Dit vak bevat nogal vrij veel informatie.
Na elke leereenheid is er een soort zelftest.
het document bevat antwoorden op de zelftest en antwoorden op vragen tijdens de leereenheden
1 Streptococcen zijn staafjesbacteriën die in een keten samenzitten. 1
Fout, streptococcen zijn bolvormig. Ze kunnen inderdaad wel lange
ketens vormen
van cellen maar elke cel hieruit staat apart.
Bacillen zijn staafjesvormig
2 Staphylococcen zijn onder de microscoop te herkennen op basis van hun 1
morfologische eigenschappen.
Juist
3 Archaebacteriën komen vaak in voedsel voor. 2
Fout
.Daarnaast kunnen ze ook voorkomen in zeer extreme omstandigheden
die vergelijkbaar zijn met de milieuomstandigheden die heersten tijdens
het ontstaan
van de aarde.
4 Bacteriën overleven ongunstige omstandigheden via sporen. 1
Juist en fout,
het gaat hier eigenlijk maar om een relatief kleine groep aan bacteriën
van de soorten Bacilllaceae en Clostriaceae. Deze zijn instaat op per
bacterie een spore te vormen die in tegenstelling tot de sporen van
o.a. schimmels gen
vermeerderingsfunctie maar een overlevingsfunctie.
5 Bepaalde bacteriën kunnen zich vermeerderen via endosporen. 1
FOUT
Endosporen hebben geen vermeerderingsfunctie maar dienen enkel om te overleven
in zeer ongunstige omstandigheden.
De sporen van schimmels hebben wel een vermeerderingsfunctie
11
6 Een bacteriecel die zich op 25 minuten deelt en waarvan er in 1 g 10 cellen zitten, 1
groeit in ideale omstandigheden na 20 uren uit tot een gewicht van 2815 g.
Juist
20uur = 1200 min => 1200/25 = n= aantal generaties = 48
2 tot de macht 48 = 2.81 * 10^14
Regel van drie
Zie voorbereiding monitoraat les 1!!
,7 Bacteriën die op een nieuwe voedingsbodem worden geënt, vermeerderen zich 1
ogenblikken logaritmisch
Fout, het gebeurt er komt eerst nog een fase vooraf. De eerste fase is de lag-fase en
gedurende die fase gaan de bacteriën zich aanpassen aan het medium. De duur
hiervoor verschilt van soort tot soort en ook afh. van het milieu. Tijdens deze fase
synthetiseren de bacteriën enzymen voor de aanmaak van aminozuren en vitaminen.
pas dan gaan ze zich beginnen delen en na een tijd bereiken ze een constante
delingssnelheid en dan pas kan men spreken van een exponentiële fas of log-fase. En
verder gaand volgt er een stationaire fase en dan een afsterffase.
Tijdens de logfase vermeerderen bacteriën zich exponentieel.
8 Juist. 1
De logfase is de fase na de aanpassingsfase en gedurende die logfase neemt het
aantal exponentiële toe tot een bepaald maximum.
Bepaalde bacteriën kunnen zich vermeerderen via sporen, zoals bij schimmels.
9 Fout 1
De stelling is niet volledig. Bij eenklein aantal bacteriën komen endosporen voor
zoals bij familie der Bacillaceae en clostridiaceaea, maar deze hebben geen
vermeerderingsfunctie.
zich via een asymmetrische celdeling, knopvorming zoals De Actinomyceten
die een mycelium vormen, kunnen (net als schimmels, die ook een mycelium
vormen) een nieuw mycelium vormen door fragmentatie of uit (exo)sporen.
Bacteriën kunnen rechtstreeks en onrechtstreeks genetisch materiaal uitwisselen.
Juist, bij de uitwisseling van DNA tussen bacteriën kan men 3 vormen
onderscheiden. De eerste is conjugatie waarbij genetisch materiaal tussen 2 cellen
overgedragen. Hierbij gaan de cellen dicht tegen elkaar liggen en vormen een
cytoplasmatische brug waarlangs DNA van de donor- naar de receptorcel wordt
overgedragen en geen wederzijdse uitwisseling is van DNA.
Tweede is transformatie waarbij een bacterie DNA-fragmenten opneemt die uit
dode cellen vrij gekomen zijn.
10 1
Derde is transductie waarbij virussen DNA overbrengen van de ene op de andere
bacterie.
Alle niet-extremofiele bacteriën sterven af bij een temperatuur van 100°C.
11 FOUT 1
Dit is afhankelijk van droog milieu of vochtig milieu
,12 Bepaalde bacteriën die in voedsel kunnen voorkomen (dus niet de extremofielen) 1
worden niet gedood bij sterilisatie.
FOUT
Als de sterilisatie juist verloopt, dan worden deze wel gedood
Bacteriën hebben licht nodig om te kunnen groeien.
