Samenvatting: Orthopedagogiek
Hoofdstuk 1: wat is (Ortho)(ped)agogie(k)
1. de nitie
1.1 Pedagogie
= het leiden/ opvoeden van een kind. (Van het normale kind)
- Komt van het Griekse woord ‘paidagoogia’
- Pais/ped = kind
- Agogie = leiden, vormen of opvoeden
1.2 Orthopedagogie
= richt zich tot de opvoeding van het kind in een moeilijk lopende opvoedingssituatie.
- Ortho = recht/normaal
1.3 Orthoagogie
= relatie tussen begeleider en volwassenen
- agogiek = veranderkunde
1.4 orthopedagogieK en orthopedagogie
• Orthopedagogiek = de wetenschap over opvoeding, verzameling van theorieën
• Orthopedagogie = de handelingspraktijken van het opvoeden
1.5 Orthopedagogisch begeleider, orthopedagoog, what’s in a name
• Graduaat = orthopedagogische begeleider
• Bachelor = praktijk gerichte orthopedagoog
➜ voeren de zelfde taken uit maar verschil zit hem in de verantwoordelijkheden.
2 Orthopedagogiek als wetenschap
2.1 pedagogische theorie
= een bouwwerk van bouwstenen (begrippen of concepten
met hun onderlinge verbindingen tot elkaar)
Welk belang hebben die pedagogische theorieën voor ons als
opvoeder?
- meer kennis krijgen over opvoeden
- Kennis actualiseren en gebruiken
- Opvoedingspraktijk meer kwaliteit geven
- Opvoedingssituaties beschrijven, analyseren en
ondersteunen
- Gezamenlijke taal
2.2 maatschappelijke visies, praktijkkennis en wetenschappelijke kennis
Maatschappelijke visie op mens, ziekte, handicap en armoede doorheen de geschiedenis
beïnvloeden door:
- economische factoren
- Politieke factoren
- Sociale factoren
- Culturele factoren
2.2.1 maatschappelijke visies
Visies leiden tot grondhoudingen naar maatschappelijk kwetsbare mensen.
- grondhoudingen zijn telkens gevoed door een oordeel over de waarde van deze personen
- Mogelijkheden die zij hebben om iets bij te dragen aan de samenleving
Deze grondhouding had een belangrijke impact op de uitbouw van voorzieningen, het al dan niet
ontwikkelen van nieuwe methodes, de houding die hulpverleners aannemen tegenover deze
mensen in begeleidingssituaties.
➜ kritische houding ontwikkelen tegenover gangbare maatschappelijke grondhoudingen en visies
1
fi
, 2.2.2 praktijkkennis
Als orthopedagogische begeleider wordt ons handelen ook gekleurd door de individuele
voorkennis:
- intuïtie = het gezonde verstand
- Ervaringen die je zelf of via anderen op deed.
• Praktijktheorieën:
Van zodra je je bewust wordt van voorkennis
➜ bekritiseerbaar: gangbare aanpak, heersende waarden en normen
• Praktijktheorieën kritisch blijven toetsen:
- re ectie over eigen handelen
- Bijscholingen volgen
- In discussie treden met collega’s
- Via wetenschappelijk onderzoek
➜ “het belang van kritische toetsing brengt ons dus bij de betekenis en het belang van
wetenschappelijke kennis voor het orthopedagogische werkveld en voor het handelen als
orthopedagogisch handelen”
2.2.3 Wetenschappelijke kennis
• Kennis = het geheel van betekenissen, begrippen, vaardigheden, werkwijzen, ect.. die voor juist
en waar word gehouden en richting geeft aan het handelen.
• Wetenschappelijke kennis = resultaat van wetenschappelijk onderzoek
Wanneer is iets wetenschappelijk?
• Systematisch betekent dat een wetenschapper bij het verwerven van kennis dit steeds op
eenzelfde wijze moet doen, volgens geldende onderzoek regels, onderzoeksprocedures,… Zo
spreekt men bij wetenschappelijk onderzoek bijvoorbeeld van een ‘empirische cyclus’ die men
volgt, zijn er afspraken rond de technieken die betrouwbaar zijn voor het analyseren van
gegevens,…
• Rationeel gefundeerd betekent dat een wetenschapper de gekozen methoden en technieken
die hij in een onderzoek gebruikt, zo moet argumenteren dat andere wetenschappers zijn
redenering kunnen vatten en eventueel met tegenargumenten bekritiseren
• Navolgbaar betekent dat elke andere wetenschapper, juist doordat dit wetenschappelijk
onderzoek systematisch en rationeel gefundeerd is, dit onderzoek zou kunnen ‘navolgen’, met
andere woorden zelf op eenzelfde wijze zou kunnen uitvoeren en tot dezelfde conclusies zou
komen.
