Wetboek: PB = pagina 23 & Vennootschapsbelasting = pagina 212 & BTW = pagina 1087
INLEIDING TOT FISCALITEIT
= manier waarop de overheid geld krijgt
1 DEEL 1: BASISPRINCIPES VAN HET BELGISCH FISCAAL RECHT
1.1 HET BEGRIP ‘BELASTING’
5 bestanddelen:
1. Een door de overheid
2. eenzijdig opgelegde en verplichte bijdrage die
3. volgens regels van recht
4. opgelegd wordt aan personen/feiten die een band hebben met het territorium/grondgebied
5. en bestemd is om diensten van algemeen nut te financieren
- Belasting = bijdrage, heffing of een recht
ONTLEDING BEGRIP:
1. Een bijdrage opgelegd door en betaald aan de overheid
➢ Grondwet en bijzondere Fin Wetten en Gem en Prov-wetten bepalen welke overheid
kan heffen
➢ Federale staat, gewest, gemeenschap, provincies, gemeenten
➢ FOD (Federale overheidsdienst) Financiën (inkomstenbelasting) – werking via
aanslagbiljet
➢ Niet door/aan particulieren
Meestal federale overheid die de belasting heft + overheid bepaalt hoeveel belastingen ze
heffen door middel van wetten
o Parlement: maakt wetten (wetgevende macht)
o Regering: voert wetten uit (uitvoerende macht)
o Rechtbank: controleert de wetten (controlerende macht)
FOD Financiën: heffen de belastingen
2. Verplichte bijdrage
➢ Geen keuzemogelijkheid indien men zich in geviseerde situatie bevindt
➢ Sancties en dwangmaatregelen mogelijk
• Betaalt u niet? Een aantal herinneringen en daarna worden er boetes en interesten
opgelegd en kan er daarna ook overgeschakeld worden op beslag op elementen in
het huis.
3. Geheven volgens wettelijke bepalingen goedgekeurd door bevoegde “Parlement”
➢ Democratische controle (legaliteitsbeginsel) (art. 170 GW)
➢ Jaarlijkse toestemming tot heffen van belastingen (Financiewet) en doen van uitgaven
(Rijksmiddelenbegroting) (art. 171 GW)
➢ Fiscale “wetgeving”
• Diverse nationale rechtsbronnen: wet, uitvoeringsbesluiten, administratieve
rondzendbrieven
• Meer en meer impact internationale en supranationale normen:
dubbelbelastingverdragen, EU- Verdragen, Europese Richtlijnen (vooral in btw
maar ook steeds meer in directe belastingen)
1
, Wetboek: PB = pagina 23 & Vennootschapsbelasting = pagina 212 & BTW = pagina 1087
Parlement stemt over de belastingen (parlementaire controle: want het heeft invloed op de
persoonlijke situatie van individuen)
Jaarlijkse controle over belastingen = begroting: we gaan kijken of de overheid niet te weinig
of te veel belastingen heft dan nodig/mag. (bijvoorbeeld begrotingstekort)
De koning is bevoegd om de verdere modaliteiten van een belasting te bepalen: bijvoorbeeld
de vorm van een aanslagbiljet…. Koning neemt dan besluiten = Koningsbesluiten of KB’s →
Koning = minister van financiën
Rondzendbrieven: hierin vindt u hoe u de wet precies moet toepassen → vaak jaren geleden
aangenomen
Fiscale normen worden beïnvloed door internationale en nationale normen: bijvoorbeeld de
BTW is er gekomen op aanvraag van Europa
4. Opgelegd op grond van band met grondgebied: territorialiteit
➢ Voorbeelden: inwonerschap (inkomstenbelasting), inkomsten met Belgische bron
(belasting niet-inwoners), plaats belastbare handelingen in België (btw), enz.
