Eigen gebrek
Hoge Raad 22 februari 1924 (Gummiwaren)
Goederen mocht niet ingevoerd worden.
Vraag is of dit valt onder eigen gebrek.
Een eigen gebrek kan enkel betrekking hebben op de stoffelijke eigenschappen van een
goed.
Hoge Raad 23 april 1982 (Che Guavara)
Een schip is gezonken doordat het water heeft gemaakt.
Het hof heeft door te oordelen dat het water maken een oorzaak vond in de eigen gebrek,
niet in strijd is gekomen met enige rechtsregel omtrent het oorzakelijk verband.
Eigen schuld
Hoge Raad 30 mei 1975 (Stukgegooid bierglas)
Muller heeft een bierglas stukgegooid, waarvan het glas in het oog van Bruggink is gekomen.
Een goede grond ontbreekt om te zeggen dat bij een wettelijke
aansprakelijkheidsverzekering opzettelijk veroorzaakte schade niet wordt gedekt, omdat dit
in strijd zou zijn met goede zeden en/of de openbare orde.
Hoge Raad 27 maart 1987 (X/Interpolis)
Partijen hebben een brandverzekeringovereenkomst. In het desbetreffende woonhuis heeft
brand gewoed, waardoor X schade heeft geleden. X is later vervolgd voor brandstichting.
Van merkelijke schuld is geen sprake indien hij leed aan een stoornis van zijn
geestesvermogen waardoor hem geen verwijt kan worden gemaakt.
Hoge Raad 17 juni 1988 (Van Kasteren/Nationale Nederlanden)
Van Kasteren en NN hebben een kostbaarhedenverzekering. De auto met sieraden is
gestolen. Vraag is wat moet worden verstaan onder merkelijke schuld.
Met merkelijke schuld wordt bedoeld dat sprake moet zijn van een ernstige mate van schuld.
Hoge Raad 3 februari 1989 (Containerbrand) (niet behandeld)
Op een bedrijfsterrein zijn opstallen door brand verwoest, door vuur afkomstig uit een in
brand geraakte afvalcontainer. Betaling van de schadepenningen is afgewezen nu er sprake
zou zijn van merkelijke schuld.
Hoge Raad herhaald Van Kasteren/NN arrest en stelt dat voor merkelijke schuld een
ernstige mate van schuld is vereist.
Hoge Raad 11 januari 1991 (Van de Wijngaard/Haagman)
Van den Wijngaard heeft een verzekeringsovereenkomst gesloten met Haagman en co. De
onder de verzekering vallende sieraden zijn gestolen. Vraag is of de verzekering gehouden
is de schade te vergoeden.
De aard van de kostbaarheden verzekering brengt me dat zij in beginsel ook dekking
verleent tegen schade die het gevolg is van een moment van onbedachtzaamheid.
,Hoge Raad 23 oktober 1992 (De Gans/Nationale Nederlanden) (niet behandeld)
In een gebouw van G Holding heeft zich een brand voorgedaan. De opstal was verzekerd bij
NN. NN voert verweert tegen de vordering van G dat de brand te wijten is aan de merkelijke
schuld van G junior.
Aan artikel 294 K ligt de gedachte ten grondslag dat de verzekeraar bij de beoordeling van ht
risico dat hij krachtens de te sluiten overeenkomst zal gaan lopen, ervan mag uitgaan dat de
verzekerde niet zozeer tekortschiet in de zorg ter voorkoming van schade dat er sprake is
van merkelijke schuld. Er bestaat geen aanleiding om die bepaling louter op grond van haar
bewoordingen zo beperkt uit te leggen dat van merkelijke schuld slecht sprake kan zijn
ingeval de verzekerde de brand heeft veroorzaakt.
Hoge Raad 11 september 1998 (K en J./Oost Nederland)
De aard van een aanvullende verzekeringsovereenkomst brengt mee dat een beroep op
eigen schuld niet van toepassing kan worden verklaard. In beginsel kan de verzekeraar zich
er evenmin op beroepen dat de verzekerde zijn gezondheid opzettelijk heeft geschaad.
Als een verzekeraar wel een beroep op eigen schuld zou kunnen doen, zou dat leiden tot
onaanvaardbare gevolgen, waaronder dat de verzekerde zich gedwongen zou zien ene
medisch noodzakelijke behandeling waartegen de verzekering in beginsel dekking biedt,
achterwege te laten.
Hoge Raad 6 november 1998 (Aegon/Van der Linden)
Gevers heeft Van der Linden mishandeld, daardoor heeft hij aangezichtsletsel opgelopen.
Gevers was bij Aegon verzekerd tegen de gevolgen van wettelijke aansprakelijkheid.
De onderhavige opzetclausule heeft geen verdere strekking dan van de dekking uit te sluiten
de aansprakelijkheid van een verzekerde die het in feite toegebrachte letsel heeft beoogd
zich ervan bewust was dat dit letsel het gevolg van zijn handelen zou zijn.
