2020
Vaten
MASTER 1 – PROFESSOR HENDRIKS
CAMILLE VERSCHUEREN
,PRAKTISCHE INFORMATIE
LEERSTOF
- BB dia’s + afbeeldingen
- Handboek ACCO: handboek vaatheelkunde
- Practica: filmpjes op BB + oefenen
- Examen: MCQ
BASISKENNIS
- Bachelor
o Acco hfdst 1: anatomie + fysiologie
o WOLTERS section1 : vascular pathofysiologie
- Vaten 2
o Ziektes + klachten + Dx
o Onderzoeken
o Diagnoses
o Behandelingen
(!) meerkeuzevragen van de studenten, waar mogelijks ook vragen van
komen op het examen
Inhoudsopgave
PRAKTISCHE INFORMATIE.............................................................................................................................. 1
LES 1: VENEUZE INSUFFICIËNTIE..................................................................................................................... 2
LES 2: DIEP VENEUZE THROMBOSE................................................................................................................. 8
LES 3: LYMFEOEDEEM.................................................................................................................................. 16
LES 4: ARTERIËLE OCLUSSIEVE ZIEKTES......................................................................................................... 22
PTN MET EEN TIA......................................................................................................................................... 39
ISCHEMIE VAN HET BL.................................................................................................................................. 46
VASCULAIR TRAUMA................................................................................................................................... 55
AORTA NEURYSMA...................................................................................................................................... 61
AORTA DISSECTIE......................................................................................................................................... 74
1
,LES 1: VENEUZE INSUFFICIËNTIE
OPPERKVLAKKIGE CVI
ETIOLOGIE EN FYSIOPATHOLOGIE OPPERVLAKKIGE CVI
- Varices zijn de meest voorkomende vorm van chron veneuze ziekte
o Verandering thv venewand v oppervlakkige aders > dilatatie >
klepinsifficiëntie
- Aantal voorbeschikkende factoren: familiaal, zwangerschap
- Onderliggende pathofysiologisch mechanisme: reflux
Blijvende hoge druk ‘veneuze HT’ leidt tot opeenvolgende
klinische stadia van CVI
DRUKVERANDERINGEN IN VOETRUGVENE TIJDENS EN NA OEFENING
- Normale rustdruk in de voet: 80-100mmHg
-
o Als we de druk gaan meten in een voetrugvene: 80-100mgHg
o Bij normale aders, als je wandelt gaat dit erg snel zakken
o In pathologische omstandigheden, gaat deze druk vrij hoog
blijven
DIAGNOSE
- Anamnese klachten
o Zwaartegevoel, vermoeidheid
o Stekende pijn over spatader
o Jeuk
o Paresthesiën
o Onrustige benen
o Nachtelijke krampen
o Vaak meer last
In de avond : klachten w erger doorheen de dag
Na lang rechtstaan
Bij warm weer
Premenstrueel
- Voorbeschikkende factoren
o Familiale belasting: varices / VTE
o Zwangerschap + aantal !
o Inname orale contraceptiva
o Beroep: staande beroepen
o VG flebitis / DVT
2
, OPGELET: klachten zijn niet altijd evenredig met de kliniek
- Klinisch onderzoek
o Start wanneer de pt de raadkamer
binnenkomt
o Hoe stapt de pt, kruk?, dropvoet
- Foto: afwijkende voetstatiek → de pt heeft
ene falende voetspierpomp (= belangrijke
pompen om ons bloed via de aders af te
voeren naar boven)
- Bij het klinisch onderzoek kijken we niet
enkel naar de stand van de pt, maar ook naar
huidafwijkingen
CEAP CLASSIFICATIE : CLINIC, ETIOLOGIE, ANATOMY, PATHOFYSIOLOGISCH
MECHANISME
alle zaken met veneuze insufficiëntie
- C0 → geen tekens van CVI
- C1 → telangiëctasiën, venulen <3mm
- C2 → varices (≥3mm)
- C3 → oedeem
- C4 → huidafwijkingen
o C4a → pigmentatie en / of eczeem
o C4b → lipodermatosclerose en/of atrofie blanche
- C5 → genezen ulcus cruris
- C6 → ulcus cruris
TECHNISCH ONDERZOEK
- Duplex: gouden standaard om spataders in kaart te brengen
o Staande houding: anatomie en hemodynamiek (de flux en
reflux), diameters in kaart brengen
o Veneuze mapping
- Op indicatie
o + liggende houding : is er femoraal een restletsel van
trombose? Het diepe systeem scannen
o + flebografie: w niet meer gedaan diagnostisch, de duplex
heeft dit verdrongen. W gebruikt bij een vena ovarica
syndroom, zijn er bekkenvenen insufficiënt.
