Samenvatting doelgroepen 1
Personen met een verstandelijke beperking:
Terminologie:
Verstandelijke beperking als een beperkt IQ:
Vroegere beeldvorming over VB:
Binet en Simon ontwikkelden intelligentietest en beschreven normaal en afwijkend
intelligentiequotiënt
Zij legden wetenschappelijke basis om mensen met VB te definiëren als mensen met beperkt
intelligentiequotiënt
Dit is stoornisdenken, men ging ervan uit dat VB gevolg was van tekort dat geheel in persoon
ligt en in cijfers uit te drukken is
Terminologie als debiel en imbeciel niet kwetsend bedoeld, VB aanzien als persoonskenmerk
dat persoon ten volle typeert, vond men het evident op personen zo te etiketteren
Omdat men hen afwijkend vond, normaal om hen af te zonderen in apart onderwijs en
instituten
Verstandelijke beperking als sociaal probleem:
Paradigmaverschuiving: beeldvorming en benadering van personen met VB veranderde
Idee ontstond dat mensen met VB in instituten minder goed kunnen ontwikkelen
Hinder die persoon ondervindt van beperkt intellectueel functioneren sterk bepaald door
context waarin hij leeft
Ernst van verstandelijke beperkingen pas duidelijk in interactie met omgeving
Stoornisdenken over VB veranderde naar bredere kijk, sociaal-ecologische visie
Verstandelijke beperking ontstaat niet als persoonskenmerk, maar als wisselwerking tussen
kenmerken van persoon en verwachtingen en inspanningen van omgeving waarin persoon
leeft
Bewustzijn dat het meer respectvol en terecht is om te spreken van personen met
verstandelijke beperking of personen met verstandelijke handicap
Huidige omschrijving van verstandelijke beperking:
Na paradigmaverschuiving is definitie van verstandelijke beperking blijven veranderen, ook
de kijk op deze mensen
Definitie van American Association on Intellectual and Developmental Disabilities (AAID): Een
verstandelijke beperking is een handicap die wordt gekenmerkt door aanzienlijke
beperkingen in zowel intellectueel functioneren als in adaptief gedrag, dat omvat veel
alledaagse sociale en praktische vaardigheden. Deze handicap ontstaat voor de leeftijd van
18 jaar
AAID is internationaal toonaangevende organisatie die in 2010 nieuwe wetenschappelijke
definitie en model uitbracht
Naast IQ wordt adaptief gedrag als onderdeel van VB genoemd
Definitie ontrafeld:
o VB leidt tot problemen in het dagdagelijks functioneren functioneringsproblemen
o Functioneringsproblemen ontstaan door beperkte intellectuele vaardigheden, men
verwijst naar beperkte intelligentie, beperkingen bij redeneren, plannen, problemen
1
, oplossen, abstract denken, moeilijke ideeën begrijpen, snelheid van leren en leren
uit ervaring
o Adaptieve vaardigheden slaat op mogelijkheden die iemand heeft om te
beantwoorden aan eisen van de omgeving, zich aan te passen aan wat men van
mensen met dezelfde leeftijd verwacht, binnen specifieke cultuur, komt minder tot
uiting als persoon routinematig bepaalde vaardigheden uitoefent
Adaptief gedrag 3 categorieën:
o Conceptuele vaardigheden: taal, lezen, schrijven, geldbegrip, zelfbepaling,
vaardigheden gebruiken om zelf vorm te geven aan leven, beslissen in eigen leven.
