KAREL DE GROTE HOGESCHOOL
Educatieve bachelor lager onderwijs
Onderwijsgroep Onderwijs
Campus Zuid, Brusselstraat 45 - 2018 Antwerpen
T: 03/613.14.26 M: stage.basisonderwijs@kdg.be W:http://praktijkweb.kdg.be
LESVOORBEREIDING nr:
Naam: Stage: Praktijk 1 Klasgroep:
School: Leerjaar: 3 Aantal lln.: 20
Datum:
Mentor: Uur:
Leergebied/ Leerdomein/
Nederlands Schriftelijke taalvaardigheid
Ontwikkelveld(en): Ontwikkelthema’s:
Lesonderwerp: Jeugdboekenmaand: stripverhaal maken
Bespreken met de mentor
☐ Met deze lesvoorbereiding mag je lesgeven, indien je rekening houdt met de feedback.
☐ Deze les mag je niet geven, want je diende de lesvoorbereiding te laat in (minder dan 3 werkdagen voor realisatie)
☐ Deze lesvoorbereiding moet je opnieuw maken want…
Organisatie:
Vraag na bij de mentor of groepjes waarin je de klas hebt verdeel goed zijn zodat alle groepjes gelijk in niveau zijn.
Inhoudelijk:
De leerlingen schrijven een stripverhaal aan de hand van een stappenplan.
Materiaal:
• Prenten uit strips
• Tekst uit de tekstballonnen
• Stappenplan voor het maken van de strip
• Kleurtjes, stiften, papier…
Beginsituatie (leerlingspecifieke gegevens - voorkennis van de klasgroep - organisatie)
Organisatie:
- De leerlingen werken in groepjes van 2.
Voorkennis:
- De leerlingen hebben een les over stripboekklanken gehad, dus ze weten hoe ze klanken moeten tekenen.
- De leerlingen lezen regelmatig strips in de klas.
Leerlingspecifieke gegevens:
.
,Situering in het leerplan en de leergebiedoverschrijdende eindtermen
(Geef de juiste leerplandoelen weer. Per dag situeer je minstens 1 les in de leergebiedoverschrijdende eindtermen.)
Eindtermen:
NE ET 3.5 De leerlingen kunnen (verwerkingsniveau = structureren) de informatie ordenen die voorkomt in: voor hen
bestemde verhalen, kinderromans, dialogen, gedichten, kindertijdschriten en jeugdencyclopedieën.
NE ET 4.7 De leerlingen kunnen voor het realiseren van bovenstaande eindtermen bovendien:
• hun teksten verzorgen rekening houdende met handschrift en lay-out
• spellingsafspraken en -regels toepassen in verband met het schrijven van
o woorden met veranderlijk woordbeeld (regelwoorden):
▪ werkwoorden
▪ verdubbeling medeklinker
o hoofdletters
o interpunctietekens . , ? ! :
SV ET 3. De leerlingen kunnen samenwerken met anderen, zonder onderscheid van sociale achtergrond, geslacht of
etnische origine.
ZiLL
TOsn1 Een schriftelijke boodschap verwerken
TOsn4 Bij het schrijven aandacht besteden aan zins- en tekststructuur, lay-out en beeldende elementen, leesbaarheid,
spelling en interpunctie
SErv3 Samenwerken met anderen en zo bijdragen aan het realiseren van een gemeenschappelijk doel
Kerndoel (Nummer de kerndoelen.)
(Evalueer na de les of de leerlingen de kerndoelen al dan niet bereikt hebben door de kerndoelen te markeren.)
Kenvraag: Uit welke delen bestaat een stripverhaal?
1. De leerlingen kunnen het verband leggen tussen woord en beeld in een stripverhaal.
2. De leerlingen begrijpen dat een stripverhaal in een bepaalde volgorde moet staan.
3. De leerlingen kunnen aan de hand van een stappenplan zelf een stipverhaal maken.
4. De leerlingen kunnen op een ordelijke en nette manier werken.
5. De leerlingen kunnen samenwerken.
Bronnen (Notering volgens de APA-normen: handboeken, naslagwerken, www …)
Kennismaken met strips. (2014, april). Vivesleesplezier.
https://vivesleesplezier.files.wordpress.com/2014/04/kennismaken-met-strips-suggestie-stripmaker.pdf
Mallants, T. (2020, 25 augustus). Striptekenen : Stappenplan. KlasCement.