BEHANDELING
op maat van de pt: Afhankelijk van de klachten, klinische en
echografische bevindingen, comorbiditeiten, risico’s op complicaties,
leeftijd …
- Conservatief
- Sclerotherapie: droogspuiten met vloeibaar sclerosans
- Klassieke heelkunde
3
, o Crossectomie en stripping
o Flebectomie
- Endoveneuze technieken
o Thermale: laser, radiofrequentie
o Non thermale= foam, MOCA, lijm
CONSERVATIEVE BH
- Hygiëne maatregelen
o Bewegen: veneuze retour (wandelen‼) → druk w afgevoerd
o Hoogstand
o Vermageren
o Huidzorg : te droge huid breekt sneller → jeuk → krabben →
wondjes
- Compressiekousen : overdag dragen
o Drukklasse I: enkeldruk 15-25 mmHg
o Drukklasse II: enkeldruk 25-35 mmHg (rondbreikous)
o Drukklasse III: enkeldruk 35-45 mmHg
W ook aangepast aan de pt, bv II kan je niet zelf aandoen als
oude vrouw → klasse I kous geven
- Venotrope medicatie
o Het zorgt er niet voor dat de andere conservatieve
maatregelen w vervangen, soms bv enkel in de
zomermaanden‼
o Ondersteunt de wand van de aderen.
KLASSIEKE HEELKUNDE
Stripping!
- Hoofdstaminsufficiëntie: crossectomie SFJ/SPJ: snee in de lies → thv
de junctie → alle zijtakken afbinden en de hoofstam afbinden vanuit
de diepe ader. → een stripper w in de ader geschoven en deze w er
onder de knieholte uit gehaald. → zo w de ader mechanisch
verwijderd
- Insufficiëntie zijtakken: flebectomie
Muller incisies, kleine sneedjes, daar waar de pt is afgetekend voor
de operatie. Spataders w aangeduid voor de operatie. Voor de
zijtakken gaan we thv de tekeningen insnijden, deze eruit halen met
een haakje en afbninden
ENDOVENEUZE TECHNIEKEN
Echogeluid, zonder een snede de ader behandelen.
Thermale technieken
- EVLT → laserablatie
- RFA → radiofrequente ablatie
Tumescentie:
1. Echogeleid w de hoofstam aangeprikt (vb. Thv de knieholte voor
VSM)
4
, 2. Opvoeren fiber > de tip van de catheter w in de lies geplaatst
3. Vocht w ingebracht (echogeleid) om de onderliggende weefsels te
beschermen
a. Gekoeld vocht met adrenaline > goede spasme van de venen
4. Start procedure: tip geeft energie af > w achteruit gerokken >
hoofdstam w vanaf proximaal dichtgeschreid > ader w geoccludeerd
Ik denk dat tumescentie wijst op het feit dat de ader w opgezwollen
met dat vocht.
