100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting dierkunde en proefdierkunde €4,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting dierkunde en proefdierkunde

 6 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvatting dierkunde en proefdierkunde. INBEGREPEN: - H1,2,3,4 dierkunde (Hoofdstuk 4 t.e.m. organogenese) - Proefdierkunde (EXCLUSIEF practicum van de muis!)

Voorbeeld 3 van de 24  pagina's

  • 11 februari 2022
  • 24
  • 2021/2022
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (18)
avatar-seller
ankevp262
Algemene dierkunde
1)Inleiding
Geschiedenis van het leven op aarde (zie powerpoint voor afbeeldingen !!!!!!!)
Biologie = studie van de levende wezens

Kenmerken levende wezens:
- Celullair (één- of meercellig; hiërarchisch georganiseerd)
- Bevatten genetische informatie
- Gebruiken deze informatie  voortplanting & ontwikkeling
- Zijn met elkaar gerelateerd door proces evolutie
- Kunnen molecules uit omgeving opnemen & omzetten in nieuwe biologische
moleculen = metabolisme
- Kunnen hun interne milieu regelen (homeostasis)
- Kunnen energie opnemen uit omgeving & gebruiken (homeostatis ontwikkeling&
groei)

- Protobionten (voorlopers echte cellulaire leven) ontstaan op basis van fysische
processen: vetachtige films op wateroppervlak  vestoord (door turbulentie) ontstaan
 kleine membraan omsloten druppeltjes (in suspensie) die macromolecules bevatten
(voorlopers cellulair leven) = liposomen

1. 4,5 miljard jaar geleden (ontstaan zonnestelsel & aarde)

2. Prokaryoten (1e vorm van echte cellen) – ontstonden 3,75 miljard geleden
- Levend
- Geen kernmembraan / celkern
- Wel celmembraan
- Anaerobe (zonder zuurstof kunnen leven)
- Na verloop van tijd  zuurstof gaan produceren

Hoofdzakelijk voor biogene oorsprong: zuurstof in atmosfeer (geproduceerd door levende
wezens. Aanhankelijk was zuurstof:
- Dodelijk voor vele organismen
- Ontstaan (door natuurlijke selectie) van sneller aerobe metabolisme (zuurstof nodig
om te leven)
(Sneller, groter, beter)
- Productie ozon (!!! Want ozonlaag  (uv-stralen tegenhouden) teveel uv-stralen =
schadelijk/dodelijk)

3. Eencellige eukaryoten (2 miljard jaar geleden) (cellen met membraanomsloten kern)


4. Meercellige / multicellulaire eukaryoten (half miljard jaar geleden)


Dieren (etc). (eerste landleven kan pas ontstaan wanneer beschermende ozonlaag
voldoende is ) 500 miljoen jaar geleden

, Voldoende dikke ozon-laag in bovenste atmosfeerlaag om schadelijke UV-straling te
filtreren


Op basis van rRNA (ribosomaal DNA) vergelijking:
- Indeling van het leven in 3 grote domeinen
 Bacterieën + Archae (oerbacteriën) = prokarioten (organismen zonder membraan-
begrensde celkern)

Eukaryoten = organismen (ééncelling & meercellig) met celkern


Ontstaan van eukaryote cel (hypothese)
= Invouwen van plasmamembraan geeft aanleiding tot kernmembraan & endoplasmatisch
reticulum

Voorouderlijke cel:
- Cytoplasma (beginnen instoppen)
- DNA zit los in de cel
INVOUWEN PLASMAMEMBRAAN
- Nucleus + endoplasmatisch reticulum wordt gevormd
- Dubbel membraan rond celkern (nucleus)

- Heterotrofe organismen moeten organische materie van buitenaf opnemen 
metabolisme op gang te houden
 Opname aerobe heterotrofe prokaryoten in primitieve eukaryote cel (endosymbiose) 
aanleiding tot: ancestrale heterotrofe eukaryote (=dierlijk cel)
 Deze endosymbionten: voorlopers van mitochondria: celorganellen met eigen circulair
DNA (omgeven door dubbel membraan; waar ATP-productie plaatsvindt)


Ontstaan van dierlijke eukaryote cel (hypothese)
- Opname van een heterotrofe prokaryote cel (endosymbiose: 2 organismen; vredig
samenleven; beiden voordelen hieraan) geeft aanleiding tot cellen met mitochondria
(cellulaire energievoorzienig)

1. Aerobe heterotrofe prokaryoot
 andere organische cellen opnemen in metabolisme
2. Opname protio-bacterieën (2-voudige lipidewand)  protio-bacterieën zijn
mitochondriën geworden (heeft nu 4-voudige lipidewand)


Ontstaan plantaardige eukaryote cel (hypothese)
 Bijkomende opname van een fotosynthetiserende prokaryote cel (endosymbiose) geeft
aanleiding tot cellen met plastiden (chloroplasten) (bladgroenkorrels)

- Plastiden komen vaak van cyanobacterieën (m’n vermoedt dat de fotosynthetiserende
prokaryote cel deze had)

, - Groep eukaryoten (meercellige, eencellige, kolonisten)
- Bacteriën
- Archae (vroegere archaebacteria verschillen van bacteria in biochemische
samenstelling ; o.a. celwand)

- Fotosynthetiserende organismen  lichtenergie gebruiken  aan biosynthese te doen
(opbouw biomolecules)
- Meestal op basis van koolstofdioxide & anorganische materie (uit omgeving
opgenomen: autotrofe organismen)
- Autotrofen ontstonden door endosymbiontische opname van een cyanobacterium
(vorming van plastiden; membraan gebonden met eigen circulair DNA: chloroplasten
= vorm van plastiden)


Binnen eukarya; exclusief meercellige taxa
- Planten
- Dieren
- Schimmels
Andere eukaryote groepen worden samen protoctisten genoemd
 eencelligen, koloniale vormen & eenvoudige meercellige organismen
- Binnen rode & groene algen komen meercellige vormen met relatief eenvoudige
organisatie frequent voor

Opmerking: vroeger protoctisten ook protisten genoemd (deze naam louter vroeger voor
eencellige eukaryoten gebruikt)

- Zustertaxon van animalia = choanoflagellaten (vleeszweepdragers), eencellige (of
koloniale) heterotrofe organismen (m/e protoplasmatische kraag & flagel); gaan samen
als voedselopnameapparaat fungeren
- Deze celvorm = ook bij primitieve dierlijke organismen teruggevonden

2) Diversiteit van het dierenrijk
 Beweging impliceert mechanische arbeid ten koste van metabole energie
- Spierweefsel dat hiervoor instaat is vrij universeel van opbouw binnen dierenrijk

Hoe een dierlijk organisme karakteriseren?
- Voedingswijze:
 dieren zijn heterotrofen (moeten organische materie opnelen)

- Celstructuur en specialisatie
 Multicellulair (protozoa = geen echte dieren; eencellige dierlijke)
 Geen celwanden (wel plasmamembraan!)
(celwand = meestal cellulose (een suiker – zorgt voor stevigheid) zoals bij plantcellen)
 Structuureiwitten (bij uitstek collageen!) zorgen voor structurele integriteit
(collageen: 40% van alle proteïne in menselijk lichaam!!!)
 Zenuw- en spierweefsel zijn uniek (prikkelbaarheid & beweging)
 zijn in staat om signalen uit omgeving
op te nemen & erop te reageren

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ankevp262. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77254 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,99
  • (0)
  Kopen