Transportbedrijfseconomie
Leerstof
Handboek: Transport Economics, seventh edition
Presentaties
Examen
Schriftelijk
Gesloten boek
Vooral oefeningen, klein deel theorie
Optimalisering van transportbeslissingen als gebruiker vanuit oogpunt transportbedrijf
(carrier)
1 Logistieke kosten
1.1 Inleiding
Transportbeslissingen vanuit de invalshoek van de gebruiker
Breder perspectief: transport is slechts een middel, ingeschakeld in een groter geheel
“business logistics” (bedrijfslogisitek)
Beperking van logistiek tot een kader waarbinnen transportbeslissingen worden
besproken
hoe gaan we transport regelen? Zelf, uitbesteden, beroepsvervoer?
Bedrijfslogistiek: het beheer van vervoer, opslag en gerelateerde activiteiten tussen
oorsprong van grondstoffen (origin) en plaats van consumptie (destination)
Keten van activiteiten:
Levering van grondstoffen (materials management)
Activiteiten binnen bedrijf
Distributie naar klanten (physical distribution)
Geïntegreerde benadering, waarbij vervoer, goederenbehandeling, opslag, bestellingen,
orderbehandeling, verpakking, administratie, klantenservice en alle verwante functies in
hun samenhang beschouwd worden Trade‐offs! Wat brengt het op >< wat kost het?
Transportbedrijfseconomie 1
,Een belangrijk concept “totale kosten” de totale logistieke kost omvat
Transportkosten: kosten eigenlijke vervoer: vrachtwagens, chauffeur,…
Goederenbehandelingskosten: als bv. Een schip gelost moet worden
Voorraadkosten: hangt af van de waarde van goederen en veroudering
Stockbreuk/voorraadtekort: wat kost het je als je uit voorraad bent? kan leiden
tot klantenverlies (afh van soort goed)
Verpakkingskosten: papier of elektronische apparaten verpakken, hebben andere
manier van verpakken en dus andere kost
Order verwerkingskosten: automatisch of handmatig?
Administratiekosten: overheidskosten
Opstartkosten of instelkosten: koppelen aan de computer of instellen? OF switchen
van batch/ te weinig chips? nieuwe fabriek in Korea of hier?
Klantenservicekosten: afhankelijk van product, moeilijk te definiëren
Locatiekosten: direct in de haven of ergens anders waar de huur goedkoper is?
1.2 Transportkosten
Vaak de grootste kost
Inhuren transportdienst OF eigen vervoer
Transport dienst
Prijs betalen die de transportoperator aan ons vraagt, kan onderhandelt worden
Prijzen zijn meestal vrij ondoorzichtig: altijd prijsonderhandelingen mogelijk op LT
contracten goedkoper dan eenmalig vervoer (zekerheidsprincipe)
Eigen vervoer
tijd -en afstandskosten (vast en variabele component)
Schaalvoordelen niet steeds maximaal geëxploiteerd, omwille van andere logistieke kosten
Voorbeeld:
Vrachtwagen 20 ton vervoeren is niet dubbel zo duur als een vrachtwagen van 10 ton
schaalvoordelen afwegen
Binnenschip van 100 ton kun je niet vergelijken met 10 vrachtwagens
Traag of snel vervoer? Belang van de factor TIJD
Voorbeeld:
Traag vervoer (maritiem vervoer) <-> snelvervoer (luchtvervoer)
Spoorvervoer breedte van spoor is anders in Europa en West-Europa waardoor
wagons verwisselt moeten worden (vaak nog steeds sneller dan maritiem vervoer)
Transportbedrijfseconomie 2
,1.3 Goederenbehandelingskosten
In eigen beheer OF door derden
Transportbeslissingen beïnvloeden behandelingskosten:
Lossen op binnenvracht VS vrachtschip
Deel hinterlandvervoer via spoor/binnenschip VS vrachtwagens
In sommige gevallen verwaarloosbaar bv. Flat rate (=Vrachtvervoer tegen een vast tarief
betekent dat de verzender een vast tarief betaalt, ongeacht hoe zwaar of groot de zending
is)
!!! belang van de goederencategorie !!! in bulk? Opgezakt?
