PSYCHOLOGIE H8 VORMEN VAN BEWUSTZIJN
Op welke wijze is het bewustzijn aan andere geestelijke processen gerelateerd?
Wat betekent bewustzijn? Bewustzijn is de alertheid en dat je je bewust bent van jezelf en van je omgeving.
We gaan er gewoonlijk van uit dat we alert moeten zijn om helder te kunnen denken of een probleem op te
lossen, en slapen of dromen zien we meestal niet als een toestand van alertheid. Het probleem is dat
bewustzijn subjectief en ongrijpbaar is. De algemene definitie van bewustzijn: het proces waarmee de
hersenen een mentaal model creëren van onze ervaringen.
De algemene definitie van aandacht: een proces waarbij het bewustzijn zich concentreert op één item of
‘chunk’ in het werkgeheugen.
Onbewuste processen kunnen tegelijkertijd verschillende activiteiten aansturen.
Algemene definitie van onbewuste processen: proces in de hersenen dat buiten het bewustzijn om gaat,
bijvoorbeeld de regulering van de hartslag, de ademhaling en de controle over de interne organen en klieren.
Verschillende bewustheidsniveaus:
1. Bewustzijn: complex geheel van processen waarmee informatie uit de buitenwereld en uit ons
innerlijke filteren en evalueren. Bewustzijn hebben we nodig voor overleving (adaptatie), controle van
de informatiestroom (selectie), constructie van persoonlijke en sociale wereld, wordt beleefd als vorm
van waakzaamheid/aandacht. Er zijn binnen dit bewustheidsniveau nog 3 niveaus: bewustzijn van
wereld, reflectie over ontvangen informatie en zelfbewustzijn.
2. Het voorbewuste/ het onderbewuste niveau: herinneringen van gebeurtenissen (bijvoorbeeld je
laatste verjaardag of wat je vanmorgen hebt gegeten) en feiten (Brussel is de hoofdstad van de EU)
waarvan je je niet bewust bent, maar die wel direct toegankelijk zijn. Voor het overige zijn deze
herinneringen op de achtergrond van de geest aanwezig, juist buiten de grens van het bewustzijn, om
naar voren te komen op het moment waarop ze nodig zijn. De algemene definitie van het
voorbewuste: het idee dat de geest een speciale onbewuste opslagruimte heeft voor informatie
waarvan we ons momenteel niet bewust van zijn, maar die wel in het bewustzijn beschikbaar is.
3. Het onbewuste: het onbewuste is een reservoir van primitieve motieven en bedreigende
herinneringen die voor het bewustzijn verborgen zijn. Bijvoorbeeld de route naar school of naar het
werk, automatische lichaamsfuncties,… De algemene definitie van het onbewuste: het deel van de
geest waarvan een individu zich niet bewust is, waar zich onderdrukte impulsen, drijfveren en
conflicten bevinden die geen toegang hebben tot het bewuste.
Wat doet het bewustzijn voor ons? Het helpt ons om zowel persoonlijke als culturele werkelijkheden te
creëren. Drie functies van het bewustzijn:
Bewustzijn beperkt onze aandacht. Omdat het bewustzijn informatie serieel verwerkt, beperkt het wat je
opmerkt en waar je over denkt. Op die manier beschermt het bewustzijn onze hersenen tegen een overvloed aan
prikkels.
Het bewustzijn biedt een mentale ‘ontmoetingsplaats’ waar gewaarwording (sensatie) kan worden
gecombineerd met geheugen, emoties, motieven en talrijke andere psychologische proces dat we perceptie
hebben genoemd. (Combineert sensatie met leren en herinnering: interpretatie v/d wereld)
Dankzij bewustzijn kunnen we een mentaal model van de wereld creëren dat we kunnen manipuleren. Dankzij
het bewustzijn zijn we niet gevangen in het moment: we reageren niet uitsluitend reflexmatig op stimulatie.
Integendeel, we maken gebruik van een bewust model in onze wereld (helpt bij selectie van voor onszelf
, PSYCHOLOGIE H8 VORMEN VAN BEWUSTZIJN
betekenisvolle stimuli: belangrijke elementen vastleggen) en (Stelt ons in staat beroep te doen op ervaringen
opgeslagen in het geheugen: verleden, heden, en toekomst).
Deze drie kenmerken: restrictie, combinatie en manipulatie, zijn in verschillende maten aanwezig bij alle
toestanden van bewustzijn, of we nu dromen, onder hypnose zijn, gedrogeerd zijn, of in onze normale
waaktoestand verkeren.
Hoe ziet de slaapcyclus van het normale bewustzijn eruit? We slapen 1/3 van ons leven, omdat we niet
kunnen wakker blijven. In deze toestand is bewust contact met de buitenwereld bijna nihil.
Bij dagdromen, richt de aandacht zich naar binnen, om zich te concentreren op herinneringen, verwachtingen
en verlangens, vaak met levendige beelden erbij. De algemene definitie van dagdromen: een
veelvoorkomende (en heel normale) activiteit of staat van het bewustzijn waarbij de aandacht verschuift van
de onmiddellijke situatie naar herinneringen, verwachtingen, verlangens of fantasieën.
Slaap fenomenologie:
Slapen is een gedrag
Het is géén passieve toestand (in tegenstelling tot bewusteloosheid)
Slaap moet gezien worden tegenover waak (slaap-waak gedrag)
Slaap is dus
een circadiaans fenomeen bij volwassenen en polyfasisch bij kinderen)
Gedragstoestand gekenmerkt door verminderde motoriek
Gedragstoestand gekenmerkt door verminderde sensoriek
Het is een omkeerbare toestand
Circadiaanse ritmes: fysiologische patronen die zich ongeveer elke 24u herhalen, zoals de slaap-waakcyclus.
De functies van slapen:
We slapen omdat we niet kunnen wakker blijven
Studies bij de mens tonen aan dat slaap (in tegenstelling tot rusten) niet echt nodig is om te kunnen functioneren
Er werden geen specifieke fysiologische stressresponsen gevonden na slaapdeprivatie, wel verstoorde cognitieve functies
Als men mensen na een deprivatie opnieuw laat slapen, slapen ze meer dan anders maar de verloren slaaptijd
wordt niet ingehaald
Belangrijkste gebeurtenissen tijdens de slaap:
REM-slaap: een periode, die wordt gekenmerkt door snelle hersengolven en snelle oogbewegingen, oftewel
Rapid Eye Movements (REM). De oogbewegingen vinden plaats onder de gesloten oogleden, duren een paar
minuten en stoppen dan abrupt. De algemene definitie van REM-slaap: periode in de slaap die ongeveer elke
negentig minuten terugkeert en gekenmerkt wordt door snelle, onrustige oogbewegingen die onder gesloten
oogleden plaatsvinden (Rapid Eye Movements). REM-slaap wordt geassocieerd met dromen.
Non-REM-slaap: de tussenliggende periodes, zonder snelle oogbewegingen, worden aangeduid met de term
non rem slaap (NREM-slaap). De algemene definitie van Non-REM-slaap: de steeds terugkerende periodes
waarin de slaper geen REM vertoont.