HOOFDSTUK 1: HET MARKETINGPROCES
Marketing Het proces waarmee bedrijven (of instellingen) waarde creëren
voor de klant en sterke klantrelaties opbouwen om in ruil daarvoor
waarde van de klant terug te krijgen.
Strategic business Bedrijfsonderdeel met een missie & doelstellingen, een aparte
unit (SBU) afnemersgroep en specifieke concurrenten, waarvoor een
onafhankelijke planning opgesteld kan worden. Dit kan een divisie
zijn, productlijn binnen een divisie, of een enkel product of merk.
Product / markt- Afgebakende productgroep gericht op een duidelijk gedefinieerde
combinatie (PMC) markt.
Strategisch plan Een plan waarin een bedrijf beschrijft hoe het zich zal aanpassen,
zodat zijn sterktes en eventuele zwaktes die verbeterd moeten
worden, blijven aansluiten op de kansen en bedreigingen in een
veranderende omgeving.
Visie De kijk op toekomstige ontwikkelingen in de branche, dan wel een
definitie van wat het bedrijf in de toekomst wil zijn.
Missie Formulering van de doelstelling van een bedrijf: beschrijven wat het
bedrijf wil doen, voor wie, waarom en hoe dit kan bijdragen aan de
visie over de toekomst.
Abell & Hammond- Diagram dat het werkgebied (business domain) van het bedrijf
diagram weergeeft aan de hand van drie vragen: 1) Wat zijn de behoeften
van de afnemers? 2) Welke afnemersgroepen zijn er? 3) Op welke
manieren wordt in hun behoeften voorzien door middel van
producten en/of technologieën (alternatieve oplossingen)?
Behoefte Het idee van een individu dat hem aan iets ontbreekt.
Wens De concrete vorm die de menselijke behoefte aanneemt,
afhankelijk van cultuur en persoonlijk karakter.
Vraag Wensen die worden gesteund door koopkracht.
Marketingaanbod Een combinatie van goederen, diensten, informatie en/of
ervaringen die organisaties aan de markt bieden om een behoefte
of wens te bevredigen.
Marketingmyopia Overmatige focus op het eigen product, waardoor men aan de
onderliggende klantbehoeften voorbijgaat.
Ruil De handeling waarbij je iets van iemand verwerft door zelf iets
anders in ruil aan te bieden.
Relatiemarketing Het proces waarin het bedrijf sterke, waardevolle relaties opbouwt,
onderhoudt en verbetert met klanten en andere belanghebbenden.
Transactie Een ruil tussen twee partijen waarmee ten minste twee zaken van
waarde gemoeid zijn, plus overeengekomen voorwaarden, een tijd
en een plaats van overeenkomst.
1
,Markt Alle werkelijke en potentiële afnemers van een product of dienst.
Waardeketen (value De reeks afdelingen die waarde creëren, verdeeld in primaire
chain) activiteiten zoals productie, marketing en verkoop, en
ondersteunende activiteiten zoals inkoop, personeelsbeleid en
onderzoek en ontwikkeling.
Customer value Het systeem van waardeketens van het bedrijf, zijn leveranciers en
delivery system distributeurs. Samen proberen zij waarde te leveren aan klant.
Interne analyse Gestructureerde beoordeling van facetten van het eigen bedrijf,
uitmondend in een aantal sterke en zwakke punten.
Externe analyse Een uitvoerig onderzoek van de markten, de concurrentie, de
bedrijfs- en economische omgeving waarin een bedrijf actief is,
uitmondend in een aantal kansen en bedreigingen die gelden voor
alle organisatie in de bedrijfstak.
Waardepropositie Het pakket van functionele voordelen, verkleinde nadelen of meer
emotionele waarde beloofd aan de klant om zijn behoeften te
voorzien.
Customer lifetime De waarde van de totale stroom aankopen die een klant idealiter
value (klantwaarde) doet tijdens de duur van de relatie.
Klantaandeel Aandeel dat een bedrijf heeft in de totale hoeveelheid producten of
diensten die een klant koopt in een bepaalde categorie.
