100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting SMV H3: eerste levensjaar: leerprocessen, motorische en perceptuele vaardigheden €2,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting SMV H3: eerste levensjaar: leerprocessen, motorische en perceptuele vaardigheden

 1 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvatting Hoofdstuk 3: eerste levensjaar: leerprocessen, motorische en perceptuele vaardigheden

Voorbeeld 3 van de 17  pagina's

  • 5 december 2022
  • 17
  • 2021/2022
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (13)
avatar-seller
lnsn
Hoofdstuk 3: eerste levensjaar: leerprocessen, motorische en
perceptuele vaardigheden
Refl exen bij pasgeborene

Reflex is aangeboren automatische respons t.o.v. specifieke vorm van stimulatie.

Oog knipperen Permanent Beschermt tegen sterke stimulatie.
Snuffelen (rooting) 3 weken Helpt tepel te vinden.
Zuigen na 4 maanden Doelbewust zuigen.
zwemmen 4-6 maanden
Moro 6 maanden Geluid op tafel waarop kind ligt, of hoofdje lichtjes laten vallen als
baby horizontaal vasthouden.

Grijpreflex 3-4 maanden
Tonische nekreflex 4 maanden Als baby ligt, hoofdje draaien naar een kant: arm uitstrekken in
gezichtsveld naar kant van blik, andere arm gebogen.
Stappen 2 maanden of meer Als oefenen → sneller stappen.
(indien niet te zwaar)
Babinski 8-12 maanden Voetzool tot aan hiel.

Adaptieve waarde: snuffelen, zuigen (helpt ook voor kalm te worden), zwemmen, moro

Motorische ontwikkeling: basis voor motorische vaardigheden: tonische nekreflex: doelbewust reiken. Grijpen,
zwemmen en stappen verdwijnen vlug, maar komen daarna terug in rijpere vorm.

Gedurende eerste 6 maanden verdwijnen de reflexen door toenemende controle door cerebrale cortex. Pediater
doet medische controle van reflexen (niet te zwak of intens, niet te lang blijven voortduren  onvoldoende cerebrale
controle).

Arousal toestanden

Doorheen de dag en nacht maken pasgeborenen vijf arousale toestanden (=toestand van
slaap of waakzaamheid) mee. In de eerste maand wisselen deze toestanden elkaar frequent
af.
 Regelmatige slaap (non-REM): 8-9 uur/dag:
- Periode van volledige rust en weinig tot geen activiteit.
- De ogen zijn gesloten, er zijn geen oogbeweging, het gezicht is ontspannen de
ademhaling is traag en regelmatig;

 Onregelmatige slaap → REM-slaap = ‘paradoxale slaap’: 8-9 uur/dag:
- Hersengolven die aanwezig zijn wijzen op activiteit alsof je wakker zou zijn (EEG lijkt
op waakpatroon).
- 50% van de slaaptijd is REM
o Waarom zoveel REM-slaap?
 Bij volwassenen: functie is dromen en verwerken en structureren van
dagelijkse informatie.
 Bij baby’s: denkt men dat het vitaal is voor groei van CZS, en ook
functioneel voor zuurstof bevoorrading voor delen v/h oog die geen
bloedtoevoer hebben.
- Rapid Eye Movement (REM), lichaamsbewegingen, hartritme, bloeddruk en ademen
zijn onregelmatig.