Soevereiniteit: elke staat kan bepaalde regels maken en opleggen maar deze is beperkt tot
personen of acties die een link hebben met het grondgebied
o Bijvoorbeeld: wanneer je rijksinwoner bent in België mag België inkomstenbelastingen
heffen uit de inkomsten uit België maar ook uit wereldwijde inkomsten
Bijvoorbeeld: een fransman heeft een appartement in België en verhuurt deze in de zomer →
België belast de inkomsten van de huur aangezien het pand in België is. België belast de
huurinkomsten en Frankrijk gaat ook de huurinkomsten belasten aangezien deze persoon
rijksinwoner is van Frankrijk = 2 keer belastingen betalen
5. Niet specifiek bestemd voor bepaalde uitgave: politiek discretionair
➢ Gebruik voor algemeen nut è verplichting om belasting te betalen ongeacht gebruik
openbare goederen/diensten, dus afwezigheid aanwijsbare of individuele
tegenprestatie
➢ Zie verder: functies van belastingen
Niet bestemd voor bepaalde uitgave: al het belastinggeld komt terecht in 1 grote pot
Op basis van het 5de punt kunnen we belastingen afzonderen van andere verplichte bijdragen
en heffingen die geen belastingen zijn
1.1.1 ANDERE VERPLICHTE BIJDRAGEN EN HEFFINGEN (DIE GEEN BELASTING ZIJN)
- Sociale zekerheidsbijdragen
▪ Verplicht maar specifiek:
❖ Gesteund op het verzekeringsbeginsel (bijdrageplicht schept recht op
ontvangst voordelen) è viseren specifieke aanwending (bepaalde uitgaven)
▪ Sociale zekerheidsbijdrage is dus geen belasting
❖ Algemene beginselen van belastingrecht zijn niet van toepassing
❖ Geen jaarlijkse wettelijke controle
Sociale zekerheidsbijdrage: je betaalt vooraf voor als je bijvoorbeeld zonder werk valt of ziek
gaat worden --> om sociale risico’s te dekken. Het is geen belasting juridisch gezien omdat je
vooraf weet wat er met uw geld gaat gebeuren.
2
, Wetboek: PB = pagina 23 & Vennootschapsbelasting = pagina 212 & BTW = pagina 1087
- Retributies
▪ Vergoeding voor tegenprestatie door overheid in rechtstreeks en onmiddellijk belang
begunstigde (geïndividualiseerde dienst)
▪ Beroep op dienst uit eigen belang (bijv. haven- en kaaigelden)
▪ Gevolg: specifiek en niet verplicht
▪ Bijkomend probleem: er moet redelijke verhouding zijn tussen kost en de prijs die
wordt aangerekend
Retributies: bepaalde betalingen die je doet aan de overheid: betaling voor een specifieke
dienst: tolgeld, haven- en kaaigeld (geld betalen aan de haven om te mogen aanmeren)..
Geen belasting? Je weet waarom je het betaald en het is niet verplicht. Bijvoorbeeld tol: je
weet waarom je het betaald, namelijk om erdoor te rijden en je bent niet verplicht want er zijn
nog andere wegen die je kan nemen
Er moet altijd een redelijke verhouding zijn bij een retributie: tussen de prijs wat wij betalen
aan de overheid en de kost van de overheid.
Dat kan tot problemen lijden wanneer u meer betaald dan effectief de kosten zijn, bijvoorbeeld
rolrechten: wat u moet betalen aan de rechtbank om uw proces te kunnen starten --> de
vergoeding is zeer laag bijvoorbeeld €50, dat is eigenlijk veel te laag voor wat je in de plaats
krijgt (rechter, vonnis, griffier, beschikking rechtbank…) maar het is een specifieke dienst die u
krijgt bij de betaling aan de overheid & aangezien er geen verband is tussen wat u betaald en
wat u krijgt ziet men dit als een belasting en niet als een retributie
Kilometerheffing: bijdrage die u betaalt aan de overheid als chauffeur van vrachtwagens
omdat zij over bepaalde wegen mogen rijden. = belasting in België. Maar in Wallonië vindt dit
een retributie.
- Verhaalbelasting
▪ Verplichte heffing door overheid n.a.v. specifieke prestatie, ook wanneer
belastingplichtige er geen specifiek voordeel uit haalt
▪ Maar geen individueel beslissingsmoment voor de betaler (ó retributie)
▪ Bijvoorbeeld aanleg riolering: wanneer in uw buurt geen weg is of hele slechte wegen
en de overheid gaat daar een straat leggen dan moet u daarvoor betalen maar enkel
u en degene in uw straat aangezien u bijvoorbeeld afgelegen woont en het niet eerlijk
zou zijn mocht dit worden verdeeld over de rest van de gemeenste
Juridisch gezien: geen belasting
Gebeurd voornamelijk op gemeentelijk niveau: bij de aanleg van infrastructuur.
U moet deze belasting betalen, je hebt geen keuze!
