Dit document bevat een samenvatting van het boek Vijf eeuwen opvoeden in Nederland van het vak Geschiedenis van opvoeding en onderwijs van de RUG.
Ik heb dit vak afgerond met een 9,9.
Succes met studeren!
Hoofdstuk 1
Inleiding
De moderne pedagogische wetenschap is nauwelijks 100 jaar oud, maar pedagogische
reflectie bestaat al veel langer, die is zo oud als de mensheid.
1.1 Renaissance en Humanisme
De Renaissance (wedergeboorte) begon in Italië in de 15e eeuw, in de 16e eeuw verspreidde
de stroming zich door heel Europa. Deze overgang was niet abrupt maar in de voorgaande
eeuwen al voorbereid. Klassieke literatuur kwam terug en in de beeldende kunst uit de
Renaissance was waardering van de natuur en de mens.
Het 15e- en 16e-eeuwse Humanisme was een deel van de Renaissance, het was een
intellectuele stroming op wijsgerig en literair gebied. De mens kon volgens humanisten
redelijk en zedelijk zijn en kan kritiek leveren op schijnbare en overgeleverde zekerheden.
Erasmus
Erasmus was het prototype van de humanistische geleerde (intellectueel). Erasmus was tegen
de traditionele scholastiek (een wijze van filosoferen; beriep zich op autoriteiten uit het
verleden). In het begin schreef Erasmus nog over het verachten van de wereld, deze houding
maakte geleidelijk plaats voor een humanistische waardering en enthousiasme voor de bonae
litterae (klassieke literatuur). Volgens Erasmus waren het verval van zeden en de misstanden
in de kerk het gevolg van een gebrek aan een cultuur, klassieke culturele vorming was voor
hem de kern van alle echte opvoeding. Zijn kennisideaal paste bij de toekomstige geleerde.
Ook vond Erasmus dat er een liefdevolle verhouding moest zijn tussen leraar en leerling.
Verder geloofde hij dat de mens van nature tot het goede geneigd was en dat kinderen al op
jonge leeftijd konden leren, maar dat de mens zonder vorming slechter was dan een dier.
Montaigne
Montaigne was gericht op het leven van alle dag en dan vooral op het goede leven dat hij zelf
wilde leiden. Het ideaal van de oprechte mens is volgens hem levenswijsheid en geestesadel.
Zelf kunnen oordelen stond bij hem hoger dan kennis en wetenschap. Montaigne was
kosmopoliet, zijn kennisideaal paste bij de leefwijze van de integere magistraat van adellijke
komaf.
Vives
Vives had, anders dan de meeste humanisten, oog voor de opvoeding van meisjes (met als
bestemming moederschap) en voor de dagelijkse noden van de gewone bevolking. Vives had
aandacht voor de individualiteit van kinderen. Verder hield hij zich bezig met armoede, al
zocht hij de oorzaak daarvan bij de mensen zelf.
,1.2 Hervorming
Door het optreden van Luther en Calvijn in de 16e eeuw kwam er een kerkscheuring, het
protestantisme verbreidde zich (lutheranisme, calvinisme, anglicanisme). In Nederland
bestond in de 17e eeuw een grote mate van godsdienstvrijheid. De visie van de mens van de
hervorming is minder positief van die van het humanisme, in de hervorming lag sterke nadruk
op de zondigheid. Volgens de hervormers moest men zelf de bijbel kunnen lezen, dit sluit aan
bij de humanistische ontdekking van de oorspronkelijke tekst.
Marnix van Sint Aldegonde was een calvinist en pedagoog, hij had aandacht voor de
intellectuele ontwikkeling, maar ook voor vroomheid en lichamelijke oefening. Marnix
hechtte belang aan de moedertaal.
1.3 Pedagogisch realisme en piëtisme in de
zeventiende eeuw
De 17e eeuw (Gouden Eeuw) werd geteisterd door godsdienstoorlogen, maar toch was er ook
een behoefte aan verdraagzaamheid.
