Ontwikkelingsleer
Ontwikkelingstaken: reeks van vaardigheden en vermogens dat mensen ontwikkelen doorheen hun levensloop
-> Ontwikkelen zichzelf op bepaalde tijden in leven, niet willekeurig
- Lichamelijke (biologische) rijping
Leren lopen, puberteit
- Individuele doelen en waarden
Keuze voor job, morele beslissingen
- Culturele/maatschappelijke verwachtingen
Leren lezen, verantwoordelijkheid voor milieu
Bv: Afghanistan: mogen daar niet naar school gaan
Bv: normaal dat moeder 6 maand borstvoeding geeft
- Havinghurst theorie: bemiddelen tussen biologische facetten van ontwikkeling en ontwikkelingsaspecten die
worden gesteund door andere mensen in het leven van een individu
- Herhaling vorig jaar
Levensloop perspectief
- Levenslang
Zie foto ppt
Iedereen leeft langer, lang stuk volwassenheid in leven
. Uitdaging voor maatschappij: oude mensen moeten iets nuttig te doen hebben
- Multidimensioneel en Multidirectioneel
Dimensies: Lichamelijk, Cognitief, Emotioneel/sociaal
Afhankelijk van welke leeftijd is er 1 van belangrijker, spelen wel allemaal een rol
. Multidirectioneel: verschillende dimensies niet zelfde snelheid/richting uit
. Bv: traditioneel zicht = piek in het midden van het leven
Performance IQ: piek is van 20-30 zie ppt
Verbaal IQ: beter voor 50jarigen
. Bv: positieve gevoelens stijgen naar leeftijd, zijn wel bv lichamelijk minder sterk
- Plastisch
Plasticiteit: vaardigheid om iets nieuws te leren (levenslang leren), vaardigheid te ontwikkelen door
leren
Old-age dependency ratio: aantal mensen +65 / aantal mensen 15-64 ??
. Stijgt steeds meer: meer mensen op pensioen, minder mensen om ervoor te zorgen
. Bv: 50 -> 1 gepensioneerde -> 2 mensen die werkzaam zou kunnen zijn
. Oplossing: oudere mensen laten werken
. België: percentage van mensen die blijven werken over 50 veel kleiner dan in andere landen
- Beïnvloed door veelvoudige interacterende krachten
Cultureel: welke topics komen in familie aan bod, hoe vaak eten ze samen, hoe in contact met alcohol
- Individuele verschillen
Resilicience/veerkracht: Bekwaamheid om zich aan te passen aan de uitdagingen en bedreigingen voor
de ontwikkeling
. Bv: sommige stoppen met drugs, anderen niet
. Belangrijk op oudere leeftijd
1
,HF11: Fysieke en cognitieve ontwikkeling in adolescentie
- Adolescentie: overgang tussen kindertijd en volwassenheid
- Puberteit: aanvang van adolescentie, biologische gebeurtenissen die uiteindelijk leiden tot volwassen lichaam en
seksuele maturiteit
FYSIEKE ONTWIKKELING
Opvattingen van adolescentie
Biologisch perspectief
- Storm en stress perspectief: JJ Rousseau: biologische opschudding zorgt voor verhoogde emotionaliteit en conflict
Puberteit: rebellie en roekeloosheid (Hall: savages)
Anna Freud: genitale fase, bewustwording van seksuele impulsen
Sociaal perspectief
- Psychologische problemen stijgen maar licht in deze periode
- Ontwikkelingstaken en cultuur
Mead: ontwikkelingstaken deze periode over heel de wereld zelfde, duur en specifieke vereisten
verschillen tussen culturen
Korte periode in stam en dorp gemeenschap -> duur paar jaar
Industriële samenleving: heel complexe taken -> duurt een decennia
- Ontwikkelingstaken niet in boek
Psychologische adaptatie aan aanvaarding van fysieke veranderingen
Leren mannelijke/vrouwelijke sociale rol invullen
Verwerven van volwassen manieren van denken
Bereiden van emotionele en economische onafhankelijkheid (tov ouders)
Ouders minder invloed, peers belangrijker
Ontwikkeling meer volwassen manieren van omgaan peers en beide geslachten
Verwerven van waarden en een ethisch kader voor gedrag
Identiteitsconstructie
Gebalanceerde manier van kijken
- Biologische en sociale invloeden
- Interactie hersenontwikkeling en sociaal gedrag
- 3 fases in adolescentie (lengte kan verschillen in culturen)
Vroeg: 11 – 14, snelle puberale veranderingen
Midden: 14 – 16, puberteit bijna voltooid
Laat 16 – 18, volledig volwassen uiterlijk, anticipatie van volwassen rollen
Puberteit: fysieke overgang in volwassenheid
Hormonale veranderingen
- Genen beïnvloeden hormonale processen
- Groeihormonen (GH) en thyroxine (toename rond 8,9 jaar)
- Meisjes puberteit 2j vroeger
- 2 soorten veranderingen
Algemene groei van lichaam
Maturatie en seksuele kenmerken
- Geslachtsverschillen
Beide: bijnier androgenen al rond 6-8j
. Meisjes: groeispurt, haar
. Jongens: weinig zichtbaar -> androgenen uit testikels doen meer
Oestrogeen: bijnieren en eierstokken
. Meisjes: meer GH, borsten, baarmoeder volgroeien , vet, regels
2
, Androgeen: testikels (testosteron en beetje oestrogeen)
. Jongens: testosteron -> veel GH!!
