Samenvatting teksten Crime & the
City 1
1. Het begrip angst in criminologie
1. Meer dan één ‘fear of crime’ (Vanderveen, G. 2006)
1. Voorwaarden van ‘fear of crime’
- ‘Fear of crime’ wordt vaak geassocieerd met risicoperceptie, zorgen, bezorgdheid, angst voor
slachtofferschap,…
- ‘Fear of crime’ en zijn betekenissen zijn een product van historische gebeurtenissen en sociale
krachten
- Statistieken en enquêtes zijn belangrijkste voorwaarde voor ‘fear of crime’, samen met publieke
opinie en welzijnskwesties:
o Publiek heeft ideeën, meningen en gevoelens met betrekking tot betrokken kwesties
wakkert angst aan
- ‘Fear of crime’ gaat niet alleen over criminaliteit in strikt juridische zin, maar ook over sociale
normen, ongemakken, vertrouwen en controle
2. ‘Fear of crime’ als politiek symbool
2.1 Politiek, beleid en publieke opinie
- ‘Fear of crime’ kan worden gezien als een aspect van publieke opinie: rechtszaken spreken publieke
opinie aan, met kans dat publiek recht in eigen handen neemt als ze niet tevreden zijn over
uitspraak van rechter heeft effect op vertrouwen in strafrechtsysteem
- Meningen, houdingen en perspectieven van publiek zijn belangrijk voor democratisch systeem
wordt onderzocht via opiniepeilingen en enquêtes
- Statistieken en enquêtes helpen politici en beleidsmakers om te tellen, controleren, uitleggen en
temmen
- ‘Fear of crime’ als belangrijk mediathema : pers vertegenwoordigt en helpt publieke opinie vorm te
geven: houden publiek op hoogte en vertellen wat er gebeurt in politieke arena & uiten meningen
over politiek die publieke opinie vorm geven
- “Media-agenda-setting hypothese”: pers/media selecteren en definiëren kwesties en
maatschappelijke problemen en verkleinen beleidsopties media speelt rol bij vaststellen en
veranderen van agenda’s van politici en beleidsmakers
- Politici en beleidsmakers gebruiken media als vervanging voor publieke opinie, bij gebrek aan
opiniepeilingen, met overtuiging dat media inzicht heeft in publieke opinie
, 2.2 Law & order: politiek van nultolerantie
- “Democratie-op-het-werk thesis”: toename van misdaadcijfers resulteert in meer slachtofferschap
en meer angst leidt tot bestraffende politieke eisen waarop politici reageert met ‘law & order’
o ‘Law & order’-beleid toont geen verband met misdaadcijfers en publieke overtuigingen en
biedt geen duidelijke ondersteuning voor huidig strafrechtelijk beleid
- Misdaadgerelateerde kwesties (vb. ‘Fear of crime’) zijn sociaal en politiek geconstrueerd zijn
afhankelijk van sociaal-historische context, publieke discours en populaire sentiment
- ‘Fear of crime’ is altijd een probleem geweest in politiek :
o In 1970 wordt niet alleen angst, maar ook ‘fear of crime’ als probleem gezien
o Versterkt door slachtofferonderzoek: waarbij het niet alleen gaat over slachtoffers van
misdrijven, maar iedereen kan met criminaliteit te maken hebben
- Definitie van ‘fear of crime’ wordt gevormd door politieke elites die neiging hebben zich te
concentreren op misdaad en drugs, als gevolg van onvoldoende straf en controle
- “Mythe van straf”: slechte mensen maken dit een gevaarlijke wereld
- ‘Fear of crime’ zorgde ervoor dat er aan de vraag van publiek moest worden voldaan :
o Is gevolg van toename van misdaad en meer mensen die slachtoffer worden heeft angst
vergroot
- ‘Fear of crime’ is symptoom voor grotere angsten, die worden veroorzaakt door snelle en
ongewenste sociale veranderingen
- Voorwaarden van ‘law & order’ is publieke perceptie dat criminaliteit sociale orde bedreigt, terwijl
andere bedreigingen en sociale onzekerheden ook relevant zijn
2.3 De betekenis van ‘fear of crime’
- ‘Fear of crime’ is gebruikt als argument voor ‘law & order’ en ‘zero tolerance’ verminderen van
angst, afgeleid van opiniepeilingen en enquêtes, wordt gebruikt om aan te tonen dat
beleidsmaatregel goed heeft gewerkt
- Angst is legitimiteit voor toezicht, straf en strafrechtelijke wetten
3. ‘Fear of crime’ als psychologisch concept
- ‘Fear’ = emotie die kan worden aangeleerd, gecommuniceerd en functie heeft dat reëel,
waargenomen en geconstrueerd kan zijn.
- 4 hoofdaspecten van Westerse kijk op emoties :
o Lichamelijkheid: emoties zijn onlosmakelijk verbonden met lichamelijke en kunnen
geïdentificeerd worden door lichamelijke veranderingen
o Irrationaliteit: onderscheid tussen passie en verstand, impulsen zijn verre van rationele
reflecties, zonder logica, doelgerichtheid en weloverwogen oordeel
o Onvrijwilligheid: ontbreken van controle over eigen emoties
o Dierlijkheid: emoties zijn gekoppeld aan primitief of kinderachtig gedrag
- 3 basistypen van angst:
o Experimentele angst = bang zijn (vb. zweten, snelle hartslag,…) bang dat …
o Propositionele angst = bang zijn dat iets het geval is of zal zijn bang om …
o Reactieve angst = bang zijn voor of bang gemaakt worden door iets bang voor …
3.1 Angst kent verschillende betekenissen
- ‘Fear of crime’ als propositionele houding :
o Onderzoekers moeten zich niet alleen richten op ervaren angst, maar ook op ‘fear of crime’
als symbool
o Uitgedrukte angst = bredere sociale zorgen die sociale betekenis delen met misdaad.