100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Samenvatting burgerlijk recht 3 €5,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting burgerlijk recht 3

2 beoordelingen
 22 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Samenvatting van het vak burgerlijk recht 3.

Voorbeeld 4 van de 73  pagina's

  • 6 februari 2023
  • 73
  • 2019/2020
  • Samenvatting

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: amy-muller • 9 maanden geleden

review-writer-avatar

Door: alexiaesmee • 8 maanden geleden

avatar-seller
SAMENVATTING BURGERLIJK RECHT 3
WEEK 1
Literatuur HC 1 (aansprakelijkheid):
- Verheij, nrs. 1- 16, 23.2 en 24
- J.J. Smeehuijzen, ‘Hoe oordeelt de feitenrechter over strijd met de maatschappelijke betamelijkheid in
de zin van art. 6:162 lid 2 BW?’, VR 2017/125.
Literatuur HC 2 (aansprakelijkheid)
- Verheij, nrs. 23.1, 23.3, 25-30.
Uitgangspunt aansprakelijkheidsrecht = ‘in beginsel draagt ieder zijn eigen schade’. Evt. rechtvaardiging van
de verplaatsing van schade à schuld, risico, profijt.

Functies van het aansprakelijkheidsrecht (nr. 7 & 8)
1. Compensatie à volledig herstellen van schade + selectie: bepalen in welke gevallen schade wordt
gecompenseerd.
2. Preventie à voorkomen van schade.
- Om vast te stellen dat er een goede grond is om schade te verplaatsen, en het dus niet zelf te dragen.
- Om vast te stellen wanneer iemand aansprakelijk is.
- Rechtshandhaving (defensief en offensief) à het aansprakelijkheidsrecht wordt gezien als mogelijkheid
om bepaalde rechten te handhaven (bijv. grondrechten/persoonlijkheidsrechten) en om opnieuw rechten
te creëren (bijv. immateriële schadevergoeding als er sprake is van psychisch leed).
- Erkenning van leed/onrecht (‘ventielfunctie’) à Urgenda-zaak. Kan rechter gat vullen dat wetgever laat?
- Genoegdoening (art. 6:106 BW) à hangt samen met compensatie. Stel kind wordt aangereden, dan
hebben ouders recht op een vergoeding van €20.000, compenseert dit het leed? Nee, het is enkel een
voorbeeld van genoegdoening, een tegemoetkoming in het (psychische)leed.
- ‘Straffen’/ontneming voordeel (art. 6:104 BW) à de veroorzaker van schade straffen. Onrechtmatig
verkregen voordeel mag je weer afpakken (art. 6:104 BW), dat is toch wel een voorbeeld van een ‘tik
uitdelen’, want de winst die gemaakt is, is op zichzelf niet de schade die een ander geleden heeft.

Fout = een toerekenbare onrechtmatige daad die door een persoon is verricht.
- Dat is schuldaansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig gedrag (persoonlijk). Dader is in de fout gegaan.
Risicoaansprakelijkheid = een kwalitatieve aansprakelijkheid, in hoedanigheid van (bijv. kind – ouder,
werknemer – werkgever, bezitter opstal, dier). Toerekening is niet nodig.
- Ter rechtvaardiging van risicoaansprakelijkheden is met name gewicht toegekend aan:
o Het gevaar dat van een zaak uitgaat;
o Het feit dat iemand profijt heeft van een bepaalde zaak of activiteit;
o Vermogen om de schade te dragen;
o Verzekerbaarheid.

Aansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig handelen (fout-aansprakelijkheid) à art. 6:162 BW
1. Onrechtmatigheid (lid 2)
1) Inbreuk op een recht (worden nader toegelicht hieronder)
2) Strijd met een wettelijke plicht
3) Zorgvuldigheidsnorm: ‘strijd met het ongeschreven recht dat in het maatschappelijk verkeer
betaamt’
Rechtvaardigingsgronden (neemt de onrechtmatigheid weg):
o Noodweer / overmacht / noodtoestand
o Bevoegd gegeven ambtelijk bevel à als politieagent aangeeft dat je moet doorrijden, en op het
moment dat je oversteekt rijdt er een auto waar je tegen aanbotst, dan kun je beroep doen op
deze rechtvaardigingsgrond.
2. Toerekening (lid 3)
- Schulduitsluitingsgronden
3. Causaliteit (lid 1: ‘dientengevolge’ à causaal verband tussen schade en gedraging)
4. Relativiteit (art. 6:163 BW) à Alphense schietpartij*
5. Schade




