Samenvatting Ars Aequi Handboeken - Hoofdstukken grondrechten - Grondrechten
Tentamen staatsrecht 3 tweede kans 30 januari 2024
Staatsrecht 3 samenvatting, tentamenvragen en antwoorden, oefenvragen
Alles voor dit studieboek (27)
Geschreven voor
Universiteit van Amsterdam (UvA)
Rechtsgeleerdheid
Constitutioneel Recht (3011CRX7VY)
Alle documenten voor dit vak (47)
2
beoordelingen
Door: chiaramilenav7 • 1 jaar geleden
Door: seannachan • 1 jaar geleden
In het begin erg fijn dat het gesorteerd stond per leerdoel van het vak. Helaas stopte dit na week 3 of 4. Erg onoverzichtelijk en vooral aantekeningen ipv een echte samenvatting.
Verkoper
Volgen
soofssamenvattingen
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Week 1 Democratische rechtsstaat
Leerdoelen
- Het begrip ‘staat’ toepassen;
Staat: een land met een eigen onafhankelijk bestuur, en met een hiërarchische, politieke
organisatie die gezag uitoefent over de plaatselijke bevolking. Het staatsgezag is
gelegitimeerd door een vorm van recht, waarvan de naleving wordt afgedwongen met het
geweldsmonopolie, het alleenrecht van de overheid op het gebruik van geweld.
- De kenmerken van de democratische rechtsstaat toepassen en hun functie
uitleggen;
5 kenmerken van de democratische rechtsstaat:
1. Democratie.
2. Grondrechten: niet alleen rechten maar ook vrijheden. Geldt als materiële grens
voor het overheidsingrijpen.
3. Scheiding der machten: de wetgevende, rechtsprekende en uitvoerende macht van
zijn van elkaar gescheiden, ook wel de trias politica (Montesquieu). Dat is gedaan,
zodat ze elkaar kunnen controleren en verbeteren en er geen sprake kan zijn van
machtsconcentratie en daarmee -misbruik.
4. Legaliteitsbeginsel: enerzijds betekent het dat de overheid zich moet houden aan
de wet bij alles wat ze doet, anderzijds zorgt dit beginsel ervoor dat nieuwe wetten
niet met terugwerkende kracht mogen worden ingevoerd. Dus, geen
overheidsingrijpen zonder wettelijke grondslag (breder dan art. 1 Sr & art. 16 Gw.)
5. Onafhankelijke rechtspraak: dit verzekert burgers van onafhankelijke en
onpartijdige rechters. Daarom worden rechters bv benoemd voor het leven, ze
kunnen bv niet ontslagen worden omdat de regering het niet eens is met een
uitspraak.
- Uitleggen waarom er spanning kan bestaan tussen democratie en rechtsstaat;
Rechtsstaat:
Een rechtsstaat is een staat waarin vrijheid, rechtszekerheid en rechtsgelijkheid voor de
burger heel belangrijk zijn. Bovendien geniet de burger bescherming van zijn rechten en
vrijheden, tegen medeburgers én tegen de overheid. Ook wel een ‘staat die het recht als
hoogste gezag handhaaft’. De rechter bepaalt of iemand zich aan de wet heeft gehouden of
niet. Als iemand de wet heeft overtreden, dan kan de rechter een straf en/of een verbod
opleggen. In een rechtsstaat wordt de macht van de overheid beperkt door wetten, regels en
gewoonten. De inwoners van die staat hebben fundamentele vrijheden en grondrechten. Het
doel van de rechtsstaat is om de burgers te beschermen tegen machtsmisbruik van de
overheid. Ook de overheid moet zich aan de wet houden en mag dus de vrijheden en
rechten van de burgers niet zomaar beperken of afpakken.
De vier belangrijkste onderdelen van een rechtsstaat zijn:
1. Grondrechten
2. Scheiding der machten
3. Legaliteitsbeginsel
4. Onafhankelijke rechtspraak
Democratie:
Een democratie is een land met een bestuursvorm waarin het volk regeert. De meeste
landen hebben een representatieve (vertegenwoordigende) of indirecte democratie. Het volk
1
,kiest een aantal vertegenwoordigers, die namens het volk besluiten nemen over het bestuur
van het land. Deze vertegenwoordigende democratie kan wel aangevuld worden met
vormen van directe democratie.
