Internationale marketing
Les 1
Hoofdstuk 1: De internationale omgeving
Actualiteit: wat heeft impact op bepaalde sectoren?
-> Pandemie heeft op internationaal vlak een grote impact en is een bedreiging
voor vele sectoren maar er schuilen ook opportuniteiten.
-> Amerikaanse verkiezingen: Trump ingewisseld door Biden heeft op
economisch vlak internationaal een impact
-> Brexit: verkeer van goederen en diensten stopt, België was een zeer goede
handelspartner
1.1De economische omgeving
1.1.1 Het economische ontwikkelingsniveau
Bestaanseconomie
-> Het grootste deel van de bevolking is actief in de agrarische sector. De
opbrengst is amper toereikend om in de eigen behoeften te voldoen want er zijn
beperkte handelsmogelijkheden.
Grondstof exporterende economie
-> Er is een zekere rijkdom aan één of een aantal grondstoffen.
Industrialiserende emerging economie
-> Productie maakt 10-20% van de economie uit
Deze economie is vaak onstabiel, we moeten het opvolgen want er zijn vaak
groeimogelijkheden. Doordat de industrie groeit, groeit er ook een behoefte aan
uitrustingsmateriaal voor die sectoren.
Industriële economie
-> binnen deze markten is er een zeer hoog niveau van import en export. Ook
een grotere groep actieven met een gemiddeld tot hoog welstandsniveau.
LDC’s: Less or least developed countries: zowel de onderontwikkelde als de
ontwikkelingslanden.
Deze hebben geen tot zeer beperkte productieactiviteit en gebrekkige
infrastructuur (transport, gezondheid, opvoeding,…)
NIC’s: Newly Industrialised Countries: landen in ontwikkeling war er al duidelijke
exportmogelijkheden zijn. Men doet moeite om infrastructuur te verbeteren.
AIC: Advanced Industrialised Countries: Uitgebreide productie en zeer sterk
uitgebouwd dienstapparaat.
1.1.2 De inkomsten
De meer en minder ontwikkelde delen van de wereld zullen voor een belangrijk
onderscheid zorgen.
GINI: coëfficiënt waarmee men de spreiding gaat bekijken hoeveel iedereen
verdiend
,0 = perfecte inkomensgelijkheid 1 = perfecte inkomensongelijkheid
vanaf 0,4 komen we in gevaar, het is het breekpunt. Boven 0,4 is slecht.
1.1.3 De bestedingen van de consumenten
In de meer ontwikkelde landen zal het aantal % besteed aan primaire behoeften
lager liggen dan minder ontwikkelde landen (minder ontwikkelde landen hebben
minder geld dus zal de meerderheid van het geld naar primaire middelen gaan
terwijl dat meer ontwikkelde landen meer geld hebben voor luxegoederen).
Psychologisch element: Apple verkoopt aan Indiërs afgedankte iPhones
(tweedehands) omdat ze denken ‘ze hebben mindere middelen dan ons’ maar de
Indiërs voelen zich beledigd.
1.1.4 Afnemersgedrag
Gaat voornamelijk over het verschil in aanschaf/consumptie van bepaalde
producten of diensten in verschillende landen.
In bepaalde gevallen wordt dit economisch bepaald, maar in andere gevallen ook
sociaal-cultureel.
Voorbeeld: Koffie consumptie
We hebben in koude dagen meer zin in koffie. We zien dus ook dat koudere
landen meer koffie consumeren dan warme landen (bv Finland vs India)
Voorbeeld: Alcohol consumptie
Door religie zal er in sommige landen minder tot geen alcohol geconsumeerd
worden.
1.1.5 infrastructuur: energie en transport
Onder infrastructuur verstaan we de aanwezigheid van (geasfalteerde) wegen,
spoorlijnen, luchthavens, energievoorzieningen én de kwaliteit ervan.
Er wordt meer en meer op andere manieren gebruik gemaakt om energie te
genereren
bv: zonnepanelen, windmolens, fietsen voor energie (gaat de grote tekorten niet
vervangen maar werkt wel op kleine schaal bv voor het gezin, wordt vaak gedaan
in India).
Singapore, Japan,… zijn beter bezig dan België en onze buurlanden.
Communicatie: het gebruik van internet
Mensen zijn steeds meer in een stedelijke omgeving gaan wonen in plaats van op
het platteland.
Smart cities: een stad waarbij informatietechnologie en het internet der dingen
gebruikt worden om de stad te beheren en te besturen.
