Module 6: L’entreprise et son marché
1. Définition
- Le marketing se définit comme l'ensemble des actions qui ont pour objet de prévoir, constater, stimuler ou
renouveler les besoins du consommateur. Le département marketing oriente l'action commerciale au sein
d'une entreprise : il crée, conserve et élargit la clientèle
2. Différents types de marketing
2.1 Le marketing stratégique (analyser le marché) (examen: explication la difference du marketing stratégique et
opérationnel)
Le marketing stratégique Le marketing stratégique regroupe Strategische marketing Strategische
l'ensemble des techniques utilisées marketing omvat alle technieken die
pour analyser le marché dans lequel worden gebruikt om de markt
l'entreprise évolue. En effet, avant le waarop de onderneming actief is, te
lancement d'un produit, l'entreprise analyseren. Vóór de lancering van
va tenter d'identifier les …cibles … een product zal de onderneming
potentielles de son activité afin immers trachten de
d'adapter son offre potentiële ...doelgroepen ... van haar
activiteit te identificeren, teneinde
haar aanbod aan te passen
2.2 Le marketing opérationnel (mettre au pratique)
Le marketing opérationnel Le marketing opérationnel désigne Operationele marketing Met
les moyens utilisés pour remplir les operationele marketing worden de
objectifs définis par le marketing middelen bedoeld die worden
stratégique, donc les actions gebruikt om de door de strategische
concrètes mises en place sur le marketing bepaalde doelstellingen te
terrain : communication, promotion, bereiken, d.w.z. de concrete acties
publicité, marketing direct, ... die op het terrein worden
uitgevoerd: communicatie, promotie,
reclame, direct marketing, enz.
Marketing mix Le marketing opérationnel se Marketingmix Operationele
segmente en quatre points clés (les marketing is onderverdeeld in vier
4P) kernpunten (de 4P's)
Produit on tient compte de ses Product: wij houden rekening met de
caractéristiques, de son design, kenmerken en het ontwerp ervan,
Place où le produit sera-t-il vendu ? Plaats waar het product zal worden
verkocht
Promotion il faut réaliser une communication Promotie is nodig om een
pour la cible sélectionnée communicatie uit te voeren voor de
geselecteerde doelgroep
Prix sa fixation est réfléchie mais il est De prijs wordt in overweging
possible de le changer genomen, maar het is mogelijk deze
te wijzigen
2.3 Le marketing digital
1
, - Le marketing digital est l'utilisation des supports numériques (digital) pour vendre ou …promouvoir… des
produits. Autrement dit, c’est donc le marketing sur l'ensemble des supports et canaux numériques, tels que sur
ordinateur, tablette, smartphone, télévision, radio…
3. Agents du marché
3.1 Concurrents
Concurrents / Concurrenten /
Le marché principal (= les concurrent directs, des De belangrijkste markt (= directe
produits identiques), par exemple : concurrenten, identieke producten),
du pain b.v. brood
Le marché envrionnant (= les concurrent indirects, des De omringende markt (= indirecte
produits différentes qui satisfont les concurrenten, verschillende
mêmes besoins), par exemple : producten die aan dezelfde
RedBull, Nalu (donne énergie) behoeften voldoen), bv. RedBull,
Nalu (geeft energie)
3.2 Intermédiaires
Intermédiaires / Tussenpersonen
Producteur / Producent
Distributeur / Verdeler
Grossiste acheté des marchandises en Groothandel
grandes qualités et les revend
aux détaillants
Détaillant achètes marchandises pour les Detailhandelaar
revendre aux consommateurs
Consommateur / Consument
3.3 Clients
Les consommateurs = Les clientes de l’entreprise => on cherche à Huidige consumenten = de klanten van
actuels les conserver het bedrijf => we proberen ze te
behouden
Les consommateurs = Les clients de la concurrence => des Potentiële consumenten = klanten van
potentiels prospects de l’entreprise, la force de vente = de concurrentie => prospects van het
un représentant de société (il fait de la bedrijf, verkoopmedewerkers = een
vente) vertegenwoordiger van het bedrijf
(hij/zij doet de verkoop)
Les non-consommateurs = acheteurs potentiels qui ne consomment elatieve niet-verbruikers = potentiële
relatifs pas le produit maintenant (ni de votre kopers die het product nu niet
entreprise, ni de la concurrence) (pampers) verbruiken (noch van uw bedrijf, noch
van de concurrentie) (pampers)
Les non-consommateurs = n’achèteront jamais votre produit pour des Absolute niet-consumenten = zullen uw
absolus raisons éthiques, religieuses, physiques, product nooit kopen om ethische,
économiques… (boottocht, vlees,…) religieuze, fysieke, economische
redenen... (boottocht, vlees,...)
2