Niet thermale technieken : chemische ablatie
- UGFA: foamtherapie
- MOCA: mechanische occlusie chemical agent (nt terugbetaald)
- Venaseal: weefseltherapie
geen tumescentie, geen verdoving
Foam behandeling
- Geen verdoving, geen incisie
- Ambulante procedure
- Soms meerdere sessies
o Slechts een bepaalde hoeveelheid van het product kan w
gebruikt in 1 keer
- Tijdelijke hyperpigmentatie
o Pt moet uit de zon blijven, kan langdurig zijn (op voorhand
vermelden)
FOAM: polydocanol + lucht → w gemengd in een bepaalde verhouding, dit
schuim is niet stabiel, w ingebracht, zoekt de spatader op → ader gaat in
spasme → lichaam gaat dit met een inflammatieproces dit afbreken
(kunnen klachten hebben van een flebit, zoals roodheid, warmte >
normaal)
RECIDIEF SPATADERS
- Progressie spataderziekte: bv iemand die 10 jaar geleden een
stripping heeft gehad, dan kan deze nog spataders krijgen in de v
saph parva, v saph accesoria → dit zijn gn recidieven in de zone v
behandeling, maar het is progressie van spataderziekte
- Neovascularisatie: op dezelfde plek opnieuw spataders. (dit komt
meer voor bij klassieke therapie, dan bij endoveneuzetechnieken,
want bloederige omgeving geeft aanleiding tot neovascularisatie)
CASUS
- 69 jarige man
- Consulteert voor flebologische oppuntstelling
- VG: familiaal belast, staand beroep, spataderoperatie vroeger in Re
been
- Al jaren spataders op beide benen, Li meer dan Re, storen van zicht
en jeuk
Spataders zichtbaar en hyperpigmentatie
(okerdermatitis)
5
, Duplex uitvoeren in staande houding
- Tekening w gemaakt: alles wat niet goed werkt → rode kleur
- Besluit: foam behandeling doen R (recidief spataders en we willen
geen prikkeling meer doen) en Li omdat de diameters niet te fors
zijn.
- Geen foam als de diameter te breed is.
BH: Er w vleugelnaaldjes geplaatst in de aders. De foam w klaar gemaakt, foam w
ingespoten gevolgd met de echo, vleugelnaaldjes en katheter eruit, adrukken,
compressiekous moet een week dag en nacht w aangehouden en de ptn moeten heel
veel bewegen, zodat de spierpompen goed werken, veneuze retour optimaal is.
DIEPE VENEUZE INSUFFICIËNTIE
- Diepe veneuze reflux
o Primair: aangeboren (floppy valves of agenesie): zz
o Secundair: diepe klepinsufficiënie na doorgemaakt DVT
Ten gevolge van het inflammatieproces → reflux
- Diepe veneuze obstructie
o Chronisch: na doorgemaakte DVT: blijvende obstructie
VENEUZE HYPERTENSIE distaal
ceap classificatie ook hier van toepassing
PATHOLOGIE
Venulaire / capillaire HT → inflammatoire cascade → schadelijke effecten
op weefselniveau
chronische ontstekingsreactie
ischemie en necrose: huiddefect
Dit kan bij spataders, maar ook bij een posttrombotisch syndroom
POST TROMBOTISCH SYNDROOM
Dit is de verzamelnaam voor alle klinische abnormaliteiten (symptomen
en/of klinische tekens) na doormaken van een DVT.
Kan soms pas na jaren uitkomen (> 20j)
Chronische verwikkeling van een VTE
- Meer risico op PTS bij uitgebreide DVT, moeizame of afwezige
rekanalisatie
- Ook meer risico indien uitstel in diagnosestelling en behandeling
- VENEUZE ULCUS = ultieme complicatie
- Huidafwijking: okerdermatitis
- Schijnbaar zichtbare spatader op buikwand (crossover: het diepe
systeem dicht en het lichaam gaat collateralen ontwikkelen om de
afvoer van het been te garanderen)
6
,BEHANDELING
- Conservatief: Compressie is belangrijk, die comfy is voor de pt,
voldoende druk geeft, zodat er tegendruk w gegeven aan de
veneuze insuf.
- Chronische obstructie
o Endoveneuze rekanalisatie en stenting overwegen
o Algemene narcose, buiklig, poplitea aanprikken, kijken of
ergens een doorgang is→ als daar kan w doorgegaan met een
voerdraad → ballon opblazen → stent plaatsen →
7
,LES 2: DIEP VENEUZE THROMBOSE
FLEBITIS
Een flebitis of een trombofleblitis is een bloedklonter in een
oppervlakkige ader. We zien het heel vaak in een spatader, dus we
kunnen het zien als een complicatie van spataders. Het kan soms ontstaan
na stase of na een banaal trauma.
