Al begonnen met leren? Maar wil je extra zekerheid? Gebruik dan het toets-/leerdoelen matrijs van SHRM. De hoofdstukken worden behandeld a.d.h.v. leerdoelen.
Leuk feitje; ik heb mijn tentamens tot nu toe ik één keer gehaald!
Week 1: Je kunt het begrip strategie definiëren
(vanaf pagina 18, Ondernemingsstrategie)
Strategie is een lange termijnplan dat betrekking heeft op de functie van de organisatie in de
samenleving en waarin de organisatie aangeeft welke doelstellingen ze wil bereiken en hoe ze die
doelstelling wil bereiken
In deze definitie staan 5 punten centraal:
1. Een strategie is niets anders dan een plan
2. Dat plan heeft betrekking op de lange termijn
3. De strategie van een organisatie heeft betrekking op de functie van de organisatie in de
samenleving
4. De strategie geeft aan welke doelstellingen de organisatie wil bereiken
5. De strategie geeft aan hoe men die doelstelling wil bereiken
1) Een strategie is een plan → bewust van te voren wordt een strategie geformuleerd.
Mintzberg is het daar niet mee eens, hij beweert dat er naast een geplande strategie, ook
een spontane strategie is.
- Een geplande strategie is bewust van te voren geformuleerd en wordt zo uitgevoerd.
- Een spontane strategie wordt echter van te voren bewust geformuleerd
Mintzberg beschrijft dit als een patroon dat men achteraf in een reeks van beslissingen die
feitelijk zijn genomen, kan herkennen. De organisatie heeft in dat geval helemaal geen plan
gemaakt, maar bekijkt veel meer van geval tot geval welke beslissing men zal nemen.
2) Een strategie heeft betrekking op de lange termijn → hebben altijd betrekking op de lange
termijn. Hoe lang het precies duurt weet je nooit, i.p.v. kijken naar het aantal jaren, is het
zinvoller te kijken naar het karakter van de beslissing die moet worden genomen. Hierbij kun
je kijken naar strategische- en operationele beslissingen.
- Strategische beslissingen kunnen worden gedefinieerd als onherroepelijke beslissingen
die het wezen of het karakter van de organisatie betreffen.
- Operationele beslissingen zijn beslissingen met een routinematig karakter, die regelmatig
(bijv. dagelijks of wekelijks) moeten worden genomen
3) De strategie heeft betrekking op de functie van de organisatie in de samenleving → de
organisatie geeft aan welke functie zij in de samenleving wil vervullen. De strategie van een
organisatie moet worden aangegeven hoe haar activiteiten passen in het grotere geheel van
de samenleving. D.m.v. de strategie stemt de organisatie haar activiteiten af op haar
omgeving. Dat noemen we externe coördinatie. Naast externe coördinatie kennen we ook de
interne coördinatie. Daarmee bedoelt men de onderlinge afstemming van verschillende
activiteiten binnen de onderneming
, De functie die de organisatie in de samenleving vervult, komt ook tot uiting in de missie van
de organisatie. Dit noem je een mission statement. Hierin vind je meestal een omschrijving
wat de organisatie wil bijdragen aan de samenleving.
4) De strategie geeft aan welke doelstellingen de organisatie wil bereiken → organisaties
kunnen worden gezien als coalities van groepen of participanten, die ieder een eigen
doelstelling hebben. Bij grote ondernemingen kun je als groepen van participanten
onderscheiden:
- Managers
- Werknemers
- Aandeelhouders
- Verschaffers van vreemd vermogen
- Afnemers
- Leveranciers
Iedere participant heeft een eigen doelstelling. De doelstellingen van verschillende groepen
van participanten zijn voor een deel met elkaar in strijd. Toch is er één overeenkomst, de
continuïteit van de onderneming.
5) De strategie geeft aan hoe men de doelstelling wil bereiken → een strategie moet
aangeven op welke wijze de onderneming succesvol denkt te zijn in de
concurrentieomgeving waarin ze opereert. Dat geldt vooral als er voor het slagen van de
strategie middelen nodig zijn, waarover de onderneming op dat moment nog niet de
beschikking over heeft. Niet alleen financiële middelen, maar ook technologische knowhow,
reputatie en menselijke talent
Week 1: je kunt verschillende niveaus van strategievorming onderscheiden & je kunt het verschil
tussen ene business strategie en een functionele strategie benoemen
(Vanaf pagina 23, Ondernemingsstrategie)
Grote ondernemingen bestaan vaker uit meerdere businessunits. Een businessunit wordt geleid door
een general manager, die een eigen winstverantwoordelijkheid heeft en ten minste verantwoordelijk
is voor productie, marketing en de ontwikkeling van nieuwe producten. Je kan het ook omschrijven
als ‘ondernemer binnen de onderneming’.
