Intersectionaliteits- en diversiteitsstudies
Prof. W. Vantieghem & C. Longman
2021 - 2022
Algemeen:
Geen permanente evaluatie
Lesmateriaal: slides & reader (énkel verplichte teksten - ken namen schrijver &
gastprofessoren).
Schriftelijk examen: (geen multiple choice, open vragen: essay stijl)
- Vb: (1) Analyseer krantenartikel/cartoon/case vanuit het macro, meso en micro
perspectief op diversiteit
(2) Vergelijk de intersectionele analyse in gastlezing X met de analyse in gastlezing
Y en beargumenteer je eigen positie.
Structuur samenvatting:
- vetgedrukt = slides / gewoon = notities / onderlijnd = vetgedrukt in slides
Inhoudstafel
Les 1: Diversiteit als concept in de samenleving…………………………………………3
1. Het concept diversiteit………………………………………….…………….
1.1. Diversiteitsstudies……………………………………………………….
1.2. Categoriale vs continue benadering………………………………………….
2. Superdiversiteit ~ Vertovec………………………………………….…………….
2.1. multiculturalisme………………………………………..….………………….
3. De organisatie van & omgaan met diversiteit………………………………………….
3.1. Exclusie, segregatie, integratie, inclusie………………………………………….
3.2. Equality, equity & justice………………………………………….…………….
3.3. Universal design & redelijke aanpassingen……………………………………
4. Conclusie……………………………………………………………………………….
Les 2: Diversiteit als sociale orde………………………………………….…………….
1. Diversiteit als systeem………………………………………….…………….
2. Macro…………………………………………………………………………………….
2.1. Norm, macht & privilege………………………………………………………
3. Micro………………………………………….…………….…………….…………….
3.1. Stereotype, vooroordeel, discriminatie………………………………………….
3.2. Social identity theory…………………………………….……………………….
4. Meso………………………………………….………………………………………….
4.1. Doing gender /doing difference………………………………………….
4.2. Nonconformiteit………………………………………….………………………….
4.3. (mogelijkheid) tot verandering………………………………………….
Les 3: Intersectionaliteit 1………………………………………….…………….
1. Gender is…………………………………………….……………….………….
1.1. heteronormativiteit……………………………………………………….
1.2. cisnormativiteit……………………………………………………….
1.3. Gendered benadering…………………………………………………….
2. Diversiteit is……………………………………………….…………………………..
1
, 3. Intersectionaliteit is……………………………………………………….
Les 4: Intersectionaliteit 2……………………………………….………………….
1. Intersectioneel denken: origines……………………………………….
1.1. Zwart feminisme………………………………….……………………….
1.2. Recente theoretici………………………………….……………………….
1.3. Controverses………………………………….........…….………………….
2. Queering intersectionality: intersectionele solidariteit?…………………………
3. Intersectionaliteit als critical inquiry……………………………………….
4. Resisting intersectionality…………………………………….…………………….
4.1. Onderdrukking versus privilege……………………………………….
4.2. Positionaliteit, intersectionaliteit en methodologie……………………………
Les 5: Intersectionaliteit in onderzoek naar globale gezondheid………………………
1. Intersectionaliteit in (wereldwijd) gezondheidsonderzoek…………………………
2. Determinanten van (on)gezondheid……………………….…………………….
3. Dekolonisatie van (wereldwijd) gezondheidsonderzoek……………………………
4. Betrokkenheid van de gemeenschap in onderzoek…………………………………….
5. SOLACE: case study…………………………………….………………………………
6. ECLIPSE: case study 2…………………………………………………………….….
Les 6: Etnische discriminatie……………………………….…………………….
1. Centrale concepten……………………………….………………….………………
2. Verschijningsvormen…………………….…………………………….………………
3. Antecedenten……………………………….……….…………………………
4. Gevolgen……………………………….…………….……………………
Les 7: Black women in Europe…………………………….……………………….
1. Historical overview (sources)……………………….…………………………….
2. Agenda’s (influence, allies, methodes)………………………………….
3. Achievements (setbacks,what’s different)……………….…………………………
Les 8: Disability………………………………….………………………………….
1. disability studies……………………………….……….…………………………
2. Normativiteit……………………………….………….………………………
3. Context……………………………….………………….………………
4. Voice……………………………….……………………………………………….
5. Activisme……………………………….…………….………………….……………
Les 9: Queer narratives migration……………………………………….
1. Queer migratie: theoretisch en juridisch kader………………………………….
1.1. introductie………………………………….………………………………….
1.2. theoretisch kader………………………………….………………………………….
