Een algoritme is een geordende reeks ondubbelzinnige, uitvoerbare stappen die een eindig proces
beschrijven.
• Geordend: de volgorde van de stappen moet duidelijk zijn.
• Ondubbelzinnig: elke stap moet zodanig geschreven zijn dat slechts één interpretatie mogelijk
is.
• Uitvoerbaar: elke stap moet mogelijk zijn.
• Eindig: er moet een duidelijke stopconditie zijn.
PRILITIEVEN BIJ EEN FLOWCHART
Primitieven = bouwstenen waarmee representaties van algoritmes kunnen opgebouwd worden =
uniek gedefinieerd.
PRIMITIEVEN BIJ EEN PSEUDOCODE
1
,DEFINITIE: VARIABELE
Variabele = tijdelijke opslagplaats voor data / informatie die gebruikt wordt tijdens het uitvoeren van
het programma = getal, tekst…
De gebruiker heeft een waarde in dat opgeslagen wordt onder een naam – bv. mile – vanaf dan kan de
waarde steeds worden gebruikt in een bewerking of geprint worden door de naam – bv. mile – te
schrijven.
AANDACHTSPUNTEN
• Tekst tussen aanhalingstekens (string)
• Consistentie naam van de variabele (hoofdletters, schrijfwijze…)
• Altijd begin en einde in de FC en de PC
OEFENING 1:
Maak een flowchart en een Pseudocode van een programma dat de getallen 10 en 20 bij elkaar optelt
en de bijhorende som print.
Aandachtspunten:
Je moet consistent gebruik maken van hoofdletters!
‘de som is’ = tekst = moet tussen aanhalingstekens!
Som is een variabele dus dit moet niet tussen aanhalingstekens!
2
,OEFENING 2:
Maak een flowchart en een pseudocode voor een gelijkaardig programma dat het product van twee
willekeurige getallen berekent. Maak duidelijk aan de gebruiker dat deze getallen eerst moeten
worden ingeven en print het uiteindelijke resultaat.
THEORIE
SELECTIEALGORITMES
Selectie = voorwaardelijke opdrachten = enkel iets uitvoeren als aan bepaalde conditie voldaan is.
• Type 1: Als...Dan → geen aparte opdrachten als conditie niet voldaan is.
• Type 2: Als...Dan...Anders... → specifieker alternatieve opdracht als conditie niet voldaan.
3
, Hoe stellen we een selectiealgoritme voor?
• Flowchart: ruit → de conditie dient in de ruit te worden geschreven
• Pseudocode:
Een conditie mag enkel aanleiding geven tot true of false – voorbeeld: getal = 2.
Type 1:
Flowchart Pseudocode
Type 1, want niet gespecifeerd wat er anders Conditie (B) mag enkel aanleiding geven tot True
gebeurd. of False (voorbeeld: getal=2). Bij true wordt S
uitgevoerd, anders niet.
Type 2:
Flowchart Pseudocode
Type 2, want we weten wat er gebeurd indien de Conditie (B) mag enkel aanleiding geven tot True
basisconditie niet voldaan is. of False (voorbeeld: getal=2). Bij True wordt S1
uitgevoerd, anders wordt S1 niet uitgevoerd
maar S2 wel.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kionadewitte. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,29. Je zit daarna nergens aan vast.