SCHRIJVEN VOOR RADIO EN TV
JOURNALISTIEKE RADIO- EN TV-TEKSTEN
1 Uitgangspunten
• Radio- en tv-teksten moeten duidelijk zijn omdat de luisteraar alles maar één keer hoort
• Televisie kan gebruik maken van beelden, radio van jingles
• Begrijpelijk (helderheid, verstaanbaarheid, duidelijkheid, toegankelijkheid)
• De kijker-luisteraar niet laten afdwalen
Wat geeft je behalve taal nog informatie?
• Intonatie
• Klankkleur
• Spreekritme
• Gebruikte taalregister
• Achtergrondgeluiden
1.1 Programma en taal
Kenmerken nieuwsuitzending
• Strakke aan de regels gebonden aanpak
• Nieuws wordt duidelijk gebracht
• Sobere taal
• Vergelijkbaar met een kort nieuwsbericht
Kenmerken magazine, nieuwsshow, service- of ombudsprogramma’s
• Persoonlijke onderwerpen die invloed heeft op de kijker-luisteraar
• Losser geschreven een directer
Documentaire
• Speeltuin voor audiovisuele journalist
• Verschillende tekstvormen → klankbeelden, niet geduide quote’s, literaire citaten, losse
woorden, beelden begeleid, sober-zakelijke commentaar, …
1.2 Begrijpelijkheid en toegankelijkheid
• Openbare omroep heeft een moeilijkheidsgraad door broadcasting → iedereen kijkt andere
programma’s, maar iedereen kijkt wel naar het weer
• Receptieonderzoek toont de kloof aan van het doelpubliek en hoe ze gedicht kan worden
• Om communicatiekloof te dichten zal de schrijver zich telkens opnieuw moeten afvragen wie
de kijker-luisteraar is
• Vertel genoeg, maar niet te veel
• Kijker-luisteraars kunnen over eventuele moeilijkheden in een tekst heenstappen, als ze
geïnteresseerd zijn
Vervormingsdriehoek
Wat de kijker-luisteraar ontvangt en/of
begrijpt
Mediaboodschap, tekstueel verpakt
door tekstschrijver
Wat de kijker-luisteraar had moeten
ontvangen en/of begrijpen
, 1.3 Leesbaarheid
• Diverse methodes om de moeilijkheidsgraad van teksten te bepalen
• Leesbaarheidsformule
• Flesh-Douma-formule
o Honderd eerste worden van de onderzochte tekst aftellen, of volledig analyseren
o Hoeveel lettergrepen zitten er in die honderd woorden (wl)
o Gemiddeld aantal worden in de zinnen (sl)
o Resultaat moet tussen die 0 en 100 zijn
• Vlaamse artikels moeilijkheidsgraad tussen 35 en 45
1.4 Nieuwsselectie
• Iedereen weet nog wat hij aan het doen was tijdens de
aanslagen in Brussel in 2015
• Ontvanger wil zijn nieuws dramatisch en avontuurlijk, conflictueus, actief, concreet, mysterieus
en ethisch
Hoe maak je nieuwsselectie
• Kies voor nieuws dat dicht bij de mensen staat (Waaslandwolf)
• Belangen worden rechtstreeks geraakt (roken, boete)
• Ongewone mensen, dingen of gebeurtenissen (eerste harttransplantatie)
• Jij vindt het leuk en het publiek moet het echt weten
1.5 Taal
• De opinie van de journalist bij berichtgeving zijn niet relevant → alleen feiten communiceren
• De kijker-luisteraar moet zijn eigen oordeel kunne vormen
• Vermijd partijdige taal
• Wees voorzichtig en ga bewust om met gevoelige taal
• Incorrecte taal is onaanvaardbaar
• Vermijd hoera-stijl
2 Opbouw
2.1 Structuur: de omgekeerde piramide
• Oprolbaarheid
o Intro
o Broodtekst
• Je schrijft zoals de luisteraar zal luisteren → aandacht verliezen naar het einde toe
o Een nieuwe jingle geeft aan dat een nieuw bericht eraan komt (wakker worden)
2.2 Structuur: de modelmethode
• Radio- en tv-berichten zijn kort met hoge informatiegehalte en relevantiegraad
• Printers moeten geen rekening houden met de moeilijkheidsgraad → lezer kunnen het
meermaals lezen
Modelmethode van Alcuïnus
• Franse filosoof, theoloog en rechtsgeleerde
• Steunt op zeven journalistieke posities of topische vragen
• Summary lead → wie, wat, wanneer, waar, met wie, waarmee, hoe en waarom
2.3 Structuur: first things first
• Openen met recentste en belangrijkste informatie
• First-things-first-principe → vertel eerst het belangrijkste en daarna kom je
terug op iets die al is gebeurd
2.4 Structuur: ugly animal
• De journalist-tekstschrijver zal zijn informatie vooraf goed inventariseren
• Welke nieuwsberichten wil hij belichten