Hoofstuk 4: pijn
Geen vitale parameter, klinisch teken, diagnose of ziekte, Wel een symptoom, een signaalfunctie
Acute pijn is nuttig Chronische pijn moeilijker te begrijpen
Pijn behandeling is een patiënten recht.
23. definities van pijn
23.1. definitie van McCaffery
= pijn is wat diegene die pijn heeft, zegt dat het is en ze treedt op telkens als hij zegt dat het er is. Individuele
ervaring.
23.2. definitie van de IASP
Pijn is een onplezierig sensorische en emotionele ervaring geassocieerd met actuele of potentiële
weefselbeschadiging of beschreven in termen van een dergelijke weefselbeschadiging
Niet eensluitend definiëren
24. soorten pijn
24.1. indeling op basis van tijdsduur
Acute pijn Chronische pijn
Plots optredend ≠ langdurige acute pijn
Weefselbeschadiging 2 to15 jaar
Duidelijk ontstaansmoment Geen signaalfunctie
Tijdelijk, < 3 maand Veranderingen in CZS, verschillende symptomen
Neemt af bij herstel Moeilijke diagnostiek
Hyperactiviteit autonoom zenuwstelsel Al of niet duidelijke oorzaak
Reageert goed op analgetica Onschadelijke prikkels worden pijnlijk
24.2. indeling op basis van oorzaak
Nociceptieve pijn Neuropatische pijn
Dreigende of actieve weefselschade Zenuwbeschadiging of beschadiging pijnbanen
Somatische pijn: schade huid, spieren of botten Pijnscheuten, jeuk, branderig gevoel, tintelingen,…
Viscerale pijn: schade aan organen Soms geen duidelijke directe oorzaak
25. pijnbeleving
Lichamelijke factoren: vermoeidheid en misselijkheid beïnvloeden de pijnbeleving negatief
Psychische factoren: angst, spanning, machteloosheid, depressie, boosheid (negatief beïnvloeden)
Sociale factoren: eenzaamheid en gebrek aan sociale ondersteuning (negatief)
Culturele factoren: verschilt per cultuur
Spirituele factoren: dragelijker door godsdienst
Duur van de pijn: kort aanwezig minder storend of ingrijpend ervaren
25.1. het model van Loeser
, Nociceptie geeft pijnprikkel weer, fysieke aspect van pijn ( dreigende weefselbeschadiging), pijnprikkels
zenuwsignalen
Pijn waargenomen pijnprikkel wordt subjectief gegeven, pijn gevoeld door hersenen (cognitief)
Pijnbeleving emotionele gewaarwording, individueel. Angst, eenzaamheid, onzekerheid, psychologische
toestand kunnen dit beïnvloeden
Gedrag wat pt toont aan de buitenwereld
25.2. reacties pijn of pijngedrag
Individueel zeer verschillend. Erfelijk bepaald. Moment van optreden en context hebben invloed. Soms niet goed in
staat om pijn te beschrijven. Cave: comateuze patiënten met pijn
Verbaal en non-verbaal pijngedrag
Praten over de pijn, huilen, kreunen, zuchten en schreeuwen, zichzelf terugtrekken, stil en onbeweeglijk in bed
liggen.
Ouderen met dementie: alert voor gedragsveranderingen, verandering in faciale expressie, verandering in het
algemeen.
Fysieke reacties
Verandering in polsfrequentie, bleek worden, flauwvallen, overvloedig transpireren, toename spierspanning
25.3. pijnbeleving bij chronische pijn
Het ontstaan van chronische pijn
Sensitisatie: pijnsysteem geraakt overgevoelig
Pijndrempel komt lager te liggen
Verdwijnt normaal na acute fase
Soms niet, vooral na langdurige of extreme nociceptie
Onbehandelde pijn kan leiden tot chronische pijn
Impact op het leven
Zowel inhibitie als versterking door gedragsmatige en/of psychologische factoren. Deze factoren kunnen ook
onderhoudend zijn voor de pijn. Bij chronische pijn faalt inhibitie vanuit hogere cerebrale regionen (angst, aandacht
en cognitie) Er is dus een “lichamelijke” verklaring voor de pijn. Psychologische en psychosociale impact op het
leven. Groot aantal pijnpatiënten vertonen symptomen van depressie, slaapstoornissen en angst.
26. gegevensverzameling
26.1. een pijnanamnese
VALTIS MODEL
V→ VOORGESCHIEDENIS
A→ AARD VAN DE PIJN
L→ LOKALISATIE
T→ TIJD
I → INTENSITEIT
S→ SAMENHANG
26.2. pijnmeting
Moeilijk te meten. Meer dan louter somatisch gebeuren. Ook psychologische en sociale factoren. Pijnmeting is niet
hetzelfde als pijnbeoordeling.
Gebruikte hulpmiddelen
Visueel analoge schaal
Lijn van 10cm waarvan 2 uiteinden begrensd door termen ‘enkele pijn’ en ‘meest voorstelbare pijn’
De numerieke rating scale of numerieke beoordelingsschaal