Hierin worden alle benodigde hoofdstukken vanuit het boek 'Psychiatrie, een inleiding', samengevat. Nodig voor de cursus Forensische Psychiatrie . Dit is een samenvatting van de nieuwste editie. Hierbij worden de behandelingen niet besproken, wat ook niet nodig is voor het tentamen.
Alle testen + vragenlijsten psychodiagnostiek volwassenen
Alles voor dit studieboek (165)
Geschreven voor
Universiteit Utrecht (UU)
Minor Criminology
Forensische Psychopathologie
Alle documenten voor dit vak (19)
Verkoper
Volgen
enyavandermost
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
PSYCHIATRIE, EEN INLEIDING – SAMENVATTING VOOR FORENSISCHE PSYCHOPATHOLOGIE 2022
H1
1.1-1.2
Psychopathologie – het gebied van psychiatrie en klinische psychologie, dat zich bezighoudt met vormen van
afwijkend gedrag, de oorzaken ervan en behandelingen.
- Men gebruikt de term psychische stoornis als er gepraat wordt over afwijkend gedrag, deze term bekijkt
namelijk naast biologische en psychologische aspecten ook naar sociaal-culturele invloeden
- Er zijn 6 criteria voor afwijkend gedrag
1. Uitzonderlijk – maatstaf bij de beoordeling van gedrag, mate van voorkomen
2. Sociaal afwijkend - rekening houden met cultuurverschillen, bepalen welk gedrag sociaal afwijkend is
3. Foute perceptie of interpretatie van de realiteit – dingen zien of horen die er werkelijk niet zijn
4. Aanzienlijk emotioneel lijden van de persoon – lange aanhouding van hevige emoties
5. Ongepast of contraproductief gedrag – gedrag dat niet nuttig is voor de persoon maar juist belemmert
6. Gevaar – gedrag dat gevaar oplevert voor anderen, met belang van sociale context
- Afwijkend gedrag is per cultuur verschillend, zo ook in definitie en belang van symptomen. Soms komen ze
natuurlijk wel overeen.
1.3
Historie van afwijkend gedrag
1) Hippocrates – ziekten van lichaam en geest zijn het gevolg van natuurlijke oorzaken, het uit evenwicht
zijn van de humores of wel lichaamssappen. Hij droeg bij aan de moderne manier van denken door zijn
classificering van abnormale gedragspatronen; melancholie, manie en bezetenheid.
2) Arabische psychiatrie – veel aandacht voor behandeling, theorie en diagnostiek met dank aan de Koran
die adviseert voor humane behandeling van geestenzieken.
3) Middeleeuwen – afwijkend gedrag is een teken van bezetenheid, heks vervolging
4) Gekkenhuizen – hierin werd iedereen die niet in de samenleving sociaal beeld paste geplaats, vb.
daklozen
5) Hervorming 1800 – afwijkend gedrag vertoonde ziekte met recht om menselijke behandeling, dit viel
echter in de maatschappij niet goed gezien zij gestoorden zagen als een bedreiging voor de samenleving
6) Hervorming 1900 – apathie, afwijkend gedrag is ongeneeslijk
7) Hervorming 1950 – medicinale behandeling
8) Kritische psychiatrie – anti psychiatrische bewegingen die stelden dat afwijkend gedrag een product is
van de kapitalistische maatschappij
9) Hedendaags – nadruk op eigen kracht, empowerment
1.4
Ethische principes – gevormd om de waardigheid van het individu te bevorderen, menselijk welzijn beschermen
en wetenschappelijke integriteit waarborgen
- Informed consent en vertrouwelijkheid
,H2
2.1-2.2
Biologisch perspectief
Het zenuwstelsel – opgebouwd uit neuronen, zenuwcellen die door het hele lichaam signalen doorgeven.
- Neuronen hebben elk een cellichaam met daarin een celkern waarin zuurstof wordt omgezet. Hierbuiten
steken enkele dendrieten uit, die de boodschappen van andere neuronen kunnen ontvangen via het axon.
Het axon is verantwoordelijk voor het versturen van deze boodschappen. Deze axonen eindigen in
eindknopjes, die dus de uiteindelijke overdracht compleet maken. Wat deze overdracht mogelijk maakt zijn
neurotransmitters, chemische stofjes die chemische veranderingen veroorzaken in het neuron. Deze stofjes
zijn echter specifiek gebonden aan receptorplaatsen en kunnen alleen hierop worden geactiveerd. Dit vindt
plaats in de synaps, de plek tussen twee axonen.