Gemaakt door Myron de Wolff. Niet doorsturen! 1

,Onrechtmatigheid
1) Inbreuk op een recht (art. 6:162 lid 2 BW)
Het moet gaan om een subjectief recht = een recht dat iemand toekomt, teneinde een hoogwaardig belang te
beschermen à Absolute vermogensrechten: eigendomsrecht, auteursrecht, octrooirecht.
- Bv. als er onterecht conservatoir beslag wordt gelegd op een goed, kan er inbreuk zijn op eigendomsrecht.
Of persoonlijkheidsrechten: recht om in vrijheid te leven, lichamelijke integriteit, persoonlijke levenssfeer
- Hoe verhoudt het tot grond- en mensenrechten? En tot relatieve vermogensrechten? à Onderscheid
maken tussen horizontale persoonlijkheidsrechten (burger – burger) en de horizontale verhouding
(overheid – burger, dan komen de grondrechten erbij kijken) à bijv. gijzeling.
* Stel: iemand breekt mijn ruit door er een bal doorheen te trappen. In veel gevallen heb je schade, omdat er iets
kapot is gegaan wat in je eigendom is, of omdat je het zelf hebt ondervonden (strijd met lichamelijke integriteit).
Een inbreuk op een recht is niet zonder meer voldoende om van een OD te spreken. Het is pas onder hele bijzondere
omstandigheden voldoende om inbreuk op een recht aan te nemen (moet sprake zijn van nadere omstandigheden).
** Zwiepende tak = 4 vrienden lopen door het bos. 1 vriend schopt tegen een tak aan en die tak zwiept terug naar
achteren. De jongen die achter loopt krijgt de tak in zijn oog en raakt blind. De HR distantieert zich van het feit
dat iemand waarbij sprake is van ernstig lichamelijk letsel, dat dit op zichzelf een inbreuk op een recht vormt. De
HR geeft aan in dit arrest dat er ook sprake moet zijn van onzorgvuldig handelen en dat was in deze casus niet vast
komen te staan. Hier was sprake van een OSVO.

2) Strijd met een wettelijke plicht (art. 6:162 lid 2 BW)
Wettelijke plicht = een hele ruime benadering, heel veel verplichtingen (zelfs in gedelegeerde wetgeving) kunnen
hiervoor in aanmerking komen. Hier is de afbakening het relativiteitsvereiste (4) (art. 6:163 BW) om te voorkomen
dat iedere ‘strijd met de wet’ ook daadwerkelijk onrechtmatigheid oplevert. Je moet je afvragen of de wet ook de
schade die is veroorzaakt beoogt te voorkomen en ook daartegen beschermd. Daarnaast moet het wel zo zijn dat
de wet van toepassing is op de casus.
- Elke algemeen verbindende regeling uitgaande van een bevoegd gezag
o Bijv. Hinderwetvergunning, Strafrechtelijke bepalingen, WVW 1994.

Onderlinge verhouding 3 categorieën uit art. 6:162 lid 2 BW
Tussen 1) en 3) à de Leer Smits = er bestaat geen zelfstandige categorie inbreuk op een recht. Het is de vraag of
je dan de inbreuk op een recht als categorie ziet, of je het ruim opvat of heel eng opvat. Want als je het heel eng
opvat, dat je de inbreuk als opzet of directe inbreuk ziet, dan kleur je als het ware het criterium van de inbreuk.
- Bijv. iemand pakt een pistool en loopt daarmee een winkelcentrum binnen en verwond iemand met het
pistool, dan kun je wel spreken van een inbreuk op de lichamelijke integriteit van de mensen die daar
aanwezig zijn, omdat het om een direct opzettelijke inbreuk gaat.
- Maar iemand die bij een schietschool aan het oefenen is en een kogel weerkaatst en raakt iemand en
diegene houdt daar letsel aan over, dan heb je het over hetzelfde letsel. Je moet niet naar de schade die is
ontstaan naar het gevolg redeneren, want in dat geval zou er geen sprake zijn van een inbreuk op een
recht (want geen opzet, niet direct).
- In arrest Zwiepende tak is de HR duidelijk terughoudend om het letsel aan het oog op zichzelf als een
inbreuk aan te merken, er is onzorgvuldigheid daarnaast nodig.
- In het Taxus-arrest heb je 2 eigenaren van land die grenzen aan elkaar. 1 iemand heeft een hoopje met
afval naast de omheining. Achter de omheining staan paarden te grazen, iemand legt een taxus struik op
de hoop met afval. De paarden eten van de taxus en overlijden. HR vond dat hier geen sprake was van
aansprakelijkheid, want men wist niet en behoorde ook niet te weten dat de taxus dodelijk is voor paarden.
o Dus weer meer nodig dan alleen inbreuk op het eigendomsrecht (paarden zijn je eigendom).

