselijk brein
Onderscheid tussen experimentele en klinische neuropsychologie:
Experimentele (cognitieve) neuropsych:
– Focust op hoe cognitieve functies of mentale processen zoals aandacht, geheugen,
taal… verlopen en aangestuurd worden door de activiteit van de hersenen.
– Mentale processen worden hierbij op 2 niveaus bestudeerd:
· Op structureel niveau: gericht op de vraag uit welke deelcomponenten
complexe mentale processen zijn samengesteld en welke relatie deze
deelcomponenten onderling vertonen.
· Dynamische of temporele aspecten: gericht op de vraag hoe mentale
processen in de tijd verlopen.
Klinische neuropsychologie:
– Richt zich op de diagnostiek en rehabilitatie van de gevolgen van hersenbeschadiging.
– Na een beschadiging van de hersenen 3 soorten stoornissen/veranderingen:
· Primaire neurologische stoornissen (treedt op wanneer de primaire hersengebieden
beschadigd raken)
· Neuropsychologische stoornissen (treedt op bij beschadiging van de secundaire en
tertiaire hersengebieden)
· Psychologische veranderingen
De neuropsychologie doet beroep op informatie uit verschillende andere takken van de
wetenschappen:
– Psychologie
– Neuroanatomie
– Neurofysiologie
– Neuropathologie
– Neurochirurgie
2.2 BEKNOPTE HISTORIEK VAN DE NEUROPSYCHOLOGIE
2.2.1 DE OUDHEID: HART-VERSUS HERSENHYPOTHESE
Harthypothese:
– Empedocles (495-435 v. Chr.) & Aristoteles (384-322 v. Chr.): het hart was de bron van
alle menselijke gedrag
– Mentale processen werden gestuurd vanuit het hart, want het hart is warm en actief
Hersenhypothese:
– Plato (427-347 v. Chr.), Hippocrates (460-377 v. Chr.) & Galen (129-199 v. Chr.)
– De hersenen zijn de zetel van ons denken, voelen en handelen
– ‘juiste’ theorie, maar omwille van foute redenen (hersenen dichtst bij de hemel)
2
, Neuropsychologie
2.2.2 18E – 20E EEUW: LOKALISATIONISME VERSUS HOLISME
Nadat men het eens geworden was over het feit dat de hersenen ons gedrag aansturen, werd
de vraag gesteld HOE de hersenen het gedrag controleren. Hier stonden twee opvattingen
tegenover elkaar: het lokalisationisme en het holisme.
2.2.2.1 De lokalisatieleer of het lokalisationisme
De lokalisatieleer gaat ervan uit dat specifieke cognitieve functies op één specifieke plaats in
de hersenen gelokaliseerd zijn.
– Als een hersengebied dat samenhangt met een specifieke cognitieve functie
beschadigd is, zal deze functie bijgevolg uitvallen.
– Gall & Spurzheim: frenologie= bepaalde hersengebieden werden gecorreleerd met
specifieke aspecten van het gedrag.
– Gall: geloofde ook dat de hersenen zich als spieren gedragen: de toegenomen grootte
van een specifiek hersengebied weerspiegeld een toegenomen functie van dat gebied.
· Iemand met een uitzonderlijk geheugen à groot hersengebied à bult
· Zwak ontwikkelde onderliggende hersengebieden à holtes
2.2.2.2 Het holisme
Volgens de holisten waren cognitieve functies niet gelokaliseerd op één specifieke plaats in de
hersenen maar verspreid verdeeld over de hele cortex.
– De hersenen werken volgens hen als een eenheid, een globaal geheel bij het tot stand
brengen van een cognitieve functie.
– Bij beschadiging van een deel van de hersenen kunnen de intacte hersengebieden
compenseren voor eventuele aangetaste functies.
– Flourens & Goltz: cerebrum functioneert globaal en dus geen sprake van lokalisatie
– Ferrier, Fritsch & Hitzig: suggereerde dat de resultaten vd experimenten van Goltz,
eerder wezen op de loklaisatie van sensorische en motorische fucnties in bepaalde
hersengebieden.
2.2.2.3 3.2.3. Bewijskracht voor beide visies
Nieuwe evidentie voor lokalisatie werd gevonden door enkele vaststellingen bij
afasiepatiënten.
3
, Neuropsychologie
Broca:
– Had een patiënt die alleen ‘tan’ kon zeggen, via een autopsie vd hersenen van zijn
HARTHYPOTHESE
patiënt kon Broca aantonen dat deze man een letsel had in de linker frontale kwab (de
area van Broca)
· Linker hemisfeer= de dominante hemisfeer en taalgerelateerd
Patiënten met kogelverwondingen (WOI)
– Leidde tot het opstellen van gedetailleerde kaarten van de hersenen, hierdoor werden
allerlei functies gelokaliseerd.
Wernicke:
– Niet eens met de lokalisatie van de taalvermogens. Hij zag patiënten die vloeiend
konden spreken maar de gesproken taal niet begrepen.
– Hij stelde vast dat deze mensen een letsel hadden in de linker temporale kwab=
tweede hersengebied (area van Wernicke) die instaat voor de taal.
– Wernicke concludeerde dat er meerdere taalcentra bestaan die onderling met elkaar
verbonden zijn en samenwerken om taal te produceren. (=de fasciculus arcuatus)
· Taalstoornissen kunnen dus ook ontsaan zonder dat een taalcentrum
HERSENHYPOTHESE
beschadigd is, maar ook doordat een verbinding tussen twee centra
beschadigd is.
– Strikte lokalisatie is dus niet juist
Lashley & Franz
– Deden onderzoek naar de neurale basis van het geheugen
– Effect van letsels op de mogelijkheid om geleerd gedrag te blijven uitvoeren: lokalisatie
maakte niet zoveel uit, maar wel de grootte van het letsel
– ‘the Law of Mass Action’: het brein functioneert als één geïntegreerd geheel. Alle
hersengebieden zijn dus samen actief bij het tot stand brengen van een cognitieve
functie.
– ‘the Law of Equipotentiality: verschillende gebieden in de hersenen hebben identieke
funties.
àElk abstract symbool vertegenwoordigt een cognitieve
functie: bv. het symbool ‘-‘ representeert het vermogen om de
aandacht selectief te richten. De gearceerde grijze zone stelt
een letsel in de cortex voor.
Strikte lokalisatieleer:
Bij het lokalisationisme is er slechts één gebied dat
instaat voor het vermogen de aandacht selectief in te
richten. Wordt dit hersengebied beschadigd, dan zal
de persoon niet meer in staat zijn de aandacht selectief
te richten.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper emmalucas. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.