- Centrale zenuwstelsel – hersenen en ruggenmerg
Achterhersenen
o Medulla – rol in essentiële functies, slaap, niezen, hoesten
o Pons – bewegingen, functies m.b.t. aandacht, slaap en ademhaling
o Cerebellum ‘kleine hersenen’ – rol in evenwicht en motoriek
Middenhersenen – zenuwbanen tussen achter- en voorhersenen
o Reticulaire activeringssysteem (RAS) – netwerk neuronen, rol in slaap, aandacht en
activering
Voorhersenen
o Thalamus – sensorische informatie versturen, betrokken bij slaap en aandacht
o Hypothalamus – regulatie van lichaamsfuncties - vb. vloeistoffen, voedingsstoffen etc. –
motivatie en emoties
Limbische systeem – hypothalamus en delen van thalamus met andere hersendelen,
rol in herinnering en regulatie van basale drijfveren
o Basale ganglia – coördinatie van beweging
o Cerebrale cortex – cerebrum en hersenschors – verdeling van verschillende hersenkwabben
met toebehorende functies
1) Occipitaalkwab – zien
2) Temporaalkwab – verwerking van auditieve stimuli
3) Pariëtale kwab – verwerking van tastbare stimuli
Sensorisch cortex hiervan ontvangt informatie van de huidsensoren
4) Frontaalkwab
Motorische cortex is betrokken bij spierresponsen
Prefrontale cortex is betrokken bij hogere mentale functies
- Perifere zenuwstelsel – verbind hersenen met buitenwereld
Somatische zenuwstelsel – verzend informatie over al onze zintuigelijke functies naar de hersenen,
wat vervolgens doorgaat naar de skeletspieren verantwoordelijk voor spierbeweging
Autonome zenuwstelsel – betrokken bij emotionele reacties en reguleert onbewuste activiteit
o Sympathisch zenuwstelsel – betrokken bij processen die hulpbronnen in het lichaam
mobiliseren indien nodig
o Parasympatisch zenuwstelsel – actief in het aanvullen van deze hulpbronnen en
energiereserves
, 2.3 – 2.4
Psychologisch perspectief
Psychodynamische modellen
- Sigmund Freud – psychoanalytische theorie die stelt dat psychische problemen resultaat zijn van onopgelost
conflict vanuit de ontwikkelingsstadia in kinderen.
Bewust deel – ego – realistische manieren van omgang met conflicten, werkt vanuit
realiteitsprincipe; wat praktisch haalbaar is terwijl rekening houden met behoeften
Onbewust deel – Id – basale driften, werkt volgens lustprincipe; directe bevrediging van verlangens
ongeacht de situatie – Superego – geïnternaliseerde normen en waarden opgenomen vanuit
omgeving
o Door afweermechanismen zorgt het ego ervoor dat er op een sociaal acceptabele manier
wordt voldaan aan de behoeften van het id, de mate waarin of het soort mechanisme dat
gebruikt wordt kan hierin problematisch zijn
Psychoseksuele ontwikkeling is verdeeld in vijf stadia
1) Oraal – seksueel genot door dingen in mond te steken
2) Anaal – samentrekking van de sluitspier
3) Fallisch – uitwendige geslachtsdelen
Oedipuscomplex – het gaan zien van je ouder van zelfde geslacht als je
rivaal, en ouder van andere geslacht met incestueuze gedachten
4) Latent – aandacht op school en spelen
5) Genitaal – pubertijd, ontplooiing volwassen seksualiteit
In elk stadium kan er te veel of te weinig bevrediging van de behoefte zijn
wat leidt tot fixatie, waarin de persoon op oudere leeftijd blijf hangen met
de behoeften van die bepaalde fase.
- Carl Jung – sprak van persoonlijk onbewuste – de opslag voor onderdrukte emotie – en het collectief
onbewuste – dat wat van onze ouders is geërfd, wat ook archetypen bevat; primitieve beelden in sociale
context
- Egopsychologie – ego heeft een eigen energie en motief
- Belangrijke tak van de psychodynamische benadering is degene die de sociale context van psychische
problemen benoemde. Hierin kwam veel voor de scheiding met ouders wat grote invloed kan hebben op de
ontwikkeling van latere relaties met anderen. Voorbeelden hiervan zijn de objectrelatietheorie, dat focust
op de kind-moeder relatie in de eerste 3 jaar van het kind zijn leven of de hechtingstheorie die focust op hoe
een kind zich cognitief vormt door interactie met zijn omgeving
Leermodellen
- Behaviorisme, ook wel leer- of gedragspsychologie genoemd, met de nadruk op waarneembaar gedrag en de
rol van leren
Klassieke conditionering – het opwekken van reflexen met ongeconditioneerde stimuli
Operante conditionering – werkt met het bekrachtigen van de response door middel van een
beloning
o Positieve bekrachtigers – verhogen de frequentie van gedrag omdat iets positiefs wordt
aangeboden
o Negatieve bekrachtigers – verhogen frequentie van gedrag omdat iets negatiefs wordt
weggenomen
o Straf, ofwel omgekeerde bekrachtiging
Positieve straf – toedienen van onaangename stimulus
Negatieve straf – wegnemen van positieve stimulus
- Sociaalcognitieve leertheorie focust op de leer van gedrag door observatie of modeling.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper enyavandermost. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.