Empirisme en rationalisme
In beide stromingen staat de vraag naar het ontstaan en de aard van de menselijke kennis
centraal. Het empirisme wil alle kennis funderen in de zintuigelijke waarneming, volgens het
rationalisme is de rede de meest betrouwbare bron van kennis. Bij beide stromingen wordt de
mens van nature in staat geacht om te komen tot zekere, wetenschappelijke kennis.
Het pedagogisch realisme van Comenius
Comenius was een humanist, maar zijn pedagogiek was vooral gericht op de realiteit van het
alledaagse leven, kennis van de wereld om ons heen is voor kinderen van primair belang
(empirisme). Veel van zijn opvattingen komen voort uit de tragiek van zijn eigen leven. Een
schoolboek dat hij schreef, een geïllustreerd woordenboek, is op zaakkennis gericht. De
didactiek van Comenius stond tegenover de formele grammaticale vorming in de
humanistische schooltraditie.
Pansofie (al-wijsheid) is volgens Comenius het doel van de opvoeding, het biedt inzicht in de
universele ordeningsbeginselen waarvan de gehele werkelijkheid is doortrokken. Hij maakt
vergelijkingen tussen de opvoeding / het onderwijs en de natuur, hij wilde gelijk onderwijs
voor ALLE kinderen. Verder hield Comenius rekening met de beperkte vermogens van
kinderen.
Locke
Locke was filosoof en studeerde ook natuurwetenschappen en geneeskunde, hij beschouwde,
net als Bacon, de menselijke geest bij de geboorte als een tabula rasa, dat door waarneming
zou worden gevuld. Hij stond in de traditie van de hoofse opvoeding. Locke zag kennis als
,ondergeschikt aan deugd, hij vond dat kinderen ook zonder dwang tot iets konden komen.
Kinderen moesten gewend raken aan een natuurlijke levenswijze. Locke individualiseerde
veel meer dan Comenius.
Fénélon
Fénélon was ook een vertegenwoordiger van de hoofse opvoeding. Hij wilde meisjes
voorbereiden op hun toekomstige taken, omdat deze volgens hem veel voorbereiding vergen,
zijn hoge verwachting van het moederschap kwam o.a. voort uit zijn belang voor de
opvoeding van kleuters.
Deze drie mannen waren modern in hun tijd.
Het piëtisme
Deze stroming is een beweging waarin persoonlijke vroomheid (pietas) centraal stond, het
leven zelf moet, naast het geloof, ook gezuiverd worden. In Nederland was het piëtisme deel
van de Nadere Reformatie, de klemtoon lag op de praktijk van het alledaagse leven, op
meditatie en op persoonlijke godservaring. Francke is de bekendste vertegenwoordiger van de
piëtistische pedagogiek. Kinderen moesten volgens hem zorgvuldig afgeschermd worden van
alle aardse verleiding. Francke hield niet van 'onnut' tijdverdrijf. Industriositeit = een nieuwe
vorm van vlijt, in de 18e eeuw voor Frankce aan vroomheid verbonden.
1.4 De Verlichting en de achttiende eeuw
Rede en natuur
Volgens de Verlichting was de menselijke rede het uiteindelijk criterium bij het zoeken naar
waarheid. De Verlichting is door het Humanisme en het rationalisme voorbereid. Het is
moeilijk van een specifiek begin en einde te spreken, wel zijn er drie fasen: het begin
(Engeland), het hoogtepunt (Frankrijk) en de latere Verlichting (Duitsland).
Volgens verlichte denkers moest alles op natuurlijke wijze verklaard kunnen worden, de rede
is het enige echte wonder. God is dan dus de schepper van de rede en de natuur die rationeel
te begrijpen is. Veel mensen geloofden dat God de wereld geschapen had, maar niet meer
rechtstreeks ingreep (deïsme). Naast de rede was ook de natuur erg belangrijk in de
Verlichting, daarnaast vond men dat kennis zou leiden tot deugd. Verder ontstonden
verschillen door de invloed van de omgeving, waardoor de Verlichting ook een pedagogische
stroming was.