 Slaperig: varieert (tussen waken en slapen);
- Of in slaap aan het vallen
1

, - Of net wakker
- Lichaam is minder actief dan in REM
- Ogen openen (glazige blik) en sluiten
- Ademhaling is regelmatig, maar sneller dan in REM-slaap

 Rustige (inactieve) alertheid: 2-3 uur/dag
- Wakker en rustig
- Lichaam is relatief inactief, ogen zijn open en attent en ademhaling is regelmatig

 Actieve alertheid: 2-3 uur/dag
- Wakker en actiever
- Ongecoördineerde lichaamsactiviteit
- Onregelmatige ademhaling

 Huilen: 1-2 uur/dag

Slaap patronen

Slaap evolueert naar een dag-nacht patroon gedurende eerste jaar.
 Dag -nacht patroon: voeding speelt een rol, blootstelling aan licht.
 Blijft een leerproces: Rond 4 mnd slapen de meeste baby’s door. Vóór het hormoon
melatonine (slaaphormoon → zorgt voor slaperigheid) sterker wordt afgescheiden ’s nachts
dan in de dag (normaal is dit op 6 mnd).
 Slaapbehoefte vermindert van 18 tot 12 uren per dag op 2-jarige lft.
 Alleen slapen of samen met ouders (interculturele verschillen).
In vele culturen slapen de kinderen bij de ouders. Blijkt geen nadelige gevolgen te
hebben. Praktisch nut: Er is geen bed ritueel nodig (vaak huilbuien tot gevolg). Als ze
inslapen worden ze naar bed gedragen.

Veranderende slaappatronen

Paars: waaktoestand
Oranje: REM-slaap
Groen: gewone slaap

De percentages gaan over het totale duur
slaap.

De curve begint al prenataal (28 weken).

De slaapbehoefte neemt af.


Schreipatronen

Piek rond 6 weken.

De hoeveelheid wenen is niet gelijk
verdeeld over de leeftijd en dag. Dit is
universeel. Het is eigen aan de mens en
heeft te maken met de ontwikkeling van
het CZS.




2

, Responsiviteit van volwassenen t.o.v. schreien

Hangt af van:
 Interpretatie van schreien
o Intensiteit en context
o Accuratesse verbetert met ervaring
 Kenmerken van volwassenen
o Empathie
o Kindgerichte attitude
o Perceptie van controle over schreien

 Schreien: een manier van baby’s om te communiceren. Verondersteld leerproces
(operante conditionering).
 Schreien is een complexe auditieve stimulus → varieert van lichtjes zeuren tot intens
krijsen. Ouders kunnen dit gemakkelijk identificeren.
 Verschillende redenen van het schreien (geen zuiver reactief gebeuren): honger, dorst,
lichamelijk ongemak, te warm, pijn, geluid, moe… Hangt ook af van toestand baby:
eenzelfde object kan op ander ogenblik schreien uitlokken.
 Responsiviteit: meeste mensen kunnen moeilijk het geluid aanhoren en hebben de
spontane neiging om de baby te pakken en te troosten.
AANGEBOREN?
Moeders leren het onderscheid tussen de verschillende vormen. Leeftijd van baby speelt
daarbij een belangrijke rol.


Manieren om wenende baby te sussen

 Op schouder houden en wandelen of wiegen
 “Swaddle”: het beperken van de baby zijn bewegingen (in doek wikkelen)
 Zoethouder (tut met honing)
 In buggy rijden, auto, wiegen
 Tijdje laten wenen
Abnormaal wenen: kolieken.
o Wellicht aangeboren prikkelbaarheid of gedeeltelijke onrijpheid v/h CZS. Gaat
meestal over na 3 à 6 maanden.
o Is risico bij gestresseerde ouders voor kindermishandeling. Sommige ouders die al
in zeer ongunstige omstandigheden leven, en er dan nog eens een huilbaby bij
hebben (infanticide).
Schreien heft adaptieve functie: het zorgt dat de basisbehoeften van de baby worden vervuld.

Neonatale “Behavioral Assessment Scale” (NBAS)

Meet slap-waak toestanden, reflexen, responsiviteit t.o.v. fysische sociale stimuli.
Doel:
1) Individuele & culturele verschillen ontdekken. In vele Aziatische en Afrikaanse
culturen wordt baby heel veel meegedragen: dit leidt tot minder geïrriteerde kinderen
dan in het westen.
3

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lnsn. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53068 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd