ONDERZOEKSPROJECT THEORIE
Hoorcollege’s zijn gesloten boek
Lezingen en teksten zijn open boek
DEEL 1 INTERIEURTHEORIE
HOOFDSTUK 1 WAT IS THEORIE
1.1 VERSCHILLENDE VORMEN/ VERSCHILLENDE BENAMINGEN
1.1.1 Een paradigma
Een paradigma= een samenstelling van concepten, waarden, percepties en praktijken die gedeeld worden door een
gemeenschap en die een bepaalde kijk vormt op de realiteit, die aan de basis ligt van de manier waarop deze
gemeenschap zich organiseert.
- Gaat over een dominant denkkader
- Thomas Kuhn schrijft hier veel over
Voorbeeld: het dominante denkbeeld van de superioriteit van de Westerse blanke man.
Kuhn theorie
Elk paradigma bestaat uit
- De vakwetenschappelijke theorieën van een discipline
o Grondbegrippen worden vastgesteld
o Theoretisch raamwerk
o problemen als zinvolle problemen van het vak kunnen erkend worden en waarbinnen ook een
oplossing geformuleerd moet worden
- De filosofische vooronderstellingen
o Algemene stellingen
o bijvoorbeeld het idee dat de causale verklaring (oorzaak en gevolg) het verklaringsmodel van de
wetenschap is
o Een ander filosofisch uitgangspunt is dat de materiële wereld gekend kan worden door
waarneming en experiment.
- Waarden
o de waarden die de wetenschappelijkheid van het onderzoek garanderen
o De logische consistentie van het redeneren, de waardenvrijheid van het onderzoek en bovenal de
eerlijkheid omtrent de feiten
o Wetenschappelijke feiten zijn het resultaat van precieze en herhaalde waarneming en experiment
- Exemplarische voorbeelden (canon)
o De drie vorige onderdelen zijn theoretisch van aard, de exemplarische voorbeelden zijn praktisch
van aard
o de brug te slaan tussen theorie en werkelijkheid
o De drie vorige onderdelen worden onderwezen in de auditoria, de exemplarische voorbeelden
horen thuis in de studio’s of practicumzalen
Kuhn onderscheidt drie fasen in de evolutie van een discipline
- De preparadigmatische periode
- De paradigmatische periode: er wordt onderzoek gedaan, de discipline ontwikkelt zich
- De periode van paradigmatische omwenteling
1
,1.1.2 Een theorie
Theorie= is een geheel van denkbeelden, hypothesen, verklaringen die in onderlinge samenhang worden
beschreven. In de wetenschap is een theorie vaak een getoetst model ter verklaring van waarnemingen. een manier
om de wereld rondom ons te begrijpen. Op basis van onderzoek vomt men theorie, een verklaring over bepaalde
fenomenen.
Theorie overlapt maar verschilt van...
- De geschiedenis: bescrhijft en behandelt het verleden, toont hoe anderen in het verle’den een onderwep
hebben benaderd
- Kritiek: beoordeelt en interpreteert bestaande fenomenen en artefacts op basis van de normen en waarden
van de criticus
Komt tot stand op basis van een wetenschappelijk onderzoeksmethode
1.1.3 Een conceptual raamwerk/ theoretisch model
Een conceptual raamwerk/ theoretisch model= een organiserend apparatus binnen onderzoek. het toont de
elementen in een dynamische relatie, door het beschrijven van een proces of actie. De dynamische demonstratie van
werkende elementen in actie als onderdeel van een structuur of de demonstratie van een relatie tussen elementen is
wat een model onderscheidt van een taxonomie.
1.1.4 Een typologie/ taxonomy/ classificatiesysteem
Een typologie= in het algemeen een onderverdeling van een groep personen, beschrijvingen, objecten op basis van
enkele gemeenschappelijke kenmerken.
Voorbeeld: de Belgische steden kunnen onderverdeeld worden volgens provincies ('steden in Limburg', 'steden in
Antwerpen), ...), naar inwoneraantal ('steden met meer dan 500.000 inwoners', 'steden met tussen de 250.000 en
500.000 inwoners', ...), of een combinatie ('steden in Limburg met meer dan 500.000 inwoners', ...).
Taxonomie= het indelen van individuen of objecten in groepen (taxa).Taxonomie is hiermee een vorm van
classificatie . Taxonomie verwijst naar zowel de gehanteerde methodologie van de indeling als naar de hiërarchische
ordening die hiervan het resultaat is. De taxonomie is van oorsprong de vakwetenschap binnen de biologie, die
soorten organismen ordent (classificeert) op grond van hun evolutionaire verwantschap. Inmiddels wordt het begrip
taxonomie, bij uitbreiding, ook voor andere, formele classificatiesytemen gebruikt.
2
,1.2 VERSCHILLENDE INTENTIES T.A.V. ONDERWERP
1.2.1 Presciprieve theorie
- De voorschrijvende theorie: bewering die een soort handelingen aanbeveelt of suggereert; normatief: “hoe
iets behoort te zijn"
- beidt nieuwe of vernieuwde oplossingen voor specifieke problemen; het functioneert door nieuwe normen
voor praktijk te installeren
- Het promoot positieve normen en nieuwe methoden
- Dit soort theorie kan kritisch zijn t.a.v. het bestaande of net bevestigend (affirmatief) De toon van
prescriptieve theorie is vaak polemisch.
Voorbeelden: “A case for Figurative Architecture” van Michael Graves (essay dat een terugkeer suggereert naar
humanistische idealen); “Hannovers Principles” van William McDonough (is een ecologisch manifest)
1.2.2 Prosciptieve theorie
- Verschilt met prescriptieve theorie, omdat het normen voorschrijft over wat moet vermeden worden;
normatief: “hoe iets niet behoort te zijn"
- Goede interieurarchitectuur/architectuur/stedenbouw vanuit een proscriptief perspectief wordt gedefinieerd
door de afwezigheid van negatieve eigenschappen.
Voorbeeld: de stadsplanningscode voor de kust in Florida door de architecten Andres Duany en Elizabeth Plater-
Zyberk. Deze code, een voorbeeld van conservatieve instrumentele theorie, bepaalt maatregelen voor kwaliteit door
het beperken van keuzen in materiaal en stijl.
1.2.3 Kritische theorie
- Kritische theorie evalueert
- In het geval van kritische architectuurtheorie, evalueert zij de gebouwde wereld en de relatie tussen
architectuur en de maatschappij, waarvan zij in dienst staat
- Dit soort van polemisch schrijven heeft vaak een politieke of ethische orientatie en de intentie is
verandering stimuleren
- Kritische theorie is ideologisch gegrond in het Marxism en het feminism
Voorbeeld: “Interior Social Compact: Key to the Quest for Professional Status” artikel van Barbara G. Anderson,
M.Arch., Peggy L. Honey, M.S., and Michael T. Dudek, M.S.
1.3 ALGEMENE KENMERKEN VAN THEORIEVORMING
1.3.1 “Ongoing process” voortdurend proces
- de ontwikkeling van theorie is “the ongoing process of producing, confirming/disconfirming, applying and
adapting and refining theory” (Lynham 2001, 222)
- In andere woorden, het is een nooit beëindigde inspanning en een iteratief proces. Het is gebaseerd op het
principe van progressieve inzichten, die leiden tot het verfijnen van theorieën tot op het moment dat een
nieuw paradigma wordt geïntroduceerd, dat leidt tot het ontwikkelen van nieuwe theorieën.
1.3.2 Deel van culturele productie – contectueel ingebed
- De ontwikkeling van een theoretisch lichaam (Body of Theory) is een uiting van culturele productie en
daarom van nature contextueel
- Theorie ontwikkeling volgt nauwgezet de ontwikkeling van disciplines en is sterk beïnvloed door de context
waarbinnen een discipline ontstaat en zich ontwikkeld
3
, 1.3.3 Sterk interdisciplinair
Sinds het post-modernisme is theorie ontwikkeling sterk interdisciplinair geworden
Twee redenen
- “complex discipline-transgressing phenomena cannot be understood adequately by using reductionist
disciplinary approaches.”
- “the prevalent tendency in most disciplines of increasingly narrow and deep specialisation.”
Deze twee evoluties creëren de nood aan interdisciplinair onderzoek en theorie ontwikkeling.
HOOFDSTUK 2 WAT IS HET BELANG VAN THEORIE
2.1 KARAKTERISTIEKEN VAN EEN ACADEMISCHE DISCIPLINE
Een academische discipline is een “technical term for the organization of learning and the systematic production of
new knowledge.”
Je hebt geen academische discipline zonder theorievorm
Kenmerken waar een academische discipline aan moet voldoen
- Een onderwerp
o have a particular object of research (e.g. law, society, politics)
o though the object of research may be shared with another discipline
o bv. Bij dokters het menselijk lichaam, IAR het interieur, ...
- Specialistische kennis ontwikkelen
o have a body of accumulated specialist knowledge referring to their object of research
o which is specific to them and not generally shared with another discipline
o Bv. Kennis van geneeskunde zijn wij als IAR niets mee
- Theorien en concepten
o have theories and concepts that can organize the accumulated specialist knowledge effectively
- taalgebruik
o use specific terminology or a specific technical language adjusted to their research object
o bv. Termen die wij gebruiken vs termen van dokters
- onderzoeksmethoden
o have developed specific research methods according to their specific research requirements; and
maybe most crucially
o op welke manier kunnen wij het interieur onderzoeken
- institutionele omkaderingen
o must have some institutional manifestation in the form of subjects taught at universities or
colleges, respective academic departments and professional associations connected to it.”
o Academische discipline à masteropleiding
2.2 THEORY CONSTRUCTION IN DESIGN RESEARCH: CRITERIA, APPROACH & METHOD
2.2.1 verschil tussen wetenschap en ambacht (profesionele praktijk)
“The distinction between science and craft is systematic thought organized in theory. Craft involves doing. Some
craft involves experimentation. Theory allows us to frame and organize our observations. Theory permits us to
question what we see and do.
“To reach from knowing to doing requires practice. To reach from doing to knowing requires the articulation and
critical inquiry that leads a practitioner to reflective insight.”
- Elke discipline is ontstaan vanuit de praktijk
4