Tussen 2) en 3) à verkeers- en veiligheidsnormen
Deze 2 gedragingen werken samen als bijv. op grond van de relativiteit wordt gezegd: eigenlijk is strijd met de
wettelijke verplichting op zichzelf niet onrechtmatig, maar in combinatie met wat er verder in de casus is
voorgevallen kan het zeker zo zijn.
- Bijv. de situatie waarin iemand een ander aanspoort om te wet te schenden, of om een wet die nog niet in
werking is getreden tegen te gaan.
- Strafrechtelijke veroordeling, art. 5 WVW
- ‘Samenwerking’ en ‘reflexwerking’ (Artikel Smeehuijzen)

3) Zorgvuldigheidsnorm
Strijd met de maatschappelijke betamelijkheid. Het gaat hier om een ongeschreven norm die niet nader in de wet
is omschreven, dus geeft veel vrijheid aan de rechter om hierover te oordelen (angst voor claimcultuur). Aan de
zorgvuldigheidsnorm is invulling gegeven door de HR in jurisprudentie:



Gemaakt door Myron de Wolff. Niet doorsturen! 2

, - Zuthpense waterleiding (1910) = mevrouw woonde boven opslag en weigerde de kraan dicht te draaien
waardoor er enorme waterschade ontstond door de waterlekkage en dus ook enorme schade aan alles wat
er lag opgeslagen. Volgens HR had mevrouw niet onrechtmatig gehandeld, want ze had niet gehandeld
in strijd met de wettelijke plicht, ze had ook geen directe inbreuk gemaakt op het recht, dus er bleef niks
over om haar aansprakelijk te stellen.
- Lindebaum Cohen (1919) = HR heeft de ommezwaai gemaakt en de zorgvuldigheidsnorm in het leven
geroepen. Ging om een geval van bedrijfsspionage.
- Kelderluik (1965) = deze factoren zijn van belang voor het vaststellen van de vraag of er sprake is van
gevaarzetting. Het is eigenlijk een van de belangrijkste uitingsvormen/deelnormen binnen de strijd met
de zorgvuldigheidsnorm:
1. Hoe waarschijnlijk kan de niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid
(van anderen) worden geacht?
2. Hoe groot is de kans dat door deze niet-inachtneming ongevallen staan?
3. Hoe ernstig kunnen de gevolgen zijn?
4. Hoe bezwaarlijk zijn de te nemen veiligheidsmaatregelen?
De factor 1, 2, 3 bepalen de zwaarte van het risico en dat moet weer worden afgewogen tegen de
bezwaarlijkheid van de voorzorgsmaatregelen (de zwaarte van de te betrachten zorg, factor 4).
o Bijv. als iemand ergens over struikelt, of als er een gat is in een gebouw waar iemand doorheen
valt, dan wordt vaak een beroep gedaan op kwalitatieve aansprakelijkheid voor opstallen (art.
6:174 BW). Dit hangt dus heel nauw samen met de kelderluikfactoren, omdat ook gebouwen
/opstallen voor gevaarzetting kunnen zorgen. Je moet weten dat in feite de vraag of een opstal
gebrekkig is, wordt ingekleurd door de kelderluikfactoren, dus ze spelen ook een rol binnen de
risicoaansprakelijkheid. Dus Kelderluik ook buiten art. 6:162 BW.

Deelnormen
Gevaarzetting (KELDERLUIK-CRITERIA) = het scheppen van een onaanvaardbaar onveilige situatie.
- In professionele sfeer vs. privésfeer, wel of geen overheid
- OSVO: Zwiepende tak (privésfeer), Zeulende zusjes à het idee achter deze categorie is dat men het
rechtsverkeer/ de samenleving niet onnodig ontwricht om een te groot risico op aansprakelijkheid te
creëren om iemand te helpen met verhuizen (dat mensen niet meer durven helpen verhuizen).
- Sport- en spel: Tennisbal à minder snel aansprakelijk als je in een speelse situatie schade veroorzaakt.
- Zuiver nalaten (derde als dader, nr. 23.1)
- Aansprakelijkheid voor gevaarlijke toestand & terreinbeheer (nr. 16 & 23.2 derde als dader (niet zelf
gecreëerd) à Jetblast
Derde als dader = derde veroorzaakt de schade, of de derde handelt onrechtmatig, of de derde valt iets te
verwijten, maar u of een ander persoon kan daarvoor aansprakelijk worden gesteld. Gevaar wat niet zelf is
veroorzaakt, maar waar men bijv. voor had moeten waarschuwen of voorzorgsmaatregelen had moeten nemen.