https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/108811/striptekenen-stappenplan/?previous
Van den Brande, E. (2015, 13 mei). Gooi een verhaal : Creatief schrijven. KlasCement.
https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/56632/gooi-een-verhaal-creatief-schrijven/?previous
Van Dingenen, M. (2019, 25 januari). Werken met boeken in de klas: ontdek de educatieve handleiding. Iedereen
Leest. https://www.iedereenleest.be/over-lezen/de-praktijk/werken-met-boeken-de-klas-ontdek-de-educatieve-
handleiding
Bijlagen (Geef kort aan welke bijlagen bij deze lesvoorbereiding horen.)
• Stripverhalen
• Stukjes tekst
• Oplossing
• Stappenplan en verhaaldobbelstenen
, FASE 1: Tekst bij beeld
Concrete lesdoelen: Materiaal:
• De leerlingen kunnen verwoorden welke afspraken Prenten uit strips, de stukjes tekst uit de tekstballonnen,
ze naleven tijdens deze les. oplossingsbladen
• De leerlingen kunnen vaststellen dat in een strip de
tekstballonnen de prenten ondersteunen.
Werkvorm(en): instructievorm, opdrachtvorm Groeperingsvorm(en): in duo’s
Leerinhoud
(Je noteert zeer gedetailleerd en eenduidig de leerstof die per lesfase aan bod komt.)
Achtergrond voor de leerkracht:
Leerinhoud voor de leerlingen:
• Afspraken: Stilte steken, wanneer de juf spreekt zwijgen de leerlingen, afspraken rond samenwerken
• Een stripverhaal bestaat uit een combinatie van: prenten en tekstballonnen
• Het beeld (= prenten) en de tekst horen bij elkaar.
Je kan de tekst afleiden uit de prenten.
De tekstballonnen ondersteunen de prenten.
, Onderwijsleeractiviteiten
Timing (Je noteert alles wat je tijdens de les zal zeggen, vragen, (voor)doen…, alsook alles wat de leerlingen zullen
doen, antwoorden…)
(Ik zorg op voorhand voor prenten met toebehorende tekst.)
Elk duo krijgt een envelop (met een cijfer erop) met daarin prenten en tekst.
De leerlingen moeten (in duo’s) de stukjes tekst zoeken die bij de tekeningen passen.
De leerlingen gaan opzoek naar gelijkenissen tussen de prenten en de tekst.
Bv. in de tekst wordt iets gezegd over een gele kanariepiet in een kooi, dus gaan de leerlingen opzoek naar een
gele kanariepiet in een kooi op de prent en kunnen ze de tekst en bijhorende prent samenbrengen.
Wanneer de leerlingen klaar zijn, moeten de leerlingen hun gevonden paren nakijken met het oplossingsblad
met hetzelfde cijfer als op de envelop.
Ik loop door de klas:
Wanneer het moeizaam loopt of de oplossing niet correct is, kan ik tips geven:
10’ • Ik kan aangeven hoeveel er wel juist zijn.
• Ik kan aangeven welke juist zijn en welke fout.
• Ik kan samen met de leerlingen overlopen wat er op de prent staat
• Ik kan woorden die de leerlingen niet begrijpen uitleggen.
• …
FASE 2: De volgorde in een strip
Concrete lesdoelen: Materiaal:
• De leerlingen begrijpen dat je goed moet nadenken Verknipte stripfragmenten in enveloppen, oplossingsbladen
over de opbouw van het verhaal.
• De leerlingen kunnen de prenten uit een strip in de
juiste volgorde zetten.
Werkvorm(en): opdrachtvorm Groeperingsvorm(en): in duo’s
Leerinhoud
(Je noteert zeer gedetailleerd en eenduidig de leerstof die per lesfase aan bod komt.)
Achtergrond voor de leerkracht:
Leerinhoud voor de leerlingen:
• Wanneer je een strip maakt, moet je altijd goed nadenken over de volgorde van het verhaal.
• Een verhaal bestaat uit een begin, midden en slot.
Je moet dus eerst de grote lijnen van het verhaal maken om daarna de volgorde van de prenten te kunnen bepalen.
Onderwijsleeractiviteiten
Timing (Je noteert alles wat je tijdens de les zal zeggen, vragen, (voor)doen…, alsook alles wat de leerlingen zullen
doen, antwoorden…)