Er kan een spanning bestaan vanwege het dilemma van rechtsstaat versus daadkracht, en
tussen onafhankelijkheid en de wil.
- Het verschil tussen directe en indirecte democratie uitleggen;
Een representatieve of indirecte democratie is een regeringsvorm waarbij de bevolking een
aantal vertegenwoordigers kiest die het bestuur uitvoeren. De representatieve democratie is
hierdoor onderscheiden van de directe, waarin leden van de bevolking zelf politieke
besluiten nemen.
- Het verschil tussen een parlementair en presidentieel regeerstelsel uitleggen.
De twee democratische stelsels:
- Parlementair stelsel:
In een parlementair stelsel vinden verkiezingen plaats voor een parlement. Op grond van de
uitslag van de verkiezingen moet een regering worden gevormd. Daarvoor is een
meerderheid van de zetels in het parlement nodig. Soms heeft één partij de meerderheid,
soms moeten verschillende partijen samenwerken om een meerderheid te vormen. Dit is
vaak afhankelijk van het kiesstelsel, het systeem dat bepaalt op welke manier verkiezingen
plaatsvinden. In een parlementair stelsel moet de regering dus het vertrouwen hebben
van de meerderheid van het parlement. Die meerderheid kan de regering ook naar huis
sturen. In zo’n geval worden dan vaak nieuwe verkiezingen gehouden. Nederland is een
voorbeeld van een parlementair stelsel.
- Presidentieel stelsel:
De scheiding tussen wetgevende en uitvoerende macht vertaalt zich in sommige landen in
aparte verkiezingen voor beide machten. Zo wordt in de Verenigde Staten niet alleen het
parlement, maar ook de president door de bevolking gekozen. De president heeft dan een
eigen machtsbasis. Hij stelt zelf een regering samen, die niet afhankelijk is van een
meerderheid in het parlement. Dat betekent dat de Amerikaanse regering niet door het
parlement naar huis kan worden gestuurd. De regering wordt rechtstreeks geleid door de
president. Wel heeft deze regering voor belangrijke politieke besluiten een meerderheid
nodig in het parlement. De regering moet dus wel samenwerken met het parlement.
Constitutioneel recht gaat over de verhouding tussen recht en politiek. Actuele zaken zijn bv
de klimaatramp, stikstofcrisis of de toeslagenaffaire, de regering doet hier volgens veel
mensen tekort.
Binnen het recht onderscheiden we:
- Publiekrecht (burger en de overheid). Staats- en bestuursrecht is eveneens
publiekrecht.
- Privaatrecht (burgers onderling).
Constitutioneel recht: fundamentele rechtsregels mbt instellingen van openbare
machtsuitoefening over burgers. Over de rechtsregels over het uitoefenen van (politieke)
macht over burgers. Hoe die regels eruit zien wordt ook bedacht door de politiek, die maken
het constitutionele recht, het recht van de staat. De wetgever is namelijk de regering, de
politiek. Hoe het recht het politieke proces wil regelen of beheersen. Constitutioneel recht is
iets ruimer dan staatsrecht, komt doordat de staat anders is geworden, door o.à.
2
,globalisering, internationalisering en Europeanisering. Al het recht, inclusief constitutioneel
recht, wordt vaak echt bepaald door verdragen, besluitvorming en wetgeving van de EU. Het
recht kan dus niet helemaal geïsoleerd worden.
Staatsrecht: fundamentele rechtsregels mbt instellingen van openbare machtsuitoefening
over burgers in de staat. Vastgelegd in een aantal verdragen. Het internationale publiekrecht
gaat over wat er tussen de staat heerst. Het gaat over het recht dat gesteld is door en geldt
binnen een staat. Het recht wordt bedoeld dat ziet op inhoud en functioneren van de
instellingen van de staat, het omvat mede regels over bevoegdheden om regels te stellen en
besluiten te nemen. Daarnaast gaat het in het staatsrecht om normen die de macht van de
staat en zijn organen reguleren en aan banden leggen. Een soort piramide vorm waarin:
1. Uitoefening van effectief gezag
2. Over burgers
3. Binnen een bepaald territorium
Model van Westfalen: staten bestaan soeverein naast elkaar op grond van soevereiniteit,
alle staten zijn gelijkelijke soevereine staten. De driehoekjes zijn geen gesloten eenheden
meer, juist in tijden van crisis, bv bij banken zijn deze driehoeken erg belangrijk.