. Oestrogeen verhoogt groeihormonen productie bij jongens en meisjes (op alle leeftijden)
Lichaamsgroei
- Geslachtsverschillen
Meisjes groeien op 10, jongens op 12
Bredere heupen VS bredere schouders
Meisjes meer vet, jongens meer spieren
Jongens meer RBC (beter sporten, dragen O2)
Motorische ontwikkeling en fysieke activiteit
- Verschillende timing in ontwikkeling motorische performantie
Trager bij meisjes, spurt neemt af vanaf 14
Jongens latere/langere spurt in kracht, snelheid, uithouding
Minder sporten van meisjes naarmate ouder
- LO afzonderlijk voor beide geslachten
- Atletische competitie sterker gerelateerd aan zelfconcept voor jongens
Nemen meer taak verbeterende drugs
. Creatine -> neveneffecten: spierweefsel ziektes, epilepsie, hartproblemen
. Steroïden -> neveneffecten: acne, haar, hoge BP, agressie, leverschade,….
- Fysieke activiteit
Hoger bij jongens dan bij meisjes
. Daling bij leeftijd van 15j
. Activiteit op 14 jarige leeftijd voorspel sporten op 31j
Belangrijkste leeftijd voor sporten: middelbare leeftijd
Bepaald hoe je kan genieten van late volwassenheid
Verbeteren motoriek, cognitieve en sociale ontwikkeling
Leren: probleemoplossend, teamwerk, assertiviteit en competitie
Fysieke en mentale voordelen
Individuele/endurance sporten vaak ook nog in volwassenheid
. Goede fysieke self-efficacy: geloof in vermogen om sport te doorstaan
Seksuele maturatie
- Primair: rijping voortplantingsorganen -> Zaadlozing (spermarche) en menstruatie
- Secundair: borsten, baardgroei, haar
- Duurt meestal 4j
- Meisjes
Menstruatie pas na groeispurt: rond 12 of 13 jaar
Kan infertiele periode hebben tot 12m na eerste
- Jonges
Testes groter worden
Groeispurt op 14, ook eerste zaadlozing, ook infertiele periode
Individuele verschillen in puberteit groei
- Erfelijkheid (genetisch bepaald)
Hoeveel van IV verschillen kunnen we verklaren aan familiale verschillen
. Zonder te weten op welke genen
. 50% -> helft van variabiliteit (IV) te verklaren door ouders
Binnen 1 maand bij 1 ei (genetisch identiek)
Binnen 12maand bij 2 ei
ONSET pubertijd erfelijk -> dichter bij elkaar bij 1 ei
Veel verschillende handigheid (links of rechts) bij tweelingen
. Hangt af van hoe baby’s liggen
. Kant die naar voor ligt -> meer stimulatie -> meer rechtshandig
- Voeding, atletisch oefenen
Atletisch: jou percentage spier/vet beter dan normale mens
3
, . Vroeger evolutionair voordeel om vet te kunnen opslaan, nu niet meer
. Hormonaal systeem reageert op verhouding vet en spier
Meestal bij meisjes
. Vetcellen produceren leptine
. Signaleert voldoende reserves aan het brein -> we hebben genoeg -> nu kan je voortplanten
. Met sporten -> later regels
Bij jongens zwakkere relatie
. Meer sporten -> sneller puberteit (door zelfconcept)
. Niet perse dat dikke jongens sneller naar puberteit gaan
- SES en gezondheid
Armoede en honger vertragen regels (menarche)
- Etnische groep
Vroeger bij zwaardere meisjes
Genetisch bepaalde snellere rijping
- Familiale ervaringen en stress
Scheiding ouders -> vroeger
Veiligheid is at risk -> sneller reproduceren
- Seculaire trend
3 maand per decennium tussen 1900-1970
Eerste menstruatie steeds vroeger
Was gestopt, nu terug weer (wss door zwaarlijvigheid)
Hersenontwikkeling
- Pruning (synapsen wegdoen)
1. Leeftijd van 2jaar
. Synapsen van ver van elkaar liggende neuronen geknipt
2. Adolescentie
. Lokale netwerken (neuronen die dichter bij elkaar ligggen) geoptimaliseerd
. Gespecialiseerde regio’s ontstaan
. Lage verbindingen staan op de voorgrond nu
Verliezen neuronen (grijze massa) maar meer myeline (witte massa)
- ADHD
Vaak in adolescentie -> receptoren veranderen -> geen dopamine opnemen
- Frontale context: volentairy behaviour
Neurofysiologische veranderingen (zenuwcel) Gevolgen op vlak van hersenfuncties Gevolgen op vlak van cognitie en gedrag
Pruning van niet gebruikte synapsen gaan verder Frontale lobben Cognitieve vooruitgangen
Meeste synapsen als gevorm Controle gedachten en acties Aandacht
Door leren: synapsen blijven bestaan Extra verbonden met andere Planning
regio’s Integratie van informatie
Groei & myelinisatie versnellen Versterken van verbindingen tss gebieden Zelfregulatie
Axonen en dendrieten omringd
Door leren, heel leven lang Beste verwerkingssnelheid
Volumevergroting van brein
Ntm respons veranderingen Meer gevoelig voor opwindende Meer intense reacties op
Ntm gevoeligheid veranderd boodschappen Stress
Aantal receptoren beter Door meer ntm opnemen Plezier
Nieuwigheden
- Onderliggende hersenfuncties bij gedrag van adolescent
Prefrontale cognitieve controlenetwerk minder efficiënt dan volwassenen
. Inhibitorische functies, plannen ivm uitgestelde beloning
. Moeten we nog leren
. Bv: naar de les gaan om in vakantie meer tijd te hebben
Emotioneel/sociaal netwerk gaat voorbij het cognitieve controlenetwerk
. Verhoogde gevoeligheid voor neurotransmitters
. Door hormonen gestuurd
Zijn onevenwichtige systemen
. Heel veel emoties maar kunnen ze nog niet zo goed controleren
4