o Sociale vaardigheden: interpersoonlijk contact, verantwoordelijkheidsbesef,
inschatten van én weerstand bieden aan negatieve beïnvloeding, zich houden aan
regels en wetten, vermijden terecht te komen in slachtofferrol
o Praktische vaardigheden: activiteiten dagelijkse leven zoals eten,
aankleden, lichaamszorg, verplaatsen; instrumentele activiteiten zoals
maaltijdbereiding, huishoudelijke activiteiten, gebruik van telefoon, omgaan
met geld, openbaar vervoer; vaardigheden met betrekking tot werk; vermijden of
voorkomen van gevaarlijke situaties
Functionele beperkingen voor 18 jaar duidelijk worden
Verstandelijke beperking is ontwikkelingsstoornis, ontwikkelingsstoornissen ontstaan kort
voor, tijdens of kort na geboorte en worden ten laatste in begin van lagere school opgemerkt
Leeftijdsgrens op 18 jaar om uitzonderlijke gevallen mee op te nemen waarin VB op latere
leeftijd wordt ontdekt
Onderscheid met personen die op latere leeftijd tijdelijke of blijvende tekorten ervaren in
intelligentie of adaptieve vaardigheden
VB niet zomaar stoornis of persoonskenmerk, maar samenspel van factoren waarvan
intelligentie er één is
Ook omgeving en verwachtingen die men heeft tegenover hem, bepalen of persoon met VB
weinig of veel uit de boot valt
Gevolgen van nieuwe definitie voor terminologie:
AAIDD kiest voor disability ofwel handicap of beperking, meer vooruitstrevend want zij
benadrukt door disability te kiezen om mismatch tussen moeilijkheden van persoon en
verwachtingen van de maatschappij centraal te stellen
People-first benadering: we spreken van personen met beperking of handicap
Gevolgen van definitie in het werkveld:
Diagnose mag niet meer afhangen van IQ-score:
Classificerende diagnostiek nodig om te bepalen of specifieke persoon wel degelijk VB
heeft, noodzakelijk om te beslissen of hij in aanmerking komt voor hulp en ondersteuning
Voor het toekennen van ondersteuning wordt ook classificatie toegepast
Vroeger evident om enkel intelligentietest af te nemen om vast te stellen of persoon VB had
en hoe ernstig, intelligentietest enige basis voor diagnostiek
In huidige definitie benoemt men grensscore van 70 op IQ-testen als criterium voor diagnose
VB, belangrijk criterium naast gezet: adaptieve vaardigheden
Adaptieve vaardigheden meer bepalend om iemand zorg toe te kennen
IQ-scores niet meer gebruikt om groep van personen met VB in te delen in personen met
diepe, ernstige, matige of lichte VB
2
, Tegenwoordig kritisch gekeken naar waarde van intelligentietesten:
o Weinig afgestemd op culturele verschillen tussen personen, normering voor test niet
afgestemd op personen met migratie-achtergrond daardoor soms onterecht stempel
van VB
o IQ- getal statisch cijfer, mens is dynamisch, op moment van IQ test kan persoon niet
tonen hoe die nog ontwikkelen mits juiste omstandigheden
o Intelligentiemeting van personen met erg zwakke intellectuele mogelijkheden niet
goed uitvoerbaar en dus onbetrouwbaar
o Context erg bepalend voor IQ-cijfer dat persoon scoort in test, begrijpen van taal,
plaats en moment waarop test wordt afgenomen kan resultaat beïnvloeden
Personen met IQ van 70 of net boven hebben ook ondersteuning nodig
IQ tussen 70/75 en 85 hebben geen VB zwakbegaafd, problematisch als er te veel nadruk
ligt op cognitie, buitengesloten van verschillende ondersteuningsvormen
Meer stemmen om mensen met IQ tot 85 bij classificerende diagnostiek dezelfde rechten te
geven als persoon met VB als hun adaptieve mogelijkheden beperkt zijn
Om als volwassene in aanmerking te komen voor tegemoetkoming of sociale ondersteuning
van federale overheidsdienst sociale zekerheid, moet handicap eerst door FOD erkend
worden
Instantie hecht minder belang aan grensscore van IQ, focust zich meer op impact van
handicap of beperking op uitvoeren van dagdagelijkse activiteiten
Classificerende diagnostiek bij jonge kinderen heel moeilijk, onder 5 jaar huidige testen niet
betrouwbaar
Diagnose pas op latere leeftijd gesteld
Als kinderen onder 5 jaar belangrijke mijlpalen in cognitieve, sociale of motorische
ontwikkeling niet halen, eerder diagnose globale ontwikkelingsvertraging gesteld
Belang van adaptieve vaardigheden in diagnose:
Adaptieve vaardigheden kunnen ook gescoord worden door vragenlijsten of
observatieschalen bv: VABS: Vineland Adaptive Behaviour Scales of SRZ: Sociale
Redzaamheidsschaal Zwakzinnigen
Adaptief functioneren heeft dynamische lading en is ontvankelijker voor verandering dan
intelligentie
Multidimensionale kijk op elke persoon met VB:
Handelingsgerichte diagnostiek proces waarbij ondersteuningsvraag van persoon in kaart
wordt gebracht om juiste ondersteuning te kunnen bieden
AAIDD specifiek model opgesteld dat samen ligt met definitie en achterliggende visie ervan
Beeldvorming moet multidimensionaal en ecologisch zijn, brede kijk op verschillende
identiteiten van persoon en hoe die interageren met omgeving, diversiteitsdenken
Beeldvorming van persoon met VB ook context in kaart brengen voor negatieve,
belemmerende als positieve, ondersteunende invloed
5 dimensies die menselijk functioneren bepalen:
o Intellectueel vermogen intelligentie
o Verscheidene vaardigheden adaptief gedrag
o Interactie met omgeving: in welke maatschappij, in welke familie, welke buurt je
opgroeit context
3
, o Hoe je directe omgeving of de maatschappij jou betrekt, met je mogelijkheden en
belemmeringen, in het dagdagelijkse leven participatie
o Gezondheid: alle bijkomende problemen fysieke en psychische gezondheid
bepalen mee je kansen om eigen leven uit te bouwen
Om tot beeldvorming te komen belangrijk dat je:
o Oog hebt voor verschillende context(en) waarin persoon leeft en hoe hij in
verschillende omgevingen functioneert
o Naast afnemen van tests of vragenlijsten oog voor verhaal van persoon: wat vertelt
hij over zichzelf of wat vertellen andere personen over hem, hoe zie je hem
functioneren in dagdagelijkse contexten
o Zowel sterktes als zwaktes in kaart brengt, zowel van persoon als van zijn netwerk en
omgevingen waarin hij functioneert.
o Een totaalbeeld maakt waarin de 5 dimensies aan bod komen en hoe deze elkaar
onderling beïnvloeden
o Analyseert welke ondersteuning persoon al krijgt en welke hij nog nodig heeft om te
komen tot kwaliteitsvol leven op 5 dimensies
Etiologie/verklaring:
VB kunnen geïsoleerd overkomen of als deel van syndroom
Syndroom betrokkene naast VB ook lichamelijke, medische of uiterlijke kenmerken of
typische gedragskenmerken heeft
Down syndroom en fragiel X-syndroom meest voorkomende syndromen gepaard met VB
Oorzaak downsyndroom: fout tijdens celdeling zorgt voor extra chromosoom, oorzaak niet
erfelijk, fout in celdeling ontstaat meestal als de eicel van de moeder gevormd wordt, soms
fout in vorming van de zaadcel van de vader
Belangrijkste kenmerken downsyndroom: Scheefstaande ogen, extra huidplooi over de
binnenste ooghoeken, witte vlekjes in het oog aan de rand van de iris, kleine schedel en
relatief weinig achterhoofd, asymmetrisch oren, relatief kleine mond en dikke gegroefde
tong, brede korte nek, korte armen, benen en voeten
Specifieke oorzaak van VB bij 80% van personen met matig VB worden aangetoond, bij 50%
van mensen met licht VB
40% van personen met ernstige of diepe VB is oorzaak chromosomale afwijking, bij personen
met licht VB bij 10 à 20% het geval
Bij personen met licht VB oorzaak minder duidelijk, hoe ernstiger VB, hoe duidelijker ooraak
Bij mogelijke oorzaken twee criteria gehanteerd:
o Moment waarop bepaalde beïnvloedende factor is ingetreden: prenataal, perinataal
of postnataal
4