Duurzaamheid
durability vs sustainability
durability= weerstand tegen aantasting BI/FY/CH
indicator voor het E verbruik nodig om het materiaal te ontginnen
1798: Malthus’ An essay on the principle of Population
Bevolkingsgroei= exponentieel, voedselproductie= linear: hongersnood
Malthusiaans plafond
=MAX omvang die de bevolking bereiken kan in verhouding tot grond besch.
Malthusiaans catastrofe= overbolkte SL zal terug in evenwicht komen door veel
sterfte
positive checks= natuurlijke zaken die de bevolkingsgroei beperken (epidemie,
oorlog, ..)= niet genoeg voor hongersnood stoppen
⇒ moral restraint: mensen die geen gezin konden ondersteunen volgens hem geen
gezin stichten
mondiale gevolgen: klimaatverandering, verlies biodiversiteit, verontreiniging,
grondstoffenschaarste
arme landen in ontwikkeling:
minder armoede, lagere bevolkingsgroei
veel meer consumptie, E verbruik, grotere bijdrage klimaatverandering en
biodiversiteitsverlies
⇒ arme landen duurzaam ontwikkelen: anders nog meer uitstoot
⇒ moeilijk op te lossen: korte termijnvisie, partiële oplossingen, omvang
Urban Heat Island effect:
In steden worden zware materialen gebruikt ⇒ beton absorbeert warmte+ huizen dicht
opeen = +8°C klimaatopwarming
oplossen duurzaamheidsvraagstukken:
ontwikkeling bepaalde gebiden bevorderen
energie beheersen
maatregelen biodiversiteitsverlies
evenwicht is moeilijk:
landbouw bevorderen: biobrandstoffen is meer broeikasgassen door kunstmeststof
ontbossing door meer landbouw en meer biobrandstoffen
grote kosten, temp stijging onder 1,5-2°C houden, geen concreet doel biodiversiteitsverlies
trends:
bevolking zal stagneren door ontw laten die meer comfort krijgen, consumptie zal
stijgen
broeikasgassen stijgen: meer invloed landbouwgebieden
zonder invloed biobrandstoffen: landbouwgebied +10%
, OPLOSSINGEN
emissiehandel landen: geldstromen
energiebesparing door efficiëntere oplossing nieuwbouw, vervoer, …
hernieuwbare energie: biedt werkkrachten maar is contextgebonden: vraag-aanbod
weinig rund+zuivel (methaan+grond) meer kip en granen
beschermen natuurgebieden
gebouwde omgeving
= gebouwen, infrastructuur, nutsvoorzieningen
embodied= materialen en energie om te bouwen
operational=energie om comfort te verzekeren
levenscyclus gebouw:
1. ontginnen grondstoffen - energie en water verbruik
2. fabricage materialen - emissie broeikasgassen
3. constructie gebouwen - afvalproductie
4. gebruik gebouwen
5. onderhoud en renovatie
6. afbraak
7. afval, hergebruik, recyclage
Duurzaam ontwerp
= minimaliseren milieu-impact tijdens ganse levenscyclus door rekening te houden met:
1) grondstoffen schaarste:
correcte oriëntatie, aangepaste technieken, materiaal efficiënt werkt, water- en
warmterecuperatie in fabrieken
2) minimaal gebruik eindige bronnen
lokale materialen, minimaal hout + water, zon + windE, bestaande technologie
vervangen,
juistte grootte gebouwen, recyclage
3) minimaliseren pollutie
schone productie + ontginnen hergebruik materialen, schonere technologieën,
polluerend materiaal vermijden
4) ontwerp voor demontage
stimuleert recyclage, minimaliseert afval en bevordert andere functies: verbindinge,
lichter maken, geen composieten
5) minimaliseren afval
hergebruiken + recycleren: standaardafmetingen, afvalplan bij productie, productie-
efficiëntie
6) ontwerpen aandacht recyclage
E, demontagetijd beperken
7) ontwerpen aandacht duurzaamheid
Langere levensduur, minder onderhoud: levensduur afstemmen op levensduur
gebouw
Duurzaamheid= mat, functie, omgeving, wijzigende normen