Verbreiding van de Verlichting
De verlichte denkbeelden moesten via algemene volksopvoeding in brede kring worden
verbreid. Verlichte ideeën werden geleidelijk richtinggevend voor het maatschappelijke
gedrag van de intellectuele burger.
, Spectatoriale geschriften werden veel gelezen, zo bleven ontwikkelde burgers op de hoogte
van nieuwe vindingen en inzichten. In Nederland was er de Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen, welke prijsvragen uitschreef. Al snel domineerden pedagogische thema's het
genootschap, het Nut gaf goedkope leesboekjes uit om deze te verspreiden onder alle lagen
van de bevolking, verder opende het scholen, bibliotheken en spaarbanken.
Rousseau
Jean-Jacques Rousseau is de beroemdste pedagoog uit de achttiende eeuw. Hij won een
prijsvraag van de Academie van Dijon, waarin de retorische vraag werd gesteld of de
wetenschappen en kunsten hadden bijgedragen aan de zuivering van de zeden, Rousseau vond
van niet. Een van zijn beroemdste werken, Julie ou la nouvelle Héloïse, is een roman over het
ideale huwelijk, het gelukkige gezin. Later schreef hij nog over de ideale regeringsvorm en de
ideale opvoeding (Émile).
Rousseau was een verlicht denker, wars van iedere onderwerping aan kerkelijk of wereldlijk
gezag. Hij was op zijn eigen manier diep religieus, maar vond dat kinderen pas over
godsdienst mochten horen als zij hier verstandelijk aan toe waren, wat veel kritiek opleverde.
Ook zijn politieke ideeën waren verlicht, hij was voor de democratie en was een wegbereider
van de Franse Revolutie.
Rousseau liet zich echter ook door intuïtie en gevoel leiden, zijn roman Julie veroorzaakte een
golf van sentimentaliteit. Hij stelde de natuur boven de cultuur, maatschappelijke instellingen
beletten de mens zichzelf te zijn. Voor Rousseau was de cultuur een norm voor de natuur, de
cultuur moest mogelijkheid bieden voor een leven in zuiverheid en oprechtheid.
De natuurlijke opvoeding houdt in dat de ouders zichzelf zo veel mogelijk moeten aanpassen
aan het natuurlijke groeiproces van een kind, de oorspronkelijke menselijke aanleg is dus
richtinggevend. De opvoeding komt van de natuur, de mens en de dingen. De opvoeding van
de mens helpt ons gebruik te maken van de opvoeding van de natuur en de opvoeding door de
dingen is de ervaring die wij zelf verwerven. Omdat de opvoeding door de natuur buiten onze
macht ligt, moeten de andere soorten hierop worden afgestemd (wegnemen van
groeibelemmeringen; natuurlijke straf). Rousseau volgde en observeerde de natuurlijke
ontwikkeling van het kind.
De boekdelen van Émile gaan over die vier opeenvolgende ontwikkelingsfasen, met tot slot
een boek over de meisjesopvoeding, welke in het teken staat van het moederschap en volledig
betrokken wordt op de man. Dit is in strijd met het idee van Rousseau dat men niet moet
opvoeden tot een vastgestelde loopbaan, dit gold blijkbaar alleen voor jongens.
In Nederland had Rousseau niet veel directe invloed.
De filantropijnen
Filantropijnen zijn de verlichte Duitse pedagogen die zich inzetten voor
onderwijsvernieuwing, hun opvoeding was gericht op 'gemeinnütziges, glückseliges,
patriotisches Leben'. Ze waren tegen straffen en voor belonen (meritentafels), gesprek, spel,
vrije ontplooiing en zelfwerkzaamheid. Ze introduceerden gymnastiek en seksuele
voorlichting en gaven jeugdboeken en -tijdschriften uit.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anneliewagenaar. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.