Wanneer een onderneming uit meerdere businessunits bestaat, wordt dit een concern genoemd.
Binnen een concern zijn er ten minste 2 niveaus van strategie; iedere businessunit heeft een
strategie en het concern als geheel heeft een strategie. Men spreekt van businessunitstrategie en
van concernstrategie. Bij het opstellen van een concernstrategie moet er worden nagedacht over wat
de functie is van het hoofdkantoor.
Functionele strategieën zij n voor ene bepaald functioneel gebied. Deze functionele strategieën
vormen een afgeleide van de strategie van een businessunit.
Week 1: je kunt verschillende typen doelstellingen van een onderneming onderscheiden & je bent
in staat om de invloed van verschillende juridische ondernemingsvormen op de inhoud van de
strategische doelen en het proces van strategievorming te beredeneren
(vanaf pagina 34, Ondernemingsstrategie)
Een onderneming (bedrijf) is een organisatie die voor haar voorbestaan afhankelijk is van de vraag of
de inkomsten die worden gegenereerd door de outputs te verkopen, voldoende zijn om de
leveranciers van de inputs te betalen.
, - Mission statement: in een missieverklaring geeft de onderneming aan welke producten
ze wil aanbieden aan welke afnemers en welke technologie men daarbij wil gebruiken. In
een missieverklaring geeft de onderneming aan wat ze wil doen. Dat is een manier om de
doelstelling van een onderneming te omschrijven.
- Het belang van winst: hoe belangrijk het streven naar winst is, wordt voor een groot
deel bepaald door de eigendomsstructuur. De eigendomsstructuur is gebruikt als
invalshoek voor het karakteriseren van verschillende typen ondernemingen:
o Persoonlijke onderneming: directeur is eigenaar. Vaak meerdere werknemers.
Streven naar zo hoog mogelijke winst
o Besloten onderneming zonder scheiding van leiding en eigendom: als alle
eigenaren direct betrokken zijn bij de leiding van de onderneming
o Besloten onderneming met scheiding van leiding en eigendom: als niet alle
eigenaren direct betrokken zijn bij de leiding en eigendom.
o Beursondernemingen: een onderneming waarvan de aandelen pp een meer
effectenbeurzen worden verhandeld
o Coöperaties en verenigingen: hebben als ze een onderneming drijven meestal
ten doel het behartigen van de belangen van de leden
o Not-for-profit bedrijven: een organisatie die niet uitdrukkelijk winst wil maken.
Veel zorg en maatschappelijke organisaties. Hebben een juridische vorm van een
stichting
o Overheidsbedrijven: organisaties met de vorm van een NV of BV, waarvan de
aandelen geheel of voor het grootste deel in handen zijn van de overheid (OV,
luchtvaart, kringloop)
- Continuïteit van de onderneming als hoofddoelstelling: onderneming zijn coalities waarin
verschillende stakeholders samenwerken. De meest direct betrokken stakeholders zijn
afnemers, werknemers, aandeelhouders, banken en leveranciers. Die hebben tot op
zekere hoogte allemaal belang bij de groei, rentabiliteit en solvabiliteit van de
onderneming. Daarom formuleren ondernemingen vaak doelstellingen m.b.t. groei,
rentabiliteit en solvabiliteit.
- Maatschappelijk verantwoord ondernemen: ook hebben onderneming minder direct
betrokken stakeholders, bijv. omwonenden, overheden en de maatschappij als geheel.
Ondernemingen die maatschappelijk verantwoord ondernemen hoog in het vaandel
hebben, richten zich op de 3 P’S: People, Planet, Profit.
o People: staat voor werknemers van de onderneming en voor toeleveranciers,
maar ok voor andere mensen van wie het welzijn door de onderneming wordt
beïnvloed.
o Planet: staat voor duurzaamheid
o Profit: staat voor winst
Week 1: je kunt een stakeholdersanalyse maken van een organisatie
(Vanaf
Week 1: Je bent in staat om het verschil aan te duiden tussen algemene- en taakomgeving
(Vanaf pagina 53, Ondernemingsstrategie)
De omgeving van een onderneming kan worden verdeeld in een taakomgeving en een algemene
omgeving.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper SvanO. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.