PSYCHISCH WELZIJN MET LEERDOELEN EXAMEN
Hoofdstuk 1: Psychisch welzijn
- kunnen uitleggen wat psychisch welzijn is met vermelding van de drie aspecten die mentaal
welbevinden beïnvloeden
Psychisch welzijn is meer dan afwezigheid van psychische klachten en stoornissen. Persoonlijke
groei en optimaal functioneren zijn belangrijke doelen.
• Emotioneel welbevinden: levenstevredenheid, mate van aanwezigheid van positieve en
afwezigheid van negatieve gevoelens
• Persoonlijk welbevinden: zelfacceptatie, autonomie, levensdoel, zelfverwezenlijking,
persoonlijke groei, zinvolheid.
• Sociaal welbevinden: positieve relaties, positieve visie op anderen, vertrouwen in
maatschappelijke vooruitgang, inzicht en participatie.
- De drie lijnen of niveaus in de geestelijk gezondheidszorg kunnen aangeven met vermelding
van een typisch voorbeeld voor elke lijn
• Eerste lijn: grote toegankelijkheid, brede gerichtheid
o Bv. huisarts, JAC, CAW, CLB, gezinsconsultaties, enz.
• Tweede lijn (minder toegankelijk, meer specifieke gerichtheid)
o Bv. CGGZ, PAAZ, specialist-geneesheer, enz.
• Derde lijn (toegankelijk na doorverwijzing, strikte opnameprocedures, sterk doorgedreven
specialisatie)
o Bv. psychiatrische ziekenhuizen, therapeutische gemeenschappen, enz.
- De counselingmethode van Rogers kunnen omschrijven met vermelding van de drie
grondhoudingen + empathie, acceptie, echtheid kort kunnen omschrijven
Counselingmethode van Rogers: zorgen voor een veilige en ondersteunende werkrelatie met de
client door middel van
• Empathie: eigenschap dat je de gevoelens of gedachten van een ander aanvoelt.
• Acceptatie: veronderstelt dat men open en aanvaardend is ten aanzien van gedachten en
gevoelens v/d client, positieve gezindheid. → de client niet bekritiseren, alles is
bespreekbaar, maar agressieve gedrag mag je altijd begrenzen!
• Echtheid: betekent dat men als een authentiek persoon in de relatie staat, zich niet
verschuilt achter eend professionele façade, openheid en eventueel transparantie.
- De bedoeling van het gebruik van de counselingmethode kunnen aangeven
➔ Zie casussen op ppt-inleiding
- (Relatie met de cliënt) Wat zijn de 5 machtsfactoren en leg uit!
• Dwingende macht is dreigen met of effectief uitvoeren van sancties zoals boetes, straf,
uitsluiting en wordt als negatief en autoritair ervaren.
• Belonende macht bestaat uit het bieden van sociale waardering, zoals het geven van
complimenten en/of materiële beloningen.
• Legitieme macht is formele of wettelijke macht verbonden aan maatschappelijke functies.
• Referentiemacht is verbonden aan uitstraling of charisma, de aantrekkingskracht van een
persoon.
1
, • Deskundigheidsmacht is gebaseerd op het beschikken van specifieke vaardigheden,
gespecialiseerde kennis, expertise.
- Klassieke en operante conditionering kort kunnen omschrijven + het onderscheid tussen
klassieke en operante conditionering kunnen aangeven
Klassieke conditionering:
• Leren, van verbanden tussen, situaties
• Leren, van betekenissen, voorspeelbaarheid
➔ Bv. Hond van Pavlov hoorde het bel omdat zijn eten klaar staat
Maar na de 2de keer dat er gebeld gaat hij terug naar zijn plek en hij denkt weer dat er
eten klaarstaat terwijl niets van eten is.
Operante conditionering (alle opvoedingstechnieken):
• Leren van verbanden tussen vrijwillig gedrag en de gevolgen in specifieke omstandigheden
• Leren van controleerbaarheid, krijgen van beloningen en vermijden van straf
➔ Bv. kind zeurt om snoep in een supermarkt aan de kassa (maar thuis kan hij niet zeuren
om snoep)
- Kunnen uitleggen wat een SRC- of gedragsanalyse is met toelichting van de drie onderdelen
SRC- of gedragsanalyse is het definiëren en onderzoeken van het verkeerde gedrag van een
cliënt.
- Een gedragsanalyse kunnen maken van een eenvoudige voorbeeld
Gebeurtenis → gedrag → gevolgen
Bv. Ik ga naar de winkel → ik zeur om snoep → ik krijg mijn zin, snoep
Bv. Ik heb examen → ik studeer en doe mijn best → ik krijg goede punten
- De verschillende soorten consequenties bij operante conditionering kunnen aangeven
- Onderscheid kunnen maken tussen positieve en negatieve beloning, positieve en negatieve
straf, positieve beloning en positieve straf, negatieve beloning en negatieve straf +
voorbeelden
Positieve beloning: toedienen van een aangename prikkel (iets geven)
• Gedrag leidt tot het verkrijgen van iets prettig → Gedrag neemt toe
➔ Bv. als mijn zoon een goed rapport heeft, dan gaan we samen iets lekker eten
Negatieve beloning: verdwijnen, uitblijven van een onaangename prikkel (iets weggeven)
2