Customer equity De som van de customer lifetime value van alle huidige en
potentiële klanten van het bedrijf.
Marketingmix De marketingvariabelen (4 P’s) waarop het bedrijf greep heeft en
die het in de juiste verhouding inzet om de gewenste respons bij de
doelgroep op te roepen.
Product Alles wat onder de aandacht van de markt kan worden gebracht of
aangeboden voor aankoop, gebruik of verbruik en wat voorziet in
een behoefte of wens; dit kunnen zowel materiële objecten zijn als
diensten, personen, plaatsen, organisaties en ideeën.
Prijs De ruilwaarde van een goed of dienst, uitgedrukt in een
rekeneenheid (meestal geld).
Plaats Alle activiteiten van het bedrijf om het product of dienst beschikbaar
te stellen aan de klant.
Promotie Activiteiten om het product of dienst over te brengen op doelklanten
en hen te overreden tot aankoop.
Customer Het totale proces van het opbouwen en onderhouden van
relationship rendabele relaties met klanten door blijvende superieure waarde
management (CRM) voor de klant te creëren en zo klanttevredenheid te genereren.
Gepercipieerde Het verschil -in ogen van de klant- tussen alle voordelen en kosten
waarde voor klant van het marktaanbod vergeleken met het concurrerende aanbod.
2
,Retentie Mate waarin klant na de eerste aankoop weer kiest voor dat merk.
Klanttevredenheid De mate waarin de prestaties van een product volgens de klant
voldoen aan zijn verwachtingen.
Customer- Marketing die erop gericht is om het merk een betekenisvol
engagement onderdeel te laten worden van conversaties van en met
marketing consumenten.
Customer-generate Een marketingstrategie waarbij bedrijven consumenten uitnodigen
d marketing zelf een grotere rol te spelen bij het creëren van hun eigen
merkbeleving en die van anderen.
Implementatie van Het proces waarin de strategie en de tactiek in daden worden
het marketingplan omgezet om de doelstellingen te verwezenlijken.
Marketingcontrole Het proces waarin de resultaten van marketingstrategieën worden
gemeten en beoordeeld, en een organisatie zo nodig corrigerend
optreedt om de marketingdoelstellingen te realiseren.
Operationele Men controleert of de werkelijke prestaties in overeenstemming zijn
controle met de plannen en treedt zo nodig corrigerend op.
Strategische Men controleert of de basisstrategie van het bedrijf aansluit bij
controle zowel de externe kansen en bedreigingen als de interne sterke en
zwakke punten, en treedt zo nodig corrigerend op.
Marketing Het inzichtelijk maken en aantonen van de effecten van
accountability marketinginspanningen.
Rendement op de Nettorendement op een marketinginvestering wordt berekend door
marketingivestering de nettowinst te delen door de marketinguitgaven.
Productieconcept Volgens dit concept geven consumenten de voorkeur aan
producten die beschikbaar zijn en die zij zich gemakkelijk kunnen
veroorloven. Het is dan belangrijk dat de bedrijfsvoering zich richt
op een efficiëntere productie en distributie.
Productconcept Volgens dit concept geven consumenten de voorkeur aan een
product dat de beste kwaliteit, prestatie en functionaliteit biedt.
Hieruit volgt dat de organisatie zich moet inspannen om haar
producten constant te verbeteren.
Verkoopconcept Volgens dit concept kopen de consumenten pas genoeg wanneer
het bedrijf veel energie steekt in verkoop en promotie.
Marketingconcept Volgens dit concept kan een bedrijf zijn doelstellingen alleen
bereiken wanneer het de behoeften en wensen van de doelgroep
kan bepalen en de gewenste bevrediging hiervan doelmatiger en
efficiënter levert dan de concurrent.
Maatschappelijke Volgens dit concept moet een organisatie voorzien in de behoeften
marketingconcept van haar huidige klanten op een manier die het welzijn van de
consumenten en de maatschappij als geheel in stand houdt en
verbetert, nu en in de toekomst.