Buiten gevaarzetting = zorgvuldigheidsnorm is geschonden, maar kelderluik-factoren niet van belang!
- Hinder, profiteren van wanprestatie die door ander is gedaan (nr. 26), derdenwerking contract, niet
nakoming als OD jegens een derde (nr. 27), aansprakelijkheid toezichthouder,
- Aantasting eer/goede naam, oneerlijke concurrentie;
- Beroepsaansprakelijkheid & bestuurdersaansprakelijkheid

Overige bronnen die invulling geven aan zorgvuldigheidsnorm (uit artikel van Smeehuijzen):
- Rol strijd met wettelijke plicht à als op zichzelf de strijd met de wettelijke plicht niet onrechtmatig is,
dan kan dat het wel worden i.c.m. andere omstandigheden (bijv. aansporen om wet te schenden,
samenwerking, reflexwerking).
- Rol van maatschappelijke normen (m.n. bij beroepsaansprakelijkheid) à ‘veldnormen’ (gedragscodes,
protocollen, richtlijnen, medische aansprakelijkheid)
o Soms zijn maatschappelijke normen opgesteld door een kleine groep mensen in beperkte zetting.
Het is de vraag of je dat zo kan transporteren naar een andere casus en of die totstandkoming
van de normen wel democratisch is geweest.
- Rol van tuchtrechtspraak en deskundigen à aansprakelijkheid van notaris, advocaten, etc.
* De omstandigheden van het geval blijven bepalend! Die geven kleur aan de factoren.

Voorbeeld 3) zorgvuldigheidsnorm (ECLI:NL:RBAMS:2019:271)
Moeder bezoekt haar sportende zoon bij Fit For Free. Moeder valt over een verhoging en loopt letsel op. Moeder
doet een beroep op zowel art. 6:162 BW (gevaarzetting) als op de aansprakelijkheid voor gebrekkige opstallen
(art. 6:174 BW). Beide normen worden ingekleurd door kelderluik. Is Fit For Free hiervoor aansprakelijk?



Gemaakt door Myron de Wolff. Niet doorsturen! 3

, - R.O. 4.3 = Bij het antwoord op de vraag of een opstal voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven
omstandigheid mag stellen, en dus niet gebrekkig is, komt het aan op de vraag of deze, gelet op het te
verwachten gebruik of de bestemming daarvan, met het oog op voorkoming van gevaar voor personen en
zaken deugdelijk is. Daarbij zijn ook de kelderluikcriteria’ van belang.
Factor 1 (R.O. 4.5) = In de fitnessruimte bewegen bezoekers veelvuldig heen en weer. De aandacht van
de bezoekers zal met name uitgaan naar het zich verplaatsen naar een volgend fitnessapparaat (bij moeder
ging de aandacht uit naar dat ze haar zoon zocht). De verhogingen in de fitnessruimte moeten daarbij
worden betreden; daarop staat immers de fitnessapparatuur geplaatst. Fit for Free kon er daarbij, als
professionele organisatie, niet zonder meer van uitgaan dat de bezoekers altijd een hoge mate van
oplettendheid betrachten met betrekking tot de aangebrachte verhogingen. Dat brengt met zich dat aan de
verhogingen, en daar waar de verhoging aanvangt, de eis mag worden gesteld dat die voldoende zichtbaar
zijn voor de bezoekers, ongeacht of het frequente bezoekers betreft dan wel gaat om een incidenteel
bezoek (moeder was wss voor het eerst in de sportschool) à Rb vindt dat er wel sprake is van grote
waarschijnlijkheid dat men vereiste oplettendheid niet in acht neemt, aan factor 1 is voldaan!
- Factor 2, 3, 4 (R.O. 4.6) = . Wanneer bezoekers die niet in hoge mate oplettend zijn de verhoging
betreden, bestaat het risico van een val (factor 2), met als gevolg schade. Alhoewel de gevolgen van een
val over een verhoging met een hoogte zoals in dit geval aan de orde niet altijd groot zullen zijn, is de
kans, zeker gezien de aanwezigheid van fitnessapparatuur, op ernstig letsel wel aanwezig (factor 3). Voor
Fit for free moet het verder niet bezwaarlijk zijn geweest om veiligheidsmaatregelen te treffen (factor 4).
De later aangebrachte aluminium strips zouden reeds afdoende zijn geweest. Hierdoor wordt de
verhoging, ook als dat niet de primaire functie was van deze strips, immers gemarkeerd. Verder had Fit
for free op de verhoging een andere kleur vloerbedekking kunnen (laten) aanbrengen.
o Factor 2 = er wordt volstaan met bezoekers die niet in hoge mate oplettend zijn, omdat zij alleen
maar gericht zijn op toestellen en beschikbaarheid, daarbij bestaat het risico van een val.
o Factor 3 = het feit dat er fitnesstoestellen staan, die kunnen voor ernstig letsel zorgen.
o Factor 4 = de Rb acht het niet bezwaarlijk om verder maatregelen te treffen (aluminium strips,
andere vloerbedekking op het gangpad).
Fit For free is aansprakelijk voor de gevolgen van de val!

