100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Gehele samenvatting voor strafrecht. Met een 8.5 afgerond! €4,49
In winkelwagen

Samenvatting

Gehele samenvatting voor strafrecht. Met een 8.5 afgerond!

 28 keer bekeken  2 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling
  • Boek

Met deze samenvatting een 8.5 gehaald!! Een gehele samenvatting van het boek praktisch straf(proces)recht. Alle begrippen zijn duidelijk uitgelegd en zoveel mogelijk verwijzingen naar een wetsartikel. De samenvatting is een combinatie van de uitgelegde lesstof door de docent en het boek.

Voorbeeld 3 van de 20  pagina's

  • Nee
  • Onbekend
  • 17 mei 2022
  • 20
  • 2021/2022
  • Samenvatting
avatar-seller
Strafrecht 2

Hoofdstuk 1
1.1
Strafbaar feit= Er wordt van een strafbaar feit gesproken indien het om een menselijke
gedraging gaat, die valt binnen een delictsomschrijving en die wederrechtelijk en aan schuld
te wijten is (art. 350 SV)
Het moet dus aan vier voorwaarden voldoen:
1. Het moet gaan om een menselijke gedraging
2. De gedraging valt binnen een delictsomschrijving
3. De gedraging is wederrechtelijk
4. De gedraging is aan schuld te wijten (verwijtbaar)
Uitleg:
1. De rechter praat vaak over een ‘gewilde spierbeweging’. Iemand die verlamd is en in
een rolstoel zit en van een berg wordt gegooid en hierdoor een ongeval veroorzaakt, is
dus niet schuldig. Hij heeft geen spier aangespand.
Je kan ‘nalaten’ om iets te doen. Je ziet een man verdrinken, maar helpt hem niet,
omdat je dan natte kleding krijgt. Je wordt dan vervolgt voor art. 450 Sr. Je doet dan
dus geen spier aanspannen, terwijl dit wel had gemoeten.
2. Legaliteitbeginsel  het moet wettelijk zijn vastgelegd.
3. Wederrechtelijk= ‘in strijd met het recht’ of zonder toestemming van het slachtoffer.
Dat is dus eigenlijk altijd wanneer het ook strafbaar is gesteld in de wet. Op een paar
voorbeelden na: een agent mag wel geweld gebruiken, een vrouw mag een man een
knietje geven als zij wordt aangevallen (rechtvaardigheidsgrond) etc.
4. Het moet de verdachte kunnen worden toegerekend. Kon hij het voorkomen? Kan
jouw een verwijt worden gemaakt?

Art. 27 SV aanmerken verdachte

Vorm van het functioneel daderschap: rechtspersoon die een strafbaar feit pleegt

1.2
Wederrechtelijk en schuld/ verwijtbaarheid worden elementen genoemd (stap 3 en 4 van
hierboven)
Delictsomschrijving is een bestanddeel (stap 2 van hierboven)

Bestanddelen: de onderdelen waaruit een delictsomschrijving bestaat
Elementen: de ongeschreven voorwaarden om iemand te kunnen straffen (dus die niet in de
delictsbeschrijving staan, maar wel nodig zijn)  wederrechtelijk en/of schuld
Extra uitleg: Staat wederrechtelijk en/of schuld in de wet? Dan is het en bestanddeel.
Staat het er niet in? Dan is het een element.
Is het een bestanddeel? Dan moet de rechter dit bewijzen. Is het een element? Dan hoeft
het niet bewezen te worden en gaat men ervan uit dat het meegenomen is

1.3
Misdrijven  boek 2
Overtredingen  boek 3  kantonrechter

Formele delicten  het handelen is strafbaar en niet het gevolg (art. 310/ 317/ 350 Sr etc.)

,Strafrecht 2

Materiële delicten  het gevolg is juist strafbaar (doodslag, het maakt namelijk niet uit hoe
je het doet, maar het gevolg is sowieso dat iemand dood is)

Commissiedelicten  het handelen is strafbaar (mishandeling, vernieling, iemand doden
etc.)
Omissiedelicten  Het nalaten is strafbaar (art. 450 Sr  iemand niet helpen die in nood is)

Gronddelict  een bepaalde gedraging is strafbaar gesteld (soort nulpunt)
Gekwalificeerd delict  Als het ernstiger is dan een gronddelict. Het gaat om hetzelfde
delict, maar vaak is er een extra bestanddeel toegevoegd. Moord met voorbedachten rade
bijvoorbeeld.
Geprivilegieerd delict  tegenover gestelde van een gekwalificeerd delict. Het is een
lichtere variant met een lagere strafbedreiging (kinderdoodslag art. 290 Sr)