De rechter kan onder omstandigheden uit de gedragingen van de verzekerde afleiden dat
deze het letsel heeft beoogd of zich ervan bewust was dat dit letsel het gevolg zou zijn van
het handelen.
Hoge Raad 4 april 2003 (Amev/Meijerink)
Meijering heeft bij Amev een brandverzekering afgesloten. Door laswerkzaamheden is brand
ontstaan, ten gevolge van lasvonken die in aanraking zijn gekomen met de
wasbenzinedampen.
Vraag is of sprake is van merkelijke schuld in de zin van artikel 295 K.
De verzekeraar mag bij de beoordeling van het risico dat hij zal gaan lopen ervan uitgaan dat
de verzekerde niet zozeer tekortschiet in de zorg ter voorkoming van schade dat er sprake is
van merkelijke schud. Hiermee wordt een ernstige mate van schuld aangeduid.
Bij de beantwoording van de vraag welke mate van zorg van de verzekerde mag worden
verwacht, kan als uitgangspunt van de verzekerde worden verwacht dat hij zich onthoudt van
gedragingen waarvan hij weet of behoort te weten dat een aanmerkelijke kans bestaat dat
deze tot schade zullen leiden. Indien het gaat om een gedraging die naar objectieve
maatstaven een zodanig aanmerkelijke kans op schade met zich meebrengt dat de
betrokken verzekerde zich van dat gevaar bewust had behoren te zijn en door zich van die
gedraging niet te onthouden in ernstige mate tekort schiet in zorg ter voorkoming van
schade.
, Hoge Raad 21 december 2007 (Vuisthamer)
H heeft S meermaals met een vuisthamer op haar hoofd geslagen. Als gevolg daarvan heeft
zij lichamelijk en psychisch letsel opgelopen.
De rechter kan, behoudens tegenbewijs, uit de gedragingen van de verzekerde kan afleiden
dat deze zich ervan bewust was dat het in feite toegebrachte letsel het gevolg van zijn
handelen zou zijn.
GC Kifid 2016-124 (Proportionele verdeling)
Er was een verzekering afgesloten. Voormalig echtgenoot van consument heeft in de woning
brand gesticht en zich blak daarna van het leven beroofd. De verzekeraar heeft 50% van de
schade vergoed.
Verschillende uitspraken van de Hoge Raad laten ruimte voor een proportionele benadering
in geval van gedeeltelijke ontoerekeningsvatbaarheid nu de Hoge Raad spreekt van geen
verwijt en niet van geen enkel verwijt. Van gedeeltelijke ontoerekeningsvatbaarheid als
sprake is van een gedeeltelijk verwijt in die zin dat de gedraging slechts gedeeltelijk kan
worden toegerekend met als gevolg dat verval van dekking dus alleen dat gedeelte betreft.
Hoge Raad 13 april 2018 (Reikwijdte AVP-clausule)
Verweerders zijn ouders van hun zoon betrokkene 1. Zoon is door vader meermalen met
kracht door elkaar geschud. In het ziekenhuis bleek dat sprake is van het shaken baby
syndroom. Vader is verzekerd bij Reaal. Gebleken is dat vader lijdt aan de stoornis van
Asperger.
Of een opzettelijke gedraging van een verzekerde is gericht op het doen ontstaan van letsel
of zaakschade, moet naar objectieve maatstaven worden beoordeeld aan de hand van de
aard van de gedraging in het licht van de omstandigheden waaronder deze is verricht.
Deze beoordeling brengt ook mee dat letsel of zaakschade waarop het opzet niet subjectief
was gericht, onder de uitsluiting van de opzetclausule kan vallen. Dat is het geval indien,
gelet op de aard van de gedraging en de omstandigheden waaronder deze werd verricht, het
in feite toegebrachte letsel of de zaakschade naar objectieve maatstaven als een te
verwachten of normaal gevold van de desbetreffende gedraging kan worden aangemerkt. In
een dergelijk geval moet worden aangenomen dat de gedraging gericht was op het doen
ontstaan van het in feite toegebrachte letsel of de zaakschade, ook al was deze soort of
ernst van letsel of zaakschade niet door hem beoogd.
Anderzijds kan van letsel van een soort dat naar objectieve maatstaven niet als een te
verwachten of normaal gevolg kan worden aangemerkt, niet worden gezegd dat de
gedraging objectief bezien gericht was op het doen ontstaan daarvan.
Oorzaak
Hoge Raad 23 april 1982 (Che Guavara) (niet behandeld)
Hoge Raad 8 juli 1993 (Hogenboom/Unigarant)
Hogenboom eist uit hoofde van een reisverzekering afgesloten bij Unigarant uitkering
wegens een overkomen ongeval tijdens vakantie. Terwijl Hogenboom lag te slapen, reed een
bestuurder met auto zijn tent in, met lichamelijk letsel tot gevolg. Unigarant stelt dat een
organische oorzaak van de blijvende pijnklachten nooit is vastgesteld en diens huidige
toestand moet worden geweten aan een psychische stoornis en niet aan het ongeval.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Dyanne99. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.