Geriatrie
NA HET VOLTOOIEN VAN GERIATRIE KAN DE STUDENT
Uitleggen wat geriatrie is
Bespreken wat de geriatrische patiënt typeert
Aantal geriatrische syndromen bespreken en uitleggen
Inleiding
Geriatrie = de vorm van geneeskunde die zich richt tot op preventie, diagnostiek en behandeling van
ziekten die wat betref hun oorzaak samenhangen met veroudering van de patiënt.
Veroudering = het geheel van spontane en onomkeerbare veranderingen bij het ouder worden, die
veroorzaakt worden door het functieverlies van cellen, weefsels en organen, waardoor een typische
en onvermijdelijke aftakeling van functies optreedt, leiden tot het falen van het organisme en
uiteindelijk tot overlijden.
Demografische trends: onderschatting
van de veroudering
De veroudering is recent.
Veroudering
= het proces waarbij het aandeel ouderen op de totale bevolking geleidelijk toeneemt (vergrijzing) en
het aandeel jongeren op de totale bevolking afneemt (ontgroening). Het proces waarbij de
gemiddelde leeftijd van een bevolking steeds hoger wordt.
3 veranderingen
1. Vergrijzing binnen de vergrijzing
Vergrijzing = het proces waarbij het aandeel ouderen in de bevolking t.o.v. de totale
bevolking toeneemt.
Vergrijzing binnen vergrijzing = niet enkel het aantal ouderen in de bevolking neemt
toe, maar ook het aantal 85-plussers (hoogbejaarden zal in verhouding toenemen.
Vergrijzin situeert zich op 2 niveaus:
o Er leven meer ouderen
o De gemiddelde levensduur gaat omhoog, waardoor deze ouderen ook langer
zullen leven
2. Babyboomgeneratie = de generatie (bevolkingsgroep) die vlak na de 2 e wereldoorlog is
geboren (1945-1960)
Babyboom = een periode waarin er een sterke toename is van het aantal geboortes
(geboortegolf), stijging van het geboortecijfer vlak na de 2 e wereldoorlog in West-
Europese landen en de VS.
Dit is de generatie die nu op pensioen gaat = veel gepensioneerden.
3. Ontgroening = het proces waarbij het aandeel jongeren in de bevolking t.o.v. de tot
bevolking afneemt.
1
,Levensverwachting
Het gemiddelde aantal nog te verwachten levensjaren op een bepaalde leeftijd, meestal bij de
geboorte.
De levensverwachting stijgt lineair wereldwijd
o Kinderen die in het jaar 2000 worden geboren hebben 50% kans om 100 jaar te
worden
o Vb. bij vrouwen die geboren zijn in 1840: neemt de levensverwachting om de 4 jaar
met 1 jaar toe.
Verschil in levensverwachtingen tussen mannen en vrouwen
o Levensverwachting bij de geboorte ligt hoger voor vrouwen dan voor mannen
Moraliteit
Het sterftecijfer (aantal gestorven mensen) in een bepaalde bevolking.
De kans om dood te gaan verschuift steeds meer naar een hogere leeftijd
Onderschatting van de veroudering
Het proces van veroudering wordt sterk onderschat
Maatschappij loopt achter op deze realiteit: pensioen al op 55 jaar
Primaire versus secundaire veroudering
Primaire veroudering
= geheel van genetisch voorgeprogrammeerde, onomkeerbare veranderingen waardoor een typische
en onvermijdelijke aftakelingen van functies optreedt, leidend tot het falen van het organisme en
uiteindelijk het onvermijdelijke overleiden.
Dit is een normaal proces dat altijd plaatsvindt naarmate mensen ouder worden, hoort bij het ‘ouder
worden’.
Secundaire veroudering
= veroudering die veroorzaakt wordt door ziekte, levensstijl (voeding, stress, te weinig
lichaamsbeweging…) of andere individuele verschillen, maar geen deel uitmaakt van het ‘ouder
worden’ en wel te vermijden, omkeerbaar is.
2
,Frailty en functionele achteruitgang
Wat is frailty?
= Ouderdomsgebonden ‘kwetsbaarheid’ (geriatrisch syndroom).
= De structurele en functionele achteruitgang van de verschillende orgaansystemen in het menselijke
lichaam waarmee verouderen uiteindelijk gepaard gaat.
Niet alle bejaarden zijn ‘frail’, maar de prevalentie neemt wel onvermijdelijk toe met de
leeftijd
Frailty zorgt ervoor dat bepaalde ouderen gevoelig worden voor functionele beperkingen en
vatbaar voor ziekten en ziekteverwikkelingen + neemt het risico op institutionalisatie,
hospitalisatie en overlijden toe.
Frailty uit zich klinisch onder de vorm van het typische beeld van de geriatrische patiënt: de
oudere met het frailty-syndroom
Frailty is geen zieke, maar een toestand met verschillende gradaties. De toestand is vaak inactief
aanwezig en wordt klinisch evident (duidelijk naar boven) in de tijd door?
Hoge vatbaarheid voor stressfactoren
Minder goed in staat zijn om homeostase te bewaren na een destabiliserende gebeurtenis
(ontwrichtende, stabiliteit verliezende)
Frailty past niet in het klassiek ziektemodel = de patiënt presenteert zich niet met ‘de ziekte frailty’.
Is het resultaat van?
Accumulatie (opeenhoping) van subklinische acute en chronische condities
Gedrag en sociale factoren die het fysisch functioneren gaan bepalen
o Conditie, gedrag en de sociale factoren die het fysisch functioneren gaan bepalen
De kern van frailty?
De kwetsbaarheid kan bestaan in de aan-of afwezigheid van de ziekte en afhankelijkheid.
3
, Casussen: sprake van frailty of niet?
Casus 1:
75-jarige patiënt met voorgeschiedenis van hartfalen, gonarthose (artrose aan de knie) en
hypertensie biedt zich aan de voor een knieprothese
Hij had voor 2 maand een actieve levensstijl en hij keerde terug naar huis met pijnstillers en
kinesitherapie
Zijn ingreep verliep zonder complicaties en hij keerde terug naar huis met pijnstillers en
kinesitherapie.
Hier gaat het niet om frailty, maar om een ‘ziekte’
Casus 2:
75-jarige patiënt met voorgeschiedenis van hartfalen, gonarthose (artrose aan de knie) en
hypertensie biedt zich aan de voor een knieprothese
Hij was minder actief geworden door de pijn in zijn knie en moeheid
Zijn ingreep verliep zonder complicaties
Postoperatief deed hij een delier (verward) en viel uit bed. Hij werd incontinent en weigerde
revalidatie. Transfereert naar geriatrie waar zijn delier langzaam opklaarde.
Na 2 weken terugkeer naar huis met knie
Hier is sprake van een beetje frailty
Casus 3:
82-jarige patiënt werd gevonden door buur op de grond
Voor enkele jaren reeds een val met heupfractuur, gekend met polyarthrose, recent
gewichtsverlies van 7kg op één jaar
Weduwnaar 3 jaar
Klinisch onderzoek geen bijzonderheden, behalve spierzwakte en een voorzichtig
gangpatroon
Opname geriatrie
o Na 2 weken kon hij terug stappen met een loopkader
o Hij bleef afhankelijk voor ADL-zorgen (algemeen dagelijks leven vb. hygiëne: wassen,
tanden poetsen, strijken…)
Plaatsing (rusthuis, geriatrische afdeling in ziekenhuis…)
Overleed 3 maanden later
Hier is sprake van een volledige frailty
4