3
,HOOFDSTUK 2: DE MARKETINGOMGEVING
Marketingomgeving De spelers en krachten binnen en buiten het bedrijf die bepalen in
hoeverre het bedrijf in staat is succesvolle relaties met de klanten
uit zijn doelgroep te beginnen en te onderhouden.
Micro-omgeving De krachten in het bedrijf, die het bedrijf kan beheersen of
beïnvloeden.
Meso-omgeving De onbeheersbare, maar min of meer beïnvloedbare omgevings-
factoren buiten het bedrijf op het niveau van de bedrijfskolom.
Hiertoe behoren bedrijven in het distributiekanaal, consumenten-
markten, concurrenten en belangengroepen.
Macro-omgeving De grotere maatschappelijke krachten die de hele micro- en meso-
omgeving beïnvloeden: demografische, economische, sociaal-
culturele, technologische,ecologische, politiek-juridische krachten
(DESTEP).
Accountability Het kunnen verantwoorden van bepaalde (marketing)activiteiten,
door een relatie die leggen tussen een bepaalde
marketinginspanning en het effect daarvan.
Leveranciers Bedrijven en individuen die het bedrijf - en misschien ook
concurrenten - voorzien van de middelen en materialen die het
nodig heeft om de producten en diensten te produceren.
Wederverkopers De personen en organisaties die producten en diensten inkopen
om ze met winst door te verkopen.
Tussenhandelaars Bedrijven die het bedrijf helpen zijn producten te promoten,
verkopen en distribueren aan de eindafnemers of die andere
ondersteuning bieden: wederverkopers, logistieke dienstverleners,
marketingservicebureaus en financiële tussenpersonen.
Logistieke Onafhankelijke aanbieders van opslag en vervoer, die alle functies
dienstverleners vervullen die nodig zijn om de goederen van het bedrijf op de markt
te brengen.
Crowdsourcing Het verkrijgen van input voor een bepaalde taak of bepaald project
via de diensten van een groot aantal mensen, die hiervoor al dan
niet een vergoeding ontvangen. Dit kan bv om productinnovatie
gaan, waarbij een bedrijf communities van klanten betrekt, maar
het kunnen ook werknemers, onafhankelijke wetenschappers of
mensen uit ‘het grote publiek’ zijn.
Marketingservice- Marktonderzoekbureaus, reclamebureaus, mediabedrijven,
bureau marketingadviesbureaus en andere dienstverlenende bedrijven die
het bedrijf helpen om voor de producten de juiste doelgroepen te
kiezen en daarmee op de juiste wijze communiceren.
Financiële Banken, kredietverstrekkers, verzekeringsmaatschappijen en
dienstverleners andere bedrijven die financiële transacties regelen of een risico bij
de koop of verkoop van producten verzekeren.
4
,Belangengroepen / Groepen die - nu of in de toekomst - belang hebben bij of invloed
publieksgroepen hebben op het vermogen van het bedrijf om zijn doelstellingen te
verwezenlijken.
Concurrentieanalyse Het proces waarin je de belangrijkste concurrenten vaststelt, hun
doelstellingen, strategieën, sterke en zwakke punten en reactie-
patronen evalueert en ten slotte beslist welke concurrenten je
aanvalt en welke je uit de weg gaat.
Concurrentie- Strategieën die het bedrijf sterk positioneren tegenover de
strategieën concurrenten en die het bedrijf het grootst mogelijke strategische
voordeel geven.
Benchmarking Vergelijking van de eigen prestaties en werkmethoden met die van
concurrenten of best practices (effectieve werkmethoden) in de
branche, met het doel om de eigen prestaties beter te kunnen
inschatten en te verbeteren.
Strategische groep Een groep bedrijven binnen een bedrijfstak met een gelijksoortig
strategisch profiel. Ze hebben vergelijkbare strategische
kenmerken, zoals de generieke concurrentiestrategie, hetzelfde
assortiment, zijn even innovatief of vallen in een bepaalde prijs- /
kwaliteitscategorie
Demografie De beschrijving van de bevolking naar grootte, dichtheid, plaats,
leeftijd, geslacht, etniciteit, bezigheid en andere gegevens.