1.3. Juridisch kader……………………………………………………………………. .
1.4. De casestudie: De Belgische Asielprocedure………………………………….
1.5. Kritische benaderingen……………………………….…………………….
2. Onderzoek vanuit het Rainbowhouse: methodologisch kader…………………………
2.1. Etnografisch veldwerk…………………………….……………………….
2.2. Kritische bedenking……………………………….…………………….
3. Narratieven in de praktijk: resultaten………………….………………………………….
3.1. Narratieven construeren………………………………….…………………………
3.2. Narratieven negotiëren…………………………….……………………….
3.3. Narratieven evalueren………………………………….…………………………
4. Wie is queer genoeg (volgens wie)?: discussie………………………………….
2
, Les 1: Diversiteit als concept in de samenleving (W. Vantieghem)
Deze les:
1. Het concept diversiteit
1.1. Diversiteitsstudies
1.2. Categoriale vs continue benadering
2. Superdiversiteit ~ Vertovec
2.1. multiculturalisme
3. De organisatie van & omgang met diversiteit
3.1. Exclusie, segregatie, integratie, inclusie
3.2. Equality, equity & justice
3.3. Universal design & redelijke aanpassingen
4. Conclusie
1. Het concept diversiteit
Diversity; what’s in a name:
Als we het hebben over diversiteit dan hebben we het over een oneindigheid van dingen.
1.1. Diversiteitstudies
Het concept ‘diversiteit’ is ook laatste tijd een hot topic geworden in:
- Publieke sfeer & beleid: normatief of instrumenteel
In de 1960 begon dat concept op te komen: met het ontstaan van een aantal nieuwe sociale
bewegingen (bv. civil rights movement, stone walls protests,..)
→ enkele heel belangrijke movements geweest en die een sterke impact hebben gehad op
hoe onze SL functioneert. Heeft geleid tot grote verandering t.a.v. wetten, beleid attitudes.
- Identiteit-gebaseerde bewegingen
- Rechten, gelijke behandeling, symbolische erkenning, …
(!) Maar, we stellen ook vast dat die bewegingen categoriaal opgebouwd waren.
→ categoriaal = mensen in groepjes/hokjes/ categorieën denken.
bv. civil rights movement: ras en etniciteit, stone wall protesten: lgbt-rechten.
→ In eerste instantie vooral in aparte categorieeën te beschouwen.
Shift & merging naar “diversiteits”-agenda: diversiteit in het brede. In plaats van focussen
op de negatieve ervaringen van die groepen, wordt het omgedraaid naar het ‘vieren van
discriminatie, verschil’.
⇒ Van anti-discriminatie naar “vieren” van diversiteit.
bv. afbeelding United Colors of Benetton: heel sterk die kaart trokken in diversiteit als positief
concept in hun reclamespots.
Door die shift van de diversiteits-agenda gaan we opeens alles als diversiteit bestempelen:
diversiteit: ras/ etniciteit, gender, Klasse/SES, religie, seksuele oriëntatie, functie-
beperking, leeftijd, ervaring, …
3
, ⇒ Diversiteit = alles, vaag concept
→ ook nog altijd één van de kritieken die wordt gegeven op diversiteit: ‘het is alles’, het is dus
een leeg concept, heeft geen betekenis meer’. Het is een container-concept geworden.
● “In public discourse and policy, then,‘diversity ’ has no clear content or overall aim (
except to underline the view that ‘difference’ is OK)” - Vertovec, 2015
→ geen specifieke inhoud, geen specifieke doelstelling, …
Het feit dat het zo een vaag concept is, vormt natuurlijk een probleem voor de wetenschap.
Aan de ene kant zien we dat het een hot topic is in de maatschappij, maar anderzijds wil je in
de sociale en geesteswetenschappen daar kritisch en analytisch mee aan de slag. Je wil
kijken welke mechanismen, etc. daar aan onderhevig zijn.
→ Dan is natuurlijk de vraag: “kan je met een concept als diversiteit iets doen?” - (1.) is het
een meerwaarde dat het zo breed en flexibel is of het is (2.) net een nadeel omdat het eigenlijk
betekent dat het geen inhoud heeft, dat het voor verwarring kan zorgen.
Wat wordt er gezegd: “we moeten opletten met het gebruik van ‘diversiteit’ zoals het in de SL
gebruikt wordt in de wetenschap, want anders botsen we op een aantal problemen. Er is dus
een bewust conceptueel onderscheid tussen wetenschap en publiek discours.
- “Diversiteit en diversiteit is twee”
- Categories of practice versus categories of analysis
- “what is good for administration may not be good for explanation”.
Bv. overheden gebruiken ook statistieken ivm. diversiteit, maar daar zijn heel vaste
voorwaarden aan vast. bv. gebruik van woord ‘allochtoon’, betekent voor heel veel
mensen iets anders.
Als diversiteit ‘alles’ betekent, wat doe je er dan in de praktijk mee? We zien dat in de praktijk
binnen de diversiteit studies een aantal dynamieken geweest zijn, waarbij enkele
assen/dimensies extra salient zijn, zoals:
- Want hangen samen met ongelijkheid. Én beschermd via anti-
discriminatiewetten in België.
- Want onderwerp van wetenschappelijke onderzoekstraditie: orthopedagogie,
migration studies, gender studies, queer studies, sociologie,...
Wat zijn de belangrijke assen van diversiteitsstudies - geïdentificeerd door onderzoekers?
- Etnische of raciale achtergrond
- Geslacht
- Seksuele geaardheid
- Socio-economische achtergrond
- Beperking
- leeftijd
1.2. Categoriale vs. continue benadering
❖ Categoriale benadering (categorie als filter)
Voordelen Nadelen
4