(bv. Eerst maritiem vervoer en dan de goederen nog met vrachtwagens verder vervoeren
extra behandelingskost DUS men kiest meteen voor vrachtwagens ipv maritiem)
1.4 Voorraadkosten
Trade-off tussen voorraad- en transportkosten
sleutel element in belangrijke trends (JIT = zo laag mogelijke voorraad, aanleveren
wanneer productie nodig heeft, nulvoorraden = geen voorraden )
Transport kan voorraden creëren (cyclische voorraad)
Beschermen tegen tijdsfactor transport (veiligheidsvoorraad) hoe groot? Hangt af
van risico dat je wil op een stockbreuk
Goederen in transit (voorraad tijdens vervoer)
o Goederenbehandeling
o Speculatie: bv. Prijs olie kan stijgen dus we kunnen een dag langer op zee
blijven waardoor we olie kunnen verkopen aan een hogere prijs (verwachte p
stijging > kost van extra dag op zee)
Kosten gekoppeld aan voorraden (zie verder)
Voorbeeld:
Diamanten naar Azië
Luchtvaart: voorraad komt in één dag aan OF maritiem: 35 dagen vast op zee
Reparatie van waterleiding
VROEGER: Ze komen langs, ze hebben net dat ene stuk gereedschap niet en moeten
helemaal terug naar distributiecentrum NU: just-in-time: ze nemen enkel mee wat ze
nodig hebben
E-commerce
Moeten alle schonenwinkels alle maten nog in de winkel hebben OF magazijn buiten
de stad met alle maten?
1.4.1 Kosten gekoppeld aan voorraad
Holding Cost (H): voorraadkostprijs van 1 eenheid van een specifiek goed per jaar, omvat:
1. Intrestkost: de reële jaarlijkse intrestvoet op het kapitaal verbonden aan een goed.
interestvoet verminderen met verwachte prijsstijging
1+nominale intrest
reële intrest = −1
1+inflatie
1,12
Voorbeeld: lening tegen 12% met inflatie van 3% =8,7 %
1,03
EXAMEN: Wat is de opportuniteitskost tov wat we hebben geïnvesteerd?
Transportbedrijfseconomie 3
, 2. Verzekeringskosten: tegen diefstal, brand, piraterij
o Indien niet verzekerd: risicokosten (zijn meestal verwaarloosbaar)
3. Ontwaarding van goederen
o Fysieke ontwaarding: Chinese vazen en er breekt 1 pallet, bederfbare
goederen
o Economische ontwaarding: door de tijd: een product wordt ouderwets door
technische innovatie (afschrijving), kleding die niet verkocht worden
(<-> bij ruwe grondstoffen zoals olie, bijna niet van toepassing)
4. Magazijnkosten: bestaan niet gedurende transport, terwijl intrest en depreciatie ook
dan gelden en de verzekeringskost dan zelfs groter is
o Public warehouse: je betaalt huur voor
o Privaat magazijn: uitbatingskosten (verwarming, verlichting), leasing of
intrestkosten en depreciatie, max capaciteit niet benutten
1.4.2 Onderverdeling van voorraden
1.4.2.1 Cyclische voorraad
De evolutie van de voorraad van een bedrijf is cyclisch: bij aankomst van het order stijgt de
voorraad met de geleverde hoeveelheid, bij consumptie van de goederen daalt de voorraad
en ten slotte neemt ze bij de volgende order-aankomst weer toe
functie van noden voor bepaalde periode bepaalde voorraad/cyclisch
De gemiddelde hoeveelheid die we bestellen is de helft van wat we in totaal telkens
bestellen
Transportbedrijfseconomie 4