Staat: Een politieke associatie dat soeverein is binnen vastgelegde grenzen
Staat Centrisme: een benadering van politieke analyse waarbij de staat de hoofdrol speelt
in het binnenland en op het wereldtoneel.
Staatssysteem: een patroon van relaties tussen staten dat een maatstaf voor orde en
voorspelbaarheid vaststelt.
Soevereiniteit: Het principe om een onbetwistbare autoriteit te hebben, dat wordt
weergegeven doordat de staat de auteur is van hun eigen wetten binnen hun territorium.
Externe: de capaciteit van de staat om zich onafhankelijk en autonoom te gedragen
op het wereldtoneel.
Interne: Verwijst naar de locatie van de onbetwiste macht in de staat
Veiligheid: Veilig te zijn van pijn, afwezigheid van bedreigingen, veiligheid kan op nationaal,
internationaal , globaal en zelfs in humane termen.
Diplomatie: Een process van onderhandelingen en communicatie tussen staten dat
conflicten zoekt op te lossen zonder dat er oorlog aan te pas komt.
Great Power: Een staat dat bij de machtigste staten hoort in het hiërarchisch systeem
1. Great powers hebben een sterk militair systeem, ze kunnen hun eigen veiligheid
garanderen.
2. Great powers zijn economisch sterk
3. Great powers hebben een global interest en dus niet enkel regionaal
4. Ze hebben een forward buitenlands beleid en kunnen de internationale politiek
beïnvloeden
Globalisatie: Een complex web van interconnectiviteit dat betekent dat onze levens in
toenemende mate worden gevormd door evenementen en beslissingen dat gemaakt worden
ver van hier.
Transnationalisme: Politieke, sociale, economische of andere vormen dat dat een hoger
doel hebben over grenzen heen.
Interdependence : Een relatie tussen 2 partijen waarin elke partij beïnvloed wordt door
beslissingen dat genomen worden door de ander.
Anarchy: zonder regels. de afwezigheid van een overheid of een hogere macht. soms ook
geassocieerd met chaos en instabiliteit.
Self help: het vertrouwen op uw interne grondstoffen. soms gezien als de belangrijkste
reden waarom staten survival en security prioriteit nummer 1 maken.
Balance of power: Een situatie waarin geen enkele staat domineert over de andere. Er is
een soort van algemene gelijkheid.
Positivisme: Theorie dat zegt dat sociaal en alle vormen van onderzoek moeten
overeenkomen met de methoden van de natuurwetenschap.
,Power politics: een benadering van politiek gebaseerd op de assumptie dat de weg om
macht te generen het primaire doel is van de mens.
Thomas Hobbes : Filosoof, 16e-17e eeuw, Leviathan, Mensen zoeken alsmaar meer macht.
overheid met absolute macht enigste oplossing.
Immanuel Kant : Duitse filosoof, 18e-19e eeuw, Politieke denkbeeld is gebaseerd op
moraliteit.
Hegemoon: Een leidende en overheersende macht.
Security dilemma: Een toestand waarin acties genomen worden door 1 actor om de
nationale veiligheid te verbeteren. maar dat wordt agressief geïnterpreteerd door de andere
actoren, waardoor er steeds militaire counter-bewegingen worden gemaakt.
Internationale Veiligheid: Toestand waarin de gemeenschappelijke overleving en veiligheid
van staten wordt gegarandeerd door maatregelen die genomen zijn om agressie te
voorkomen of te bestraffen.
Veiligheidsregime: Een coöperatie tussen staten en andere actoren om de veiligheid te
garanderen.
Kosmopolitisme: Wereldstaat. Moreel Kosmopolitisme is het geloof dat de wereld 1
gemeenschap is. Politiek Kosmopolitisme is het geloof dat er een wereldregering moet
bestaan.
Chapter 2
The West/Het Westen: Verwijst enerzijds naar de Culturele erfenis van Europa die
verspreid is geweest door migratie en kolonialisme, anderzijds verwijst het naar het
kapitalistische blok onder leiding van de VS tijdens de Koude Oorlog.
Modernisatie: Het process waar dat landen of gemeenschappen modern en ontwikkeld
worden, door middel van economische en technologische vooruitgang.