Der Bildtpollen Aanwas BV – Miedema à In dit arrest wordt aangegeven hoe de HR een nieuwe draai heeft
gegeven aan de kelderluik-criteria, maar wel met dezelfde uitkomst. Taxus, en zwiepende tak komt hier ook in
terug. Bildtpollen is een dijkbeheerder, hij heeft schapen op de dijk. Hij stort rottende uienresten over de dijk, dit
vinden de schapen heerlijk. Aan de dijk grenst het bedrijf van uienteler Miedema. De uien van Miedema gaan
rotten, ze krijgen koprot (schimmelziekte waar de uien aan bezwijken). Er wordt door Miedema enorm veel
bedrijfsschade (zaakschade) geleden. Miedema stelt de dijkbeheerder aansprakelijk o.g.v. gevaarzetting (een
onaanvaardbaar risico op schade is aan mijn uien gecreëerd, omdat u uienrestanten heeft gestrooid op de dijk met
het risico van besmetting van mijn eigen uienteelt). Rb wijst het af, Hof wijst het toe. HR: Hof heeft het fout
gedaan, want alleen maar gekeken naar de kans op schade (en die is er natuurlijk). Volgens de HR moet niet alleen
worden gekeken naar de kans op schade (factor 1 en 2 van Kelderluik), maar ook naar de aard van de gedraging
(nieuw, factor 5!!!), de aard (nieuw, aanvulling op factor 3), en ernst van de eventuele schade (verschil tussen
zaakschade en letselschade benoemen, in dit geval was er ‘slechts’ sprake van zaakschade) en de bezwaarlijkheid
en gebruikelijkheid (nieuw, aanvulling op factor 4), van het nemen van voorzorgsmaatregelen (stel dat de
gebruiken slecht zijn, moeten die dan de norm blijven kleuren?).
- Op tentamen: in acht nemen dat wat er in kelderluik is opgenomen, er aanvullingen op zijn zoals
hierboven genoemd. Dus die aanvulling aangeven bij toetsing!

Jetblast à Dit arrest is weer een verdere bewerking van Kelderluik. Je ziet Mevrouw werd gekatapulteerd tegen
een blok beton en raakt ernstig gewond. Ze stond achter een vliegtuig te wachten tot hij vertrekt en dan word je
gelanceerd in zee of op het strand. In dit arrest zie je dat er sprake is van een grote waarschijnlijkheid dat de
vereiste oplettendheid niet in acht is genomen, maar die worden ook weer gekleurd door de al bestaande voorzorgs-
maatregelen. Op zichzelf wordt het gevaar dat hier gecreëerd wordt, aanvaard. De vliegtuigen mogen daar landen.
Maar het is zaak van de eigenaar van vliegveld om ervoor te zorgen dat mensen worden gewaarschuwd voor het
gevaar. In dit arrest wordt de nadruk gelegd op de 4e factor (veiligheidsmaatregel/waarschuwing). Hier is bepalend
of de huidige waarschuwing/voorzorgsmaatregel ook daadwerkelijk effect heeft. HR: voor de vraag of iets een
afdoende maatregel is, is doorslaggevend of te verwachten valt dat deze waarschuwing zal leiden tot een handelen
of nalaten waardoor dit gevaar wordt vermeden (wordt voorkomen dat de niet-oplettendheid, die zeer wss is,
plaatsvindt?). HR kijkt naar wat je kan zeggen over het effect van de waarschuwing: zal het ertoe leiden dat mensen
hun gedrag gaan aanpassen, gaan ze het gedrag vermijden. Aan het hek hing een waarschuwingsbord met:
WARNING en daaronder ‘Low flying and departing air craft blast can cause physical injury’.




Gemaakt door Myron de Wolff. Niet doorsturen! 4

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper myrondewolff. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 68175 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,99  22x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd