Alle lessen neuro-anatomie in één document. Deel 1 t.e.m. deel 5 verwerkt in combinatie met aantekeningen vanuit de lessen. Aanvulling van mogelijke examens en beknopte overzichtjes op het einde van delen die eerder werden bevraagd.
, 4.2.1 Geluid wordt via cochleaire vloeistofverplaatsingen omgezet in
actiepotentialen .........................................................................................................92
4.2.2 Vertaling van het geluid in neuronale activiteit .........................................95
4.2.3 In de bilaterale projecties van de cochleaire kernen naar de temporale
auditieve cortex wordt een tonotopische organisatie gehandhaafd ..................95
4.2.4 De verdere auditieve corticale verwerking................................................98
4.3 Motorische verwerking ........................................................................................99
Toepassing: de motorische informatieverwerking .................................................100
4.3.1 Functie en functiestoornissen van de primaire motorische cortex .........100
4.3.2 Functiestoornissen van de hoger-orde (pre)frontale associatiegebieden
102
5 Deel 5: Neurologische ziektebeelden .....................................................................105
Een conceptueel biopsychosociaal kader voor het beschrijven en begrijpen van
aandoeningen van het zenuwstelsel .........................................................................105
5.1 Multiple Sclerose MS ..........................................................................................106
5.2 Cerebro Vasculair Accident – CVA .................................................................106
5.3 Traumatisch Hersenletsel (NAH) en Diffuus axonale beschadiging (diffuse
axonal injury) .................................................................................................................107
5.4 Alzheimer dementie ..........................................................................................107
5.5 Amyotrofische lateraalsclerose (ALS) ...............................................................107
5.6 Progressieve spierdystrofie ................................................................................108
5.7 Myasthenia Gravis (MG) ...................................................................................108
5.8 Polyneuropathie.................................................................................................108
5.9 Guillain-Barré syndroom ....................................................................................109
6 20 pagina’s met de belangrijkste examendelen ...................................................110
6.1 Mogelijke examenvragen (= 2020-2021-2022) ................................................110
6.2 Extra informatie die aansluit bij eerdere examenvragen: ..............................120
3
,1 Deel 1: Blokwijzer – cellulaire neurofysiologie
1.1 Conceptueel neurowetenschappelijk kader
1.1.1 Biopsychoscoiaal model
1. Activiteiten en participatieniveau: activiteiten beperking, afhankelijk van
anderen.
a. Motoriek
b. Cognitie
c. Emotie
2. Gedragsniveau: afwezigheid of afwijking van gedragsfunctie
3. Neurale circuits/anatomisch niveau: structurele beschadigingen
4. Celniveau: stoornissen in de structuur of functioneren van zenuwcellen
1.1.2 Neuroplasticiteit
Plasticiteit van de hersenen: de hersenen voeden zich met info uit de omgeving en
stellen ons in staat terug te reageren in die omgeving. Lichamelijk herstel op
fysiologisch niveau leidt samen met de stimulatie + info uit omgeving tot
veranderingen die tot uitdrukking komen op verschillende niveaus.
Ultrastructurele morfologie: structuur van een cel die kan worden onderzocht onder
een elektronenmicroscoop.
Het cellichaam zorgt voor celmetabolisme. Staat in voor de energieproductie +
aanmaak van nodige stoffen voor informatieoverdracht → functie bij
informatieverwerking.
Degeneratieve aandoeningen → abnormale samenklontering van eiwitten
• ziekte van parkinson functioneren van de cel wordt aangetast.
• Lewy-body-dementie Kan leiden tot celdood en bewegingsstoornissen
• Alzheimer: abnormale eiwitneerslag in de vorm van amyloïd bèta-klontertjes
in het hersenweefsel → progressieve aftakeling van de cellen.
5
,Dendrieten: afferente/receptieve uitlopers van de cel
Dendritische spines: paddenstoelachtige uitsteeksels. De synaptische eindknopjes
liggen hiertegen.
Dendritische plasticiteit: Voortdurend veranderen van vorm en aantal van
dendritische spines.
• Nieuwe vaardigheden leren? Nieuwe dendrieten worden gevormd.
• Ongungstig? → verlies van dendritische spines, gevolg: informatiestroom
wordt verstoord.
Axon: celuitloper. Geeft signalen door naar andere cellen. (efferente
informatiestroom)
Colleteralen: zijtakken van het axon. Loodrecht op de lengte-as van axon. Zo kan 1
neuron verschillende andere zenuwcellen bereiken.
Axonale beschadiging: kan leiden tot degeneratieve en/of regeneratieve
veranderingen van de distale uiteinden van een zenuwcel.
Gemyeliniseerd axon: spiraalvormig met lipidenlaag met onderbrekingen ter hoogte
van de knopen van Ranvier.
Demyeliniserende ziekten:
• MS
o Verlies van myeline → ontstaan ontstekingen
o Verlies van axonen
o Zenuwimpulsgeleiding wordt verhinderd
• Syndroom van Guillian-Barré
o Aantasting myeline rond axonen (PZS)
Synaps: contactpunt tussen 2 neuronen. Hier gebeurt signaaloverdracht. Delen
worden gescheiden door synaptische kloof.
• Presynaptisch membraan: signaal-aanvoerend. Het eindknopje van het
uitsturende neuron.
• Postsynaptisch membraan: signaal-ontvangend. Het stukje celmembraan van
ontvangend neuron.
Synapsblaasje (neurovesiculae): Deze zitten in de presynaptische eindknopjes en zijn
gevuld met neurotransmitters.
6
, Synaps
Te kort of te veel aan neurotransmitters? Ernstige gevolgen!
• Neurologische ziektebeelden: ziekte Parkinson en Huntington
• Psychiatrische: depressie
Er zijn verschillende synapsmogelijkheden: afhankelijk van de plaats van de
contactpunten:
• Axodendritische synaps: legt contact met 2de zenuwcel thv dendriet van 2de
zenuwcel
• Axosomatische synaps: legt contact met volgende zenuwcel thv cellichaam
• Axoaxosonale synaps: eindknopje van uitsturend axon maakt rechtstreeks
contact met axon
• Axospinodendritische synaps: axon maakt contact met axon van de tweede
zenuwcel, die geconnecteerd is met de spines van de dendriet van de derde
zenuwcel
• Axoaxospinodendritische synaps: de eerste zenuwcel maakt via het axon
contact met de spine van de dendriet
Synapsvormingen
7
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper veroniquedenutte. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.