NIERFYSIO DEEL 1: FYSIOLOGIE VAN LICHAAMSVLOEISTOFFEN
lichaamsvloeisto en
50% en 60% van ons lichaamsgewicht is water…
2 compartimenten
- extracellulair compartiment (40%)
➔ plasma volume: hoog Na buiten en hoog K binnen, meer proteïnen
densiteit dan de interstitiële ruimte
➔ interstitieel: ook veel Na buiten en veel K binnen, veel minder proteïnen
densiteit
➔ transcellulair: altijd speciaal van samenstelling, dit is altijd variabel
- intracellulaire compartiment (60%)
krachten die meespelen voor transport van vloeistof over membranen: de 2 Starling
krachten!
1. oncotische druk: verschil in hoeveelheid eiwitten
2. bloeddruk: transport van bloed plasma naar interstitieel vocht
3. osmotische druk: de druk over de celmembraan die het transport van
vloeisto en bepaald, de osmolaliteit van intra en extra moet gelijk zijn voor
evenwicht
aantal definities
molariteit aantal opgeloste deeltjes per liter, wel temperatuur
afhankelijk
molaliteit aantal opgeloste deeltjes per kg, dit is temperatuur
afhankelijk, wordt gebruikt door de nefrologen
toniciteit een factor die uitdrukt wat het e ect is van de smst op een
celvolume (hypo, hyper, iso)
osmotische druk drijvende kracht voor water-transport als gevolg van een
verschil in aantal opgeloste deeltjes → Wet van ‘t Ho :
met: σ: osmotische coe cient (relatieve permeabiliteit, reflectiecoe cient)
= 0 voor ine ectieve osmoliet (vrij membraanpermeabel, ureum)
= 1 voor e ectieve osmoliet (niet membraanpermeabel, sucrose)
n: aantal deeltjes per molecule
C: totale concentratie
R: algemene gasconstante
T: temperatuur in K
, e ectieve osmolen deeltjes waarvoor membraantransport gelimiteerd is,
kunnen niet door membraan, dan gelijk krijgen door
transport water of transporters ⇒ zorgt dus voor
watertransport
ine ectieve osmolen deeltjes die vrij door plasmamembraan bewegen ( ureum)
oncotische druk osmotische druk die specifiek ontstaat door het verschil in
aantal huge huge proteïnen ( macromoleculen, globulines →
kunnen niet door capillaire membranen ook niet). De
vloeistof die veel prot bevat trekt shit naar zich toe van een
vloeistof met maar weinig proteïnen. Is klein tov osmotische
druk, is groter dan de osmotische druk voor een zelfde
verschil in concentratie
soortelijk gewicht totale gewicht van een oplossing/zelfde volume gedistilleerd
water. Voor normale urine: 1.008/1.010
transport van vloeistof tussen compartimenten
over de capillaire wand is er vloeistofverplaatsing mogelijk, we gaan dus van bloed in
een capillair haarvat naar interstitieel compartiment, ⇒ bepalen dus hoe en in welke
richting de vloeistof gaat stromen
hangt af van de twee Starling krachten
1. hydrostatische druk in bloedvat, gericht vanuit het
capillair naar het interstitieel compartiment
2. oncotische druk (π), ontstaat doordat aan de ene
kant veel proteïnen en aan de andere kant weinig ⇒
gericht vanuit het interstitieel vocht naar de
capillairen!
! osmotische druk niet, want de wand is even doorlaatbaar voor alle ionen dus weinig
verschil over osmolariteit
! in de lengte van een capillair maakt ook een
verschil, niet overal even doorlaatbaar:
,filtration rate: welk volume over de capillaire wand gefiltreerd word, wordt bepaald door
hoe doorlaatbaar de endotheellaag is, en dan nog oncotische en hydrostatische druk
NIERFYSIO DEEL 2: STRUCTUUR EN FUNCTIE VAN DE NIER
functionele anatomie van de nier
algemeen: het nefron
= dé belangrijkste structuur van de nieren en zijn link met het
bloedvatenstelsel
- nieren worden mega goed doorbloed, want ahja ze
zuiveren dat
- dus een heel complex bloedvatenstelsel: de rode
bloedvaatjes komen in contact met allemaal kluwen
van haarvaatjes omgeven door een kapsel van
Bowman, die filtreren dan het arterieel bloed dat
aankomt → filtraat komt dan in niertubulus uiteindelijk
- plaats waar er dus gefilterd wordt is dus de glomeruli
- segmenten van de nier
➔ cortex (schors) ⇒ daar de corticale nefronen
➔ buitenste mergzone ⇒ daar ook corticale
nefronen
➔ binnenste mergzone ⇒ daar juxtamerulaire
nefronen
- nefronen worden ingedeeld naargelang de positie van
het Bowman kapsel, beiden zijn functioneel verschillend
➔ corticaal nefron/ oppervlakkige nefronen
➔ juxtamedullair nefron: de lus van Henle zit in de
binnenste merg zone, de rest nog erbuiten
- ongeveer 1 miljoen nefronen per nier, en ge hebt dan ook nog is 2 nieren! Er kan
dus relatief veel nierweefsel verloren gaan voordat ge echt ziek wordt, 80% kan
weggaan door bijvoorbeeld een tumor en de nier functioneert nog steeds oke
- segmenten van de tubulus
➔ nierlichaampje: Bowman kapsel
➔ proximale tubulus
➔ lus van henle
➔ distale niertubulus
➔ verzamelbuis
- rijkelijk doorbloed 25% van het bloed van het hart
- glomerulaire capillairen: de belangrijkste, brengen het bloed
- e erente arteriolen: vasa recta bij juxta of peritubulaire capillairen voor corticale
nefronen → via vene renales dan afvoer
, bijzondere structuren in het nierlichaampje
1. nierlichaampje / lichaampje van Malpighi
= een kapsel gevormd over een netwerk van capillairen.
E erente bloedvaten voeren dan bloed terug af. Bloed wordt
gefiltreerd over het lichaampje en dan in al die tubuli. Heel
veel gespecialiseerde cellen
2.Juxtraglomulaire apparaat
waarom zo speciaal?
= omdat die bij zijn distale niertubulus terug contact maakt met de glomerulaire filter.
Daar zit er een controle van de samenstelling van de tubulaire filter. kan dan zorgen
voor een andere filtratie rate enzo . Das dus de functie van het juxtaglomerulair
apparaat. Gevormd door: extraglomerulaire mesangiale cellen, macula densa:
(gespecialiseerde epitheelcellen) en granulaire cellen: in de wand van het a erent artiole
produceren en releasen renine
Via macula densa cellen en via granulaire cellen (ZETTEN RENINE VRIJ), das mega
belangrijk want controleren bloeddruk en doen ze op basis van samenstelling van
vloeistof die vrijzetting
dus…
- Een segment van de stijgende Lus van Henle dat terug in contact komt met het
glomerulus.
- Extraglomerulaire mesangiale cellen Macula densa: gespecialiseerde
epitheelcellen Granulaire cellen: in de wand van het a erent artiole produceren
en releasen renine