Vragen die voorheen binnen de staat speelden, spelen nu ook daarbuiten…
Wat voorheen buiten de staat speelde, speelt nu ook daarbinnen…
Vervlechting brengt normen (en feiten) van ‘buiten’ naar ‘binnen’
En andersom
EU is samengestelde rechtsorde geworden.
Soevereiniteit: wat voor soort gezagsuitoefening? Moet legitiem zijn maar waar wordt die
uitgeoefend? Je kunt die vragen stellen binnen de staat, bij wie ligt dit erkende, ultieme
gezag of bij wie hoort dit te liggen?
De regering voert wetten uit en is vaak doorslaggevend in het maken van beslissingen, dus
kan best wel de soevereine macht hebben.
Degene die uiteindelijk het gezag heeft is de grondwetgever.
Democratie is in klassieke zin regering door het volk.
Monarchie is in klassieke zin regering door één. Nederland is een constitutionele
monarchie.
Een staat kan pas een rechtsorde vormen, een legitieme staat, als er een zekere mate van
homogeniteit is.
Homogeniteit: “de gemeenschap waarover gezag wordt uitgeoefend, heeft een
gemeenschappelijke cultuur en is een rechtsgemeenschap.”
Belinfante: belangrijke hoogleraar.
3
, Gedeelde waarden komen tot uiting in een gemeenschappelijke cultuur. Hieronder kan je
ook verstaan; zelfde taal, zelfde opleidingsniveau.
Saba, St. Eustatius en Bonaire zijn onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden.
Autonoom land binnen het koninkrijk zijn Curaçao en Aruba. Het Koninkrijk der Nederlanden
bestaat uit 4 landen: Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Bonaire, Sint Eustatius,
Saba zijn bijzondere gemeenten en hebben een aparte status binnen Nederland. Het
Statuut van het Koninkrijk heeft voorrang op de Grondwet.
Andere kenmerkende elementen van de Staat:
•Publieke gezagsuitoefening is in beginsel eenzijdig. De overheid is echt een overheid
waaraan burgers onderworpen zijn. Ze laten het gezag niet afhangen van de burgers.
•Staat claimt het geweldsmonopolie: het is een dwangorganisatie, de staat claimt ook het
geweldsmonopolie. Niemand mag geweld uitoefenen behalve de staat of bijzondere
publieke instellingen zoals bv de politie of een gevangenisdirecteur.
•In de EU: de staat is legitiem: staten moeten legitiem zijn. Als je lid bent van de EU moet
de gezagsuitoefening legitiem zijn en voldoen aan de voorwaarden van de democratische
rechtsstaat. Dit is vastgelegd in artikel 2 van het Europees Verdrag:
“De waarden waarop de Unie berust, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid,
democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de
rechten van personen die tot minderheden behoren. Deze waarden hebben de lidstaten
gemeen in een samenleving die gekenmerkt wordt door pluralisme, non-discriminatie,
verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, solidariteit en gelijkheid van vrouwen en mannen.”
Korter
“De Unie is gegrondvest op de beginselen van vrijheid, democratie, eerbiediging van de
rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, en van de rechtsstaat, welke
beginselen de lidstaten gemeen hebben.” (EU Verdrag pre-Lissabon, art. 6)
Het begrip ‘democratische rechtsstaat’:
•Democratie
•Rechtsstaat
Democratie:
•Regering door het volk
- Rechtstreekse democratie: de burgers beslissen zelf.
•Regering namens het volk
- Vertegenwoordigende democratie: kiezers bepalen wie hen zal
vertegenwoordigen. De volksvertegenwoordiging maakt dit uit.
•Verkiezingen en andere volksstemmingen: bv referenda of burgerinitiatieven.
•Meerderheidsbesluitvorming: besluiten worden bij meerderheid genomen, in verband met
regering door of namens het volk.
•Verantwoording: over het bestuur terug naar de burgers.
Democratie op welk niveau? Bij wie ligt de beslissing over soevereiniteit in de zin van
onafhankelijkheid?
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper soofssamenvattingen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.