,Demografische omgeving
1.1.6 Het opleidingsniveau
Opleidingssystemen verschillen per land, en dit heeft zijn effect op de bewoners
en op hoe zij zich opstellen als consument, maar niet alleen daarop, ook op de
invulling van de arbeidsmarkt.
1.1.7 De gezinssamenstelling
De gezinssamenstelling is een belangrijke factor om inzicht te hebben, daar het
gezin in heel wat bestedings-, beslissings- en consumptiesituaties een cruciale rol
speelt.
De rol van het gezin varieert ook sterk binnen verschillende culturen.
Naast het ‘kern’ gezin zal het meestal ook zinvol zijn om de ‘ruimere’
samenstelling te bekijken.
1.1.8 De gezondheid
Hongersnood, kindersterfte
Obesitas: 1 miljard mensen lijden honger, terwijl anderhalf miljard mensen
obesitas hebben. Het systeem moet veranderen
Mensen moeten meer sporten bv in Japan: fitnes tijdens het werk of men krijgt
een boete in sommige gevallen om obesitas tegen te gaan.
Coronavirus: 6,7 miljoen meer kinderen dreigen ondervoed te raken door deze
crisis Tropische ziektes: malaria wordt niet alleen meer meegebracht door
reizigers. Muggen dragen de ziekten over in Europa, en ze komen naar ons.
Ebola
HIV
Desondanks kunnen we gelukkig ook wel stellen dat de gemiddelde
levensverwachting nog nooit zo hoog is geweest en dat voornamelijk de laatste
65 jaar dankzij grote vooruitgang in het medisch vakgebied.
Echter wel nog grote verschillen afhankelijk van in welk land men geboren is en
geslacht.
1.1.9 De multiculturele samenstelling van de bevolking
West-Europa kent een groei op het vlak van een meer diverse samenstelling van
de bevolking.
Bv: In Amerika zal in de komende 40 jaar een stijging plaatsvinden van
Spaanstaligen.
1.2politiek-juridische omgeving
Exportmarketingbeslissingen worden beïnvloed door zowel supranationale,
nationale, subnationale overheidsinstanties.
De mate waarin de overheid invloed heeft op de export van bedrijven hangt af
van:
1. Het soort economisch systeem: kapitalistisch, socialistisch,…
2. De overheidsnorm: koninkrijk, republiek, democratisch,…
, 3. Het wettelijke systeem: code, common, islamic law
Een code of civil wetsysteem is gebaseerd op het wetboek.
Een common wetsysteem wordt hoofdzakelijk wet gesproken gebaseerd op
eerdere uitspraken
Een islamic wetsysteem is gebaseerd op de Sharia. Wat niet bepaald is in de
Sharia, wordt overgelaten aan de bepalingen van de overheid en islamitische
rechters.
De regelgeving situeert zich op transnationale en nationale instanties vooral op
terreinen als productveiligheid en – aansprakelijkheid, faillissementswetgeving,
patenten,…
1.2.1 De bevorderende rol
Het aanmoedigen van internationale transacties wordt vaak op supranationaal
niveau georganiseerd.
1.2.1.1 Samenwerkingsvormen
De World Trade Organisation (WTO)
Opgericht in 1995
Het algemene doel van het WTO bestaat erin ervoor te zorgen dat de handel
tussen de lidstaten zo vrij en transparant mogelijk plaatsvindt.
Het WTO bemiddelt in internationale geschillen en spreekt sancties uit in het
geval van het niet-respecteren en naleven van de gemaakte afspraken.
1.3.1.3 Informatiediensten
Ondernemers met buitenlandse plannen kunnen aankloppen bij de binnenlandse
adviseurs die in de Vlaamse provincie een kantoor hebben en/of bij de Vlaamse
Economische Vertegenwoordigers (VLEV) die in het buitenland gevestigd zijn.
1.3.1.4 Exportfaciliterende activiteiten
Ambassades/consultanten
Handelskantoren
Exportbeurs FIT (Flanders Investments and Trade)
Handelsmissies
1.2.2 De belemmerende rol
= elementen die rechtstreekse impact hebben op het te voeren management, de
strategische keuzes en implementatie.
1.2.2.1 Geleidelijke handelsbeperkingen
Invoerheffingen en/of aanvullende belastingen
-> Een taks die geheven wordt bij de invoer van bepaalde producten, opgelegd
door de overheid
Bedoeling van invoerheffingen:
1. Inkomsten genereren