Patiënt komt op de consultatie met klachten als:
- Pijn
- Rode, harde, warme streng of koord te voelen
- Rode zone met inflammatietekens
Thrombus in een oppervlakkige venen
DIEP VENEUZE THROMBOSE
Een trombus in een diepe ader noemen we een diepe veneuze
trombose.
- Locatie: meestal been
- Klachten
o Een pijnlijk, hard, gespannen been.
o Zwelling, afhankelijk van het niveau waar de bloedklonter zit.
De zwelling komt onder de obstructie
Volledig warm, rood, pijnlijk gespannen been >
klonter hogerop
Alleen een gezwollen kuit > obstructie op femoraal
niveau.
- Veneuze thrombo-embolie (VTE): de combinatie tussen DVT en een
longembool
o Dit w heel vaak als 1 entiteit beschouwd.
SERIEUZE COMPLICATIES VAN DVT.
ACUTE COMPLICATIE
- Longembool
o Kan fataal verlopen (= ergste complicatie DVT)
o Longembool (kunnen asymptomatisch verlopen)
Proximaal: vanaf v poplitea en hoger
Indien onbehandeld: 50% kans om LE te doen
Distaal: onder knieniveau
CHRONISCHE COMPLICATIES
(1) Posttrombotisch syndroom PTS:
o Medische aandoening met veel klachten, pijn en zorgen
(2) Recidief DVT/LE: mensen die ooit een trombose hebben gehad,
hebben gemakkelijk op diezelfde plaats terug een probleem van
bloedklontervorming. Dit heeft te maken met de
endotheelbeschadiging. Dit kan klepinsufficiëntie geven of
verlittekening.
8
, (3) Pulmonale hypertensie
OORZAKEN EN FYSIOPATHOLOGIE
Situaties die de 3 factoren van de triade van Virchow positief
beïnvloeden, gaan een trombose kunnen doen ontstaan.
(1) Vaatwandschade
a. Vb. een katheter (portacat, infuus, ...), trombofleblitis, een
spatader.
(2) Verhoogde stolbaarheid
a. Ptn met kanker, polytrauma
b. Onderliggende thrombofilie > thrombose > ontdekking
stollingsafwijking
(3) Vertraagde bloedflow
a. Situaties met veneuze stase: bedgebonden pt,
gipsimmobilisatie, HF
Er zijn risicofactoren die patiëntgebonden zijn & er zijn risicofactoren die
situatiegebonden zijn (medisch of chirurgisch situatiegebonden). Een
goede inschatting van die RF is nodig om zo een goede tromboseprofylaxis
voor elke pt toe te passen.
RISICOFACTOREN
- Antecedenten VTE → sneller thromboseprofylaxe geven
- Thrombofilie
- Obese ptn
- Inflammatoire aandoeningen
- AMI
- Acute infecties
- Trauma-gips
- Chirurgie
DIAGNOSE
Het is een patiënt die binnenkomt met een plots dik, gezwollen, pijnlijk
lidmaat. Heel vaak is dit in het been, maar het kan ook in de arm
voorkomen. Het is soms zo gespannen, dat die mensen echt moeilijk
kunnen bewegen.
pijn, zwelling en acute karakter = rode vlag.
Als je dan verder gaat onderzoeken, zie je een blinkende, gespannen huid.
Soms zie je ook de oppervlakkige verhoogde veneuze tekening.
KO volstaat niet → D-dimeren bepalen → duplex (→ CT / flebografie)
D-DIMEREN
- De D-dimeren zijn een afbraakproduct van fibrine.
- Bloedklontervorming ergens in het lichaam > activatie vh
fibrinolytisch systeem > vorming D dimeren
- D dimeren w bepaald met een bloedname.
o Hoogsensitief, laagspecifiek!
9