Hoofdstuk 2
2.1
Wederrechtelijkheid  in art. 350 (vernieling) staat het woordje wederrechtelijk. Hierdoor
ben je dus niet strafbaar als je een maatje je vraagt om zijn huis te slopen.
Het woord ‘wederrechtelijk’ kan meer betekenissen hebben. Zie hieronder:

2.2
Betekenis 1: zonder toestemming van rechthebbende  Leer van Remmelink
Het is dus wel wederrechtelijk als je fiets gestolen wordt en je dan iemand anders zijn fiets
meeneemt
Het is niet wederrechtelijk als een agent een beroving ziet gebeuren, de verdachte tackelt en
hierdoor de verdachte zijn kleding scheurt. De verdachte doet dan aangifte, maar dit is dus
niet wederrechtelijk en de agent wordt vrijgesproken

2.3
Betekenis 2: Bestanddeel is element
Wanneer ‘wederrechtelijk’ in de wet staat en dezelfde betekenis heeft als ‘in strijd met het
recht’

2.4
Een rechter kan dus wederrechtelijk op 2 manieren vertalen:
- Zonder toestemming van de verdachte
- In strijd met het recht

, Strafrecht 2

Hoofdstuk 3
3.1
Opzet en schuld: Subjectieve zijde van een delict
Verschil tussen opzet en schuld: bij schuld was het niet je bedoeling om iets te doen, maar
het gevolg is er wel

Opzet= lichtste vorm van opzet: voorwaardelijk opzet. Je stelt je willens en wetens bloot aan
de aanmerkelijke kans dat een gevolg intreedt, en je neemt dat gevolg op de koop toe.
Oftewel:
Je weet dat er een goede kans is dat het fout gaat (weten) en toch doe je het (willen). Door
het toch te doen, accepteer je dus de (aanmerkelijk!) kans dat het mis gaat. Als het dan mis
gaat, dan wordt het strafrechtelijk gezegd dat je opzettelijk hebt gehandeld.

Zwaarste vorm van opzet: Opzet met bedoeling/ oogmerk
Lichtste vorm van opzet: Voorwaardelijke opzet/ opzet als mogelijkheidsbewustzijn

Dus om te bepalen of er sprake is van voorwaardelijke opzet moet je kijken of:
3 voorwaarden:
1. Er een aanmerkelijke kans is dat het gevolg zou intreden
2. Dat de verdachte ook wist (bewust zijn) dat die kans er was
3. En dat de verdachte desondanks toch gehandeld heeft (hij heeft het dus aanvaard)

Twee betekenissen van opzet:
1. Boos opzet: wanneer de verdachte willens en wetens de strafwet heeft overtreden
2. Kleurloos opzet: hier wordt alleen gekeken naar het handelen van de verdachte.
Wanneer een verdachte willens en wetens heeft gehandeld, is er al sprake van
kleurloos opzet. Dat de verdachte niet wist dat zijn handelen strafbaar was, doet er hier
niet toe.
Verschil: bij boos opzet WEET de verdachte dat zijn handelen strafbaar is.
De officier gaat hedendaags uit van kleurloos opzet. Het handelen is dus al genoeg.

3.2
Verschillende vormen van opzet:
- Opzet als bedoeling: de verdachte heeft een bepaalde bedoeling en daarom pleegt hij
een strafbaar feit. Het strafbare feit hoeft niet het gewilde resultaat te hebben om
vervolgt te kunnen worden. Stel je wilt iemand doodschieten, je richt je pistool op
diegene, maar op dat moment duwt een politieagent je omver zodat je mist, dan kan je
nog steeds vervolgd worden voor poging doodslag.
Bij oogmerk gaat het om het doel dat een verdachte heeft.
- Opzet als noodzakelijkheidsbewustzijn/ zekerheid: hierbij moet het gaat om een
gevolg waar de wil van de dader niet op gericht is, maar hij wel WIST dat dit gevolg
kan intreden
- Opzet als waarschijnlijkheidsbewustzijn: als de gevolgen van het handelen van een
verdachte waarschijnlijk zullen intreden (hoef je niet te kennen)
- Voorwaardelijke opzet/ opzet als mogelijkheidsbewustzijn: lijkt heel erg op opzet als
waarschijnlijkheidsbewustzijn. Het is hierbij niet voldoende dat de verdachte zich
bewust is geweest van de mogelijke gevolgen, maar hij moet de mogelijke gevolgen
ook hebben aanvaard.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nielsb2009. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  2x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd