RUIMTELIJKE ORDENING 20-21
1: INLEIDING
Ruimtelijke ordening = ruimtelijke planning: het proces waarbij met een groot aantal spelregels de
leefruimte planmatig wordt benut en ingericht. Daarbij wordt rekening gehouden met individuele en
gemeenschappelijke belangen.
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
- Bundeling van wetgeving over ruimtelijke ordening
- Eerste versie in 2009
- Zeer regelmatig aangepast
- Codex regelt een gewestaangelegenheid (art 1.1.1.)
- Art 1.1.3. en art 1.1.4
- Er zijn ook nog hogere internationale en Europese normen, die hebben een invloed op
stedenbouwkundige regels die het gewest wil aannemen en op de manier waarop
beslissingen worden genomen.
THEORETISCH KADER: STRATEGISCHE RUIMTELIJKE PLANNING: DRIESPORENPLANNING
!! Driesporenplanning = strategische planning:
- lange termijnvisie: groene ring rond de stad maken
o Hoe ziet de stad er uit in 2050
o Hoe zouden we willen dat de stad er uit ziet
- korte termijnacties: plaatsen gaan selecteren om die dat te gaan ontwikkelen (vb. spoor noord)
o Op welke manier kan dat bereikt worden
o Welke projecten en acties moeten genomen worden
- draagvlak en participatie: mensen moeten begrijpen waarom de projecten worden gerealiseerd,
wat de meerwaarde is. Mensen enthousiast krijgen voor de toekomstplannen.
o Mensen klaar maken voor de toekomst
o Samen realiseren
o Voorkomen van protest
KENMERKEN RUIMTELIJKE PLANNING
!! Drietrapsplanning
Ruimtelijke ordening wordt getrapt uitgevoerd op drie verschillende beleidsniveaus (art 1.1.3 VCRO)
- Het Vlaams gewest: algemene regels (vb. betonstop en meer groen)
- Provincies: ook nog grotere structuren (vb. grote groenstructuren voorzien) kan grove lijnen
tekenen
- Gemeenten: niet bevoegd voor algemene problemen. (gaan bv. parken voorzien)
,De ruimtelijke ordening van de drie verschillende beleidsniveaus wordt vastgelegd in:
- Ruimtelijke structuurplannen of ruimtelijke beleidsplannen : vormen de visie, het grote plan dat
de gewenste ruimtelijke ontwikkeling formuleert. Vormt het basisdocument. = TRAP 1
- De ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) en verordeningen zorgen voor een juridische
verankering van deze ruimtelijke visie = TRAP 2.
- Omgevingsvergunningen vormen de effectieve realisatie van de visie op het terrein = TRAP 3
Subsidiariteitsbeginsel (= basisbeginsel)
ruimtelijke ordening is verdeeld over de drie overheidsniveaus. Als je met de drie niveaus samen aan
ruimtelijke ordening wilt werken moet je de taken verdelen. Ieder niveau heeft zijn eigen
bevoegdheden.
uitganspunt:
- Lagere overheid (gemeente) is bevoegd
- Tenzij: problematiek, aard, grootte bevoegdheid lagere overheid overstijgt
- Algemene problemen, uitgangspunten = hogere overheid
- Plaatsspecifieke vragen = lagere overheid
UITDAGINGEN VOOR RUIMTELIJKE PLANNING
Antwoord bieden op “maatschappelijke uitdagingen”:
Bevolkingsgroei, Klimaatuitdagingen, Toenemende diversiteit, Vergrijzing van de bevolking,
Verkeerscongestie, Veranderende economie, Nieuwe technologieën, Politieke veranderingen
Ruimtelijke planning is toekomstgericht, rekening houdend met trends en prognoses maar niet alles
kan voorspeld worden dus voldoende flexibiliteit inbouwen.
ACTOREN BINNEN RUIMTELIJKE PLANNING (les 4)
Commissie ruimtelijke ordening
- Op provinciaal en gemeentelijk niveau:
o Provinciale commissie voor ruimtelijke ordening of PROCORO
o Gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening of GECORO
- Iedere provincie of gemeente verplicht om zo’n adviesraad te hebben
- Mogelijkheid voor intergemeentelijke commissie ruimtelijke ordening (ter vervanging van
gemeentelijke)
GECORO
- Taken adviesverlening
o Adviseert het gemeentelijk beleid over ruimtelijke ordening en stedenbouw
o Speelt een belangrijke rol in goedkeuringsprocedure van:
Ruimtelijk beleidsplan
Ruimtelijke uitvoeringsplannen
Stedenbouwkundige verordeningen
o Kan advies verlenen bij:
Omgevingsvergunning
Verkavelingsvergunning
, o Adviezen uitgebracht op:
Vraag van gemeentebestuur
Eigen initiatief
- Samenstelling
o Min. ¼ van alle leden: deskundigen RO
o Max. ¾ van alle leden vertegenwoordigers “voornaamste maatschappelijke geledingen”
uit de gemeente
o Niet toegelaten: Ambtenaren van betreffende gemeente & Politiekers
o Aantal leden afhankelijk van inwonersaantal gemeente
o Benoeming voor zes jaar, overeenkomstig legislatuur GR
- Samenstelling in Antwerpen
o vertegenwoordigers van de voornaamste maatschappelijke geledingen: bedrijfswereld,
milieubeweging, onderwijs, werknemers, sociale huisvesting,…
o deskundigen: weten wat er leeft in de stad, kunnen door hun ervaring/interesse/beroep
een onderbouwde bijdrage leveren.
o Deskundigen uit disciplines: ruimtelijke planning en stedenbouw, architectuur, mobiliteit,
erfgoed, transporteconomie, milieukwaliteit,…
- Statuut van adviezen: de adviezen zijn niet-bindend, moeten gemotiveerd zijn en bevatten ook
de minderheidsstandpunten.
Omgevingsambtenaren
- Gewestelijk omgevingsambtenaar
- Provinciale omgevingsambtenaar
- Gemeentelijk omgevingsambtenaar
Opdracht: voorbereiden beoordeling van omgevingsvergunningsaanvragen; begeleiding opmaak van
ruimtelijke plannen; = spilfiguur op het vlak van ruimtelijke ordening
Ruimtelijke planners
- Register ruimtelijke planners: diploma RP vereist
- Opdracht: opmaak van ruimtelijk beleidsplan (of ruimtelijk structuurplan), opmaak van ruimtelijk
uitvoeringsplan
Vlaams bouwmeester (les 3)
Wie/wat is Vlaams Bouwmeester
- ontstaan in 1998
- een team van ongeveer 15 personen, met aan het hoofd dé Vlaams Bouwmeester
- Erik WIeërs (sinds augustus 2021)
- geen politieke aanstelling, 1tje voor Vlaanderen (je hebt er ook in steden maar is niet
overkoepelend)
missie:
- Bevorderen van de architectuurkwaliteit van de gebouwde omgeving
- rekening houdend met: stedenbouwkundige omgeving, gebruik en beleving, beeldwaarde,
bouwtechniek, energie- en kostenbeheer, enz.
- door begeleiding van opdrachtgevers
- bij publieke en publiek-private projecten