Feodalisme: Een agrarisch gebaseerd systeem dat gekarakteriseerd is door een vaste
sociale hiërarchie. grond werd verleent aan leenmannen door de leenheren
Renaissance: Betekent in het frans letterlijk herboren worden, het is een culturele beweging
in de geschiedenis waaruit veel kunst is gemaakt en verdere belangrijke ontwikkelingen.
Verlichting: Een intellectuele beweging dat het traditionele denkbeeld in vraag stelde. het
ging over religie, politiek en leren in het algemeen.
Imperialisme: Het process waarbij landen hun macht willen uitbreiden in andere landen van
de wereld door gebieden te willen veroveren en beheersen.
Empire/Rijk: Een structuur van overheersing waar diverse culturele, etnische groepen of
nationaliteiten onderworpen zijn aan een enkele persoon/autoriteit.
Total War: Een oorlog waarin alle aspecten van de gemeenschap in betrokken is. waarin er
op grootschalige wijze de economie wordt onderworpen aan economische doeleinden en de
massale vernietiging van vijandige soldaten. BV WO1
, Chauvinisme: Een onkritische en onredelijke toewijding aan een zaak of groep, typisch
gebaseerd op een geloof in zijn superioriteit. bv Nationaal chauvinisme
E.H Carr: 1892-1982 wordt gezien als een van de belangrijkste vertegenwoordigers van het
realisme. hij bracht aandacht over het manage conflict tussen have en have-not landen.
Reparations/herstelbetalingen: Compensatie meestal door middel van financiële
betalingen of door fysieke goederen. kan opgelegd worden door overwinnaars van een
oorlog als straf.
Autarky: Het is dat je economisch zelfvoorzienend bent.Wordt soms ook geassocieerd met
expansionisme en veroveringen om zo de controle te behouden over de economische
grondstoffen en economisch afhankelijkheid te verkleinen. Hitler deed aan Autarky
Appeasement: Een buitenlands beleid waarbij je als beleidsmaker toegevingen gaat doen
aan een agressor om in de hoop daarvan een oorlog te vermijden. Denk maar aan de britten
in WO2 onder leiding van Chamberlain
Sociaal Darwinisme: Een overtuiging dat het sociaal bestaan gebaseerd is op een
competitie. nl “survival of the fittest”. dat betekent dat internationaal conflict en waarschijnlijk
dus oorlog onvermijdelijk is.
De Derde wereld: Verwijst naar landen die niet in kapitalistische en communistische handen
zijn gevallen tijden de Koude Oorlog. Minder ontwikkelde landen zoals afrikaanse landen of
latijns amerikaanse landen.
Superpower: Een machtig land dat nog machtiger is dan een Great power. Bv De VS en SU
tijden de Koude oorlog. Ze hadden een wereldwijd bereik over landen, een ideologische en
dominante economie, en een immens grote militaire macht en nucleaire wapens.
Buffer Zone: Een gebied, state of collectief van landen gevestigd tussen potentiële
tegenstanders, hierdoor verkleint de kans op oorlogen en specifiek over oorlogen over het
land. bv verenigd koninkrijk der nederlanden
Brinkmanship: een strategie waarbij men een confrontatie laat escaleren tot zelfs het punt
waarbij men een oorlog riskeert. om zo een tegenstander te overhalen om zich terug te
trekken. Bv Cuba crisis
MAD Mutually assured destruction: Een situatie waarbij een nucleaire aanval van een van
beide landen kan leiden in de vernietiging van het eigen land doordat beide
massavernietigingswapens hebben.
Detente: Een periode van iets meer vrede waarbij de spanning tussen eerder nog
antagonistische staten wegvalt bv in de Koude oorlog
Perestroika: Geïntroduceerd in de SU om te verwijzen naar de introductie van de
markthervormingen naar een geplande economy.
Glasnost :gebruikt in de SU; het refereert naar de vrije meningsuiting in de context van een
éénpartij communistische staat.
Autocratie: letterlijk betekent het heersen door 1 persoon. de machtsconcentratie of de
politieke macht ligt in handen van een 1 heerser, meestal een monarch.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jesseimbrechts. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.