Babyboomers Naoorlogse generatie, geboren tussen 1946 en 1964.
Generatie X Generatie mensen geboren tussen 1965 en 1976. Wordt ook wel
‘tussengeneratie’ genoemd (tussen babyboomers en generatie Y).
Generatie Y Generatie mensen geboren tussen 1977 en ca. 2000. Ook wel
‘echoboomers’ of ‘millennials’ genoemd, de kinderen van de
babyboomers.
Generatie Z Generatie geboren na 2000.
i-generatie Een digitaal gerichte generatie die thuis, op werk en onderweg niet
zonder (draadloos) internet wil zijn, het betreft generaties X, Y, Z.
Economische De factoren die de koopkracht en het uitgavenpatroon van de
omgeving consument beïnvloeden.
Wet van Engel Naarmate het inkomen stijgt, neemt het percentage van het
inkomen dat wordt besteed aan noodzakelijke goederen zoals
voedsel af en dat aan luxegoederen toe.
Sociaal-culturele Krachten die de sociale context vormen voor gedrag en die
omgeving elementaire waarden, de perceptie, de voorkeuren en het gedrag
binnen de maatschappij beïnvloeden.
Ecologische Krachten die de ecologische context vormen, zoals het groeiende
omgeving tekort aan grondstoffen en natuurlijke hulpbronnen, milieuvervuiling
en klimaatverandering.
5
, Cradle-to-cradle Het oude product vormt de grondstof voor nieuwe producten,
zonder dat het milieu wordt belast of afval ontstaat.
Technologische Krachten die leiden tot nieuwe technologieën en zo nieuwe kansen
omgeving creëren voor producten en markten.
Virtual reality Je zit als gebruiker in een volledig virtuele wereld, die soms ook
interactief is. Vaak draag je hierbij een VR-bril.
Augmented reality De echte wereld wordt vermengd met virtuele hlogrammen.
Politiek-juridische Wetten en overheden die organisaties en individuen in een
omgeving maatschappij beïnvloeden en beperken.
General Data Een Europese verordening die de regels voor de verwerking van
Protection persoonsgegevens door particuliere bedrijven en overheids-
Regulation (GDPR) instanties in de hele EU standaardiseert. Ook wel de algemene
verordening gegevensbescherming (AVG) genoemd.
Cookies Kleine tekstbestanden die je computer en mobiele apparaten
opslaan wanneer je een website of webshop gebruikt. Deze
bestanden brengen bv je persoonlijke voorkeuren in kaart of
registreren je surfgedrag, zodat bedrijven gerichter hun marketing
kunnen voeren.
Duurzame Op een voor maatschappij en milieu verantwoorde wijze voorzien
marketing in de behoeften van de huidige klanten, terwijl de mogelijkheid van
toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien behouden
blijft of zelfs vergroot wordt en er ook oog is voor het (toekomstig)
belang van het bedrijf.
Greenwashing Inzet van marketing of pr door bedrijven om te promoten dat zij
maatschappelijk verantwoord opereren, terwijl dat in werkelijkheid
niet zo is, of maar ten dele waar is.
Geplande Een marketingstrategie waarbij producten sneller verouderen dan
veroudering de gebruiker wenst en dan technisch nodig en mogelijk is.
Sense-of-mission- Een vorm van duurzame marketing die van een bedrijf verlangt dat
marketing het zijn missie in brede, maatschappelijke termen definieert.
Verantwoord Het ontwikkelen en uitvoeren van een consequent en
bestuur samenhangend beleid voor processen, verantwoordelijkheden en
bevoegdheden binnen een bedrijf.
Mondiaal bedrijf / Een bedrijf dat in meerdere landen actief is, waardoor het wat
mondiale betreft R&D, productie, marketing en financiën een zekere
organisatie voorsprong krijgt op concurrenten die zich beperken tot de
thuismarkt.
Invoerrecht Een belasting die wordt geheven door de overheid op
geïmporteerde producten. Invoerrechten zijn bedoeld om extra
inkomsten te genereren en/of binnenlandse bedrijven te
beschermen.
6
