CAPITA SELECTA
ANXIOLYSE
= angst is een gevoel van beklemming, vrees, onveiligheid of onzekerheid. Deze emotie zal bij bedreiging
leiden tot vecht of vluchtreactie. Het kan gaan van lichte onrust tot pure paniek.
= angst is nuttig want zonder angst zouden we roekeloos handelen. Als de mechanismen in hersenen
die de angst reguleren, verstoord geraken dan kan je een angststoornis ontwikkelen.
PSYCHOLOGIE EN FYSIOLOGIE VAN ANGST
Þ Onder invloed van hormonen cortisol en adrenaline
Fysiologie Symptomen
1) Longen meer bloed en bronchiën verwijden voor meer zuurstof Versnelde ademhaling
2) Gevolg meer O2-rijk bloed door lichaam en hart pompt krachtig Versnelde hartslag te meten
3) Bloeddruk wordt verhoogd Verhoogde bloeddruk te meten
4) Lever geeft extra glucose af waardoor bloedsuikerspiegel stijgt, Trillen
maar hierdoor is er achteraf extra ongebruikte glucose
5) Bloedvaten transporteren de glucose naar spiercellen Energie voor fight or flight
6) Spijsverteringsstelsel krijgt minder bloed (meer naar spieren) Misselijkheid
7) Minder speeksel door stilvallen van spijsverteringsstelsel Droge mond
8) Minder bloedtoevoer naar huid Bleekheid
9) Zweetklieren geven extra zweet af (Angst)zweet
10) Ogen focussen op gevaar en zenden alle info naar hersenen Verwijde pupillen
11) Hersenen zoeken naar vergelijkbare situaties om te reageren Freeze or faint / fight or flight
ANDERE SYMPTOMEN (BIJ TANDARTS)
- Zeer gefocust, geen oogcontact, niet in stoel gaan
- Onhandig, blijven praten, overdreven lachen, handen voor mond
- Zeggen op voorhand, veel pauzes willen, wegdraaien
SYNCOPE
Vasovagale syncope Presyncope
Bewustzijnsverlies door emotionele toestand. Geen bewustzijnsverlies maar wel optreden van
Prodroom bestaat uit duizeligheid, misselijkheid, prodromen. Indien omgekeerd zou dit kunnen
visuele storing en zweten (sec-min). Zenuw wijzen op cardiovasculaire problemen!
stimulatie zorgt voor verwijding bloedvaten
waardoor plots kort bewustzijnsverlies en geen
pols en achteraf spontaan herstel.
,ANGST/FOBIE VOOR TANDARTS
CONDITIONERING
= Aanleren om zeker gedrag te vertonen als reactie op externe prikkels
- Directe conditionering: negatieve ervaring bij tandarts (vaak op kinderleeftijd)
- Indirecte conditionering: aanhoren van negatieve ervaringen van andere, vaak van ouder op kind
GEVOLGEN VAN ANGST OP MOND
- Vermijden van tandartsbezoek
- Pijn en ongemak
- Minder kauwvermogen
- Halitose
- Esthetische problemen
Þ Zorgt uiteindelijk voor eenzijdige zachte voeding (cariës) en isolatie van sociale leven uit schaamte
FACTOREN BIJ OPBOUWEN VAN POSITIEVE PATIËNT RELATIE
- Milde angst is hanteerbaar (geeft geen plotse problemen maar wel rekening mee houden en
behandelstrategie aanpassen) maar extreme angst vereist deskundigheid (behandelachterstand,
psychiatrische symptoom, mentale beperking of fobie voor thk situaties).
- Kind niet laten meekomen bij ouder, kind als eerste in stoel, geen valse beloftes of onwaarheden
vertellen, altijd goed uitleggen wat je gaat doen, bij nieuwe patiënt navragen of hij ertegenopziet.
Þ Opbouwen van vertrouwensband is essentieel om kind behandelbaar te maken en houden!
Het kind - Het kind kan te jong zijn voor een behandeling in de stoel.
- Het kind heeft cognitieve beperking, waardoor ambulante behandeling moeilijk.
- Voorafgaande tandheelkundige of heelkundige ervaringen kunnen een rol spelen.
- Kindermishandeling en seksueel misbruik hebben ook hun impact.
De ouder - De ouder heeft voornamelijk een voorbeeldrol (positief of negatief).
- Spanningen tussen ouders of een vechtscheiding kunnen de situatie beïnvloeden.
- De hechting van het kind kan al of niet een behandeling bemoeilijken (veilige
hechting waarbij vrij zelfstandig kind maar valt terug op ouder, of snel zelfstandig
onafhankelijk kind zonder steun van ouder nodig, of ambivalente houding waarbij
onzeker kind welke beter behandelbaar zijn zonder ouders).
De tandarts - De tandarts is verantwoordelijk voor de omgeving waarbinnen het kind behandeld
wordt (deze is het best kindvriendelijk en prikkelarm).
,- De tandarts dient het kind ook gepast te benaderen (geduld, tijd nemen, contact
leggen met kind, tell-show-feel-do, respect tonen, atraumatisch werken).
,ANGSTANAMNESE
= via angstanamnese krijgt men beter begrip van angst van patiënt wat begeleiding op maat mogelijk
maakt. Zo verloopt de behandeling vlotter en is er meer kans dat de patiënt een positieve ervaring heeft.