Fout denk ik je hebt autotrofe bacteriën die zelf energie kunnen aanmaken. Deze
13 zijn fotoautotrofe bacteriën en daarnaast heb je ook heterotrofe bacteriPen 1
14 Een levensmiddel dat weinig water bevat, heeft automatisch een lage aw-waarde. 1
Juist, aw -waarde = verhouding tussen ongebonden (vrij) water en totale hoeveelheid water
in een product (max. 1). Hoe droger het voedingsmiddel hoe lager deze waarde en des te lager
het risico op bacteriegroei. Men moet wel opletten bij het gebruik en bewaren van droge
voedingswaren want deze kunnen ook water aantrekken waardoor deze waarde stijgt
en het risico op bacteriegroei toeneemt.
FOUT
Graan en melkpoeder hebben een AW van 0,70
Vochtgehalte graan 13%
Vochtgehalte melkpoeder 3%
Rozijnen
Vochtgehalte 17% maar AW 0,6
In een bodem komen vooral thermofiele bacteriën voor.
Fout,
thermofiele bacteriën/organismen kunnen groeien bij een temperatuur tot 70°C. Je
15 kan een onderscheid gematigde en extreem thermofiele micro-organismen. Deze 2
kunnen naast hun voorkomen in de bodem ook voorkomen in composthopen omdat
de temperatuur ook daar kan oplopen tot 45°C.
Halofiele bacteriën groeien in milieus met hoge aw-waarde.
FOUT
16 Halofiele bacteriën bevinden zich in zeewater en kunne slechts groeien in 1
aanwezigheid van een aanzienlijke zoutconcentratie.
, 17 Bacteriën kunnen maar leven in een temperatuurgebied tussen de 0 en 40°C. 1
FOUT
• De psychrofiele organismen groeien tussen 0°C en 30°C.
• De mesofiele organismen (de meerderheid van de bacteriën) groeien bij
temperaturen van 20°C tot 45°C met een optimum tussen 30°C en 40°C.
Parasieten
van warmbloedigen hebben een optimum van ca. 37°C.
• De thermofiele organismen kunnen groeien bij temperaturen tot 70°C en
80°C (de
extreem thermofiele nog hoger), hun minimumtemperatuur ligt boven 40°C.
Gematigd thermofiele bacteriën worden veelvuldig aangetroffen in grote
hopen in
afbraak verkerend organisch materiaal, zoals hooibergen, waarin de
temperatuur sterk
kan stijgen (hooibroei) en in warme bronnen. Extreem thermofiele bacteriën
vindt men
vooral in hete bronnen. Deze hebben optimum temperaturen tussen 65°C en
105°C.
18 Alle bacteriën kunnen in donkere omstandigheden groeien. 1
FOUT
19 Bacteriën zijn autotroof. FOUT 1
20 Saprofytische bacteriën zijn chemo-organoheterotroof en hebben geen levende 2
organismen nodig om te kunnen groeien.
21 Bacteriën kunnen op basis van hun celwandsamenstelling onder de microscoop 1
onderscheiden worden.
22 Om organische N uit afvalwater te verwijderen is afwisselend een zuurstofrijk en
een zuurstofloos milieu nodig. 2
Juist, waterzuiveringsstations binnenstroomt wordt in de meeste gevallen eerst
ontdaan van grof materiaal. Vervolgens gaat het afvalwater naar een eerste
bezinktank. Deze twee stappen horen bij de primaire zuivering. De onopgeloste
stoffen worden afzonderlijk (anaeroob) vergist. Het water dat overblijft, rijk aan
opgeloste organische verbindingen en allerlei micro-organismen bevattend, wordt
overgebracht naar een beluchtingstank. Daarin vindt de secundaire zuivering plaats,
een aerobe biologische zuivering. Het organisch materiaal wordt door micro-
organismen gemineraliseerd, dit wil zeggen afgebroken tot CO2, mineralen en water.
De organische N-verbindingen worden gemineraliseerd tot ammonium (N- cyclus).
23 Mineraliserende/nitrificerende/denitrificerende bacteriën in de bodem zijn 2
anaeroob, acidofiel en chemo-organotroof.
Fout, ten eerste gebeurt nitrificatie in aerobe omstandigheden en deze bacteriën
die voor de nitrificatie instaan zijn chemo-lithotroof. Denitrificatie gebeurt dan weer
in anaerobe omstandigheden en kunnen het gevormde nitraat vanuit de nitrificatie
omzetten naar stikstofgas. Deze zijn chemo-lithotroof. Bij mineralisatie worden
organische verbindingen omgezet tot anorganische verbindingen en gebeurt in de
aanwezigheid van zuurstof dus aeroob en chemo-organotroof.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper 1Niki. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,69. Je zit daarna nergens aan vast.