1.1.2 ANDERE BELANGRIJKE BEGRIPPEN
- Directe belasting: raakt een voortdurende toestand en wordt periodiek geïnd via aanslag
lastens diegene die zich in belastbare toestand bevindt
▪ Bijv. personenbelasting, vennootschapsbelasting (en alle andere
inkomstenbelastingen)
Directe belasting: belastingen die meestal over een bepaalde periode worden geheven,
bijvoorbeeld personenbelasting: deze viseert een bepaalde periode (inkomsten van een
bepaald jaar) en deze wordt geïnd via een aanslagbiljet en achteraf krijg je een uitnodiging
van de fiscus om te betalen
3
, Wetboek: PB = pagina 23 & Vennootschapsbelasting = pagina 212 & BTW = pagina 1087
- Indirecte belasting: treft een voorbijgaand feit of rechtshandeling en wordt afzonderlijk per
transactie geïnd
▪ Bijv. erfbelasting, btw, BIV
Indirecte belasting: belasting die u moet betalen op wat u doet/een actie, bijvoorbeeld
btw, bij de aankoop van producten in de supermarkt of bij de kapper…
- Afwentelbare belasting: belasting waarvan u de kost bij iemand anders kan leggen
▪ Voorbeelden niet-afwentelbare belasting:
❖ Erfbelasting: wanneer iemand sterft en deze laat u geld na dan moet u daarop
belasting betalen als erfgename. U als erfgename moet deze betalen en u kan
deze niet doorschuiven.
❖ Ook de belasting op uw loon moet u zelf betalen aangezien u de afnemer bent.
▪ Voorbeelden afwentelbare belasting:
❖ Accijnzen op tabak, alcohol en benzine, deze belasting wordt opgelegd aan de
producenten van deze producten. De producenten moeten deze betalen als
ze deze producten willen verkopen. Deze kost/accijnzen gaan zij doorrekenen
in de prijs dus eigenlijk betalen wij deze belasting, de producenten wentelen
deze belasting af.
❖ Onroerende voorheffing (OV) = belasting op het bezit van vastgoed. Wanneer
u een woning huurt moet de eigenaar de OV betalen maar deze persoon zal in
de prijszetting voldoende marge voorzien zodat u eigenlijk de OV betaald. Op
deze manier rekent de eigenaar de belasting door aan de huurder
- Juridische dubbele belasting: dezelfde belastbare basis (bijv. inkomen, vermogen) wordt in
hoofde van dezelfde persoon tweemaal aan dezelfde belasting onderworpen
▪ Doet zich vooral voor bij grensoverschrijdende investeringen/activiteiten
Juridische dubbele belasting= u als belastingplichtige moet op hetzelfde inkomen 2x
belastingen betalen. (gebeurd in Belgische context niet vaak) Het gebeurt wel vaak in
internationale context, als je over grenzen gaat.
Bijvoorbeeld: als jij als Belg een appartement in Frankrijk gaat verhuren moet je op het
huurgeld 2x belastingen betalen. Zowel in Frankrijk aangezien je appartement daar is
maar ook in België aangezien je hier rijksinwoner bent.
- Economische dubbele belasting: dezelfde belastbare basis (bijv. inkomen, vermogen) wordt
in hoofde van twee verschillende personen tweemaal aan belasting onderworpen
▪ Bijv. dividenduitkering, betaling van een vergoeding voor diensten die niet-aftrekbaar
is bij de betaler maar toch belastbaar is bij de genieter
Economische dubbele belasting = 2x belasting betalen maar deze wordt betaald door 2
verschillende personen
Bijvoorbeeld: stel je bent een onderneming (BV) en op een moment gaat u een
dochtervennootschap oprichten omdat je een andere activiteit wil uitvoeren, dus je BV
gaat een andere BV oprichten. Deze BV maakt veel winst, 2 opties: dividend uitkeren of
in de onderneming houden. Dividend uitkeren aan de moedervennootschap? De BV
(dochter) gaat 25% belasting (vennootschapsbelasting) betalen op de winst die zij maken
EN als zij dat gaat uitkeren, gaat de BV een deeltje belasting (RV: roerende voorheffing:
30%) moeten inhouden. Dus als de dochtervennootschap €100 winst heeft na belasting
dan krijgt de moedervennootschap maar €70 binnen aangezien er 30% af moet. Maar
deze €70 moet ook nog eens belast worden aan 25%.
4