➜ professioneel handelen
2.3 De identiteit van de orthopedagogiek
• raakvlakken met de wetenschap
• Onduidelijk in de praktijk: gezinnen met kinderen met opvoedingsproblemen worden
verschillende vormen van hulpverlening aangeboden, niet steeds vanuit pedagogische hoek.
Orthopedagogiek: heeft eigen doelstellingen, onderscheidt zich van andere wetenschappen qua
object en que gerichtheid.
3 Het werkterrein van een orthopedagogisch begeleider
= enorm divers.
- verschillende leeftijden: kinderen, jongeren, volwassenen, ouderen
- Verschillende problematieken: fysieke/mentale beperking, ASS, kinderen uit problematische
thuis situaties, mensen in armoede.
- Verschillende manieren van werken: residentie, ambulant, mobiel
- Denk aan de werkplekken van praktijk 1
2
fl
, Hoofdstuk 2: Geschiedenis van de orthopedagogiek
1 Inleiding
“De beschaving van een samenleving laat zich meten aan de zorg die ze aan de zwaksten
besteedt.”
Hoe men naar opvoeding en opvoedbaarheid van een mens gekeken heeft, is sterk verandert
doorheen de jaren. Je zal merken dat de visie hier rond steeds in beweging zijn en dat ook zullen
blijven. Hoe men oordeelt over de waarde van een persoon in de maatschappij, heeft immers
rechtstreeks invloed op de aan- of afwezigheid van zorg, uitbouw en locatie van voorzieningen,
wetgeving en subsidies en ontstaan van opleiding en methodieken. Om te begrijpen hoe onze
huidige kijk op kwetsbare mensen tot stand is gekomen, is het van belang te kijken naar het
verleden. Wat vandaag als mensbeeld gehanteerd wordt, heeft namelijk zijn oorsprong in de
geschiedenis. Ook wij, orthopedagogisch begeleiders, zijn beïnvloed door de geschiedenis en
haar heersende beeldvorming tegen over van kwetsbare mensen. Ons daar bewust van zijn en
kritisch blijven kijken naar bepaalde waarden en normen is van groot belang.
2 Geschiedenis door de jaren heen ➜ informatief
2.1 Prehistorie
• struggle of life ➜ natuurlijke selectie
• Ziekte en afwijkingen waren de oorzaak van demonische krachten/ het beledigen van de goden
• Men probeerde door de hulp van schedelboring de demonen uit het lichaam te krijgen
2.2 De Grieks-Romeinse oudheid
• van natuurlijke selectie naar maatschappelijke selectie ➜ pasgeboren kind met een afwijking
werd buiten de wet gesteld.
• Kind sloot niet aan bij het Griekse staatsideaal ‘mens sana in corpora Sano’ ➜ een gezonde
geest in een gezond lichaam
• Plato: gehandicapte kinderen, kinderen van armen en van lagere minderwaardige burgers
mogen niet opgevoed worden.
• Daad van het verstand om het nutteloze van het gezonde te scheiden ➜ recht en plicht van het
hoofd van de familie (pater familias)
• God is de schepper van alle mensen, ook van de gehandicapte
2.3 De middeleeuwen
• Groeiend Christelijk besef:
- Eerbied en liefde voor alle mensen
- De eerste kloosters namen de zorg voor deze mensen op zich
- Barmhartigheid om de hemel te verdienen
• Verstedelijking:
- zorg verschuift naar de steden. Geesteszieken vallen niet op in eenvoudige samenleving
- Gasthuizen voorleprozen en pestlijders buiten de stadsmuren
• Demonen:
- opsluitingen via magie greep krijgen
- Naar het einde: heksen verbranding
- Attracties op jaarmarkten
2.4 De verlichting
• grote technische vooruitgang ➜ industriële revolutie
• Arbeidsbevolking betaalde hier zware tol tegenover de rijke bevolking
• Slechte arbeidsomstandigheden
• Armen en gehandicapten kregen van gegoede burgers voedsel ect
• Nood aan arbeiders
• Vakscholen voor doofstomme en blinde kinderen
De defecte mens genezen
Krankzinnig = niet gevaarlijk, maar wel ziek
= pedagogisch optimisme
3