- Hoe lang heeft de vermijding plaatsgevonden?
- Hoe en in welke situatie is de angst ontstaan?
- Hoe verliepen eerdere behandelingen?
- Wat zijn de triggers van de angst?
- Waarvoor is hij precies bang?
- Wat zijn de eventuele consequenties van de angst?
- Hoeveel info wenst de patiënt vooraf / tijdens de behandeling?
- Welk effect heeft het op zijn sociaal leven en gezondheid?
- Wat is de copingstijl van de patiënt?
- Doet de patiënt zelf al iets om met de angst om te gaan?
- Wat kan de zorgverlener doen om de patiënt op zijn gemak te stellen?
Þ Patiënt laten inschatten via een schaal van 1 tot 10
Indien onduidelijkheden:
Blijven doorvragen want enkel dan vindt men de echte aversieve stimulus. Meeste patiënten geven een
duidelijk aversieve stimulus (pijn, bang van stikken, schade aan tanden) maar sommigen noemen wel
eens een niet aversieve stimulus (geluid van boor, achterover liggen).
Aandachtspunten:
ª Begrip, empathie en respect voor patiënt: zorgverlener moet situatie door ogen van patiënt
proberen te bekijken.
ª Soms psychopathologie: af te leiden uit medische anamnese (psychiatrie, psychofarmaca). De
vraag is of de patiënt alleen voor thk behandeling angstig is of ook voor meerdere angsten.
ª Onder invloed van angst kunnen patiënten wensen hebben: zorgverlener moet ervoor waken
geen behandelingen in te stellen die niet geïndiceerd zijn (vb totaalextractie of behandeling onder
narcose gewoon omdat patiënt dit wil omwille van zijn angst).
ª In behandelplan enkele zaken expliciet formuleren: het vormgeven van een op angstreductie
gerichte behandeling moet hier bvb instaan.
ª Maak goede afspraken met de patiënt: vraagt dat patiënt zelf zijn consultatie boekt (niet zijn
partner bvb) en dat hij deze best in voormiddag plant (ontspanningsoefening thuis al starten).
Laat hen ook altijd hun afspraak nakomen en zeg dat ze eventueel een begeleider meenemen.
, PSYCHOLOGISCHE BENADERING VAN ANGSTIGE PATIËNT
OP ANGST REDUCTIE GERICHTE BEHANDELSTIJL
= voor angstreducerend effect is geduld, vriendelijkheid en sympathie nodig. Het toepassen van deze
behandelstijl bestaat uit vertrouwen scheppen, correcte info en beheersbaarheid en voorspelbaarheid.
Þ Voor mensen met milde angst: deze behandelstijl zal voldoende zijn om behandeling vlot te laten
verlopen, soms moet men farmacologische ondersteuning toevoegen (medicatie, lachgas)
Þ Voor mensen met extreme angst: deze behandelstijl zal niet voldoende zijn en is doorverwijzing
naar specialist voor behandeling onder narcose nodig
VERTROUWENSRELATIE - Patiënt moet weten dat behandelsituatie veilig is
- Patiënt moet weten dat behandelaar rekening houdt met zijn angst
- Patiënt moet vertrouwen op dat er niets gebeurt buiten zijn wil
VERSCHAFFEN VAN - Patiënt heeft vaak irrationele opvattingen door vroegere slechte
CORRECTE INFORMATIE ervaringen dus meer positieve ervaringen zorgen voor evenwicht
- Modeling: sociaal leren van anderen door observatie of imitatie
BEHEERSBAAR MAKEN - Patiënt heeft sterke behoefte aan controle dus geef hem deze
VAN BEHANDELING - Patiënt moet ondervinden dat hij invloed kan uitoefenen op
behandeling (vb linkerhand opsteken)
- Desensitisation: angst overwinnen of vermijden door gewenning en
positieve contacten (moeilijkheidsgraad van behandeling opvoeren)
VOORSPELBAAR MAKEN - Tell-show-feel-do: patiënt weet steeds wat er komt doordat
VAN BEHANDELING behandelaar uitlegt wat hij gaat doen (vooraf en tijdens)
- Sensation information: aangeven wat men zou kunnen voelen, zeer
effectief voor angst te verminderen -> let op: niet bij niet-angstig!
VOICE CONTROL - Door verandering in intonatie/stemvolume de aandacht terugkrijgen
en gelaatsuitdrukking hierbij is belangrijk (vb luid naam uitspreken)
- Wordt vooral toegepast bij kinderen -> leg uit aan ouders waarom!
ZELFREDZAAMHEID VAN PATIËNT VERHOGEN
= handvaten geven om angstniveau tot zekere hoogte te hanteren (behaviour management techniques)
DISTRACTIE TECHNIEK - Afleiden van beangstigende situatie ter toename behandelbaarheid
- Vb: buikademhaling, luisteren muziek, tv scherm, zelfhypnose,…
RELAXATIE TECHNIEK - Opspannen en ontspannen van spiergroepen (ademhalingstechniek)
à tijdrovend - Oproepen van rustgevende beelden
HYPNOSE - Bewustzijnsvorm van verdiepte focus met gelijktijdige afname van
à training nodig omgevingsbewustzijn en toename suggestibiliteit (of zelfhypnose)