100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
volledige samenvatting van de lessen ecologie €8,99
In winkelwagen

Samenvatting

volledige samenvatting van de lessen ecologie

 26 keer bekeken  2 keer verkocht

samenvatting opgebouwd aan de hand van de ppt's. Handig voor tijdens het examen. Enkel bij H7 is de layout niet zo mooi. Maar is het inhoudelijk wel in orde

Voorbeeld 4 van de 81  pagina's

  • 1 maart 2023
  • 81
  • 2022/2023
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (11)
avatar-seller
ManonStroobant
H1: INLEIDING
SITUERING

DEFINITIE ECOLOGIE
Oikos (= “huis”) + Logos (= “kennis”) → m.a.w. de studie vh huis
 Ecosysteem = ons huis, onze ecosfeer
 Wij bestuderen alle relaties, verbanden & interacties tussen alle bewoners vh. huis (Haeckel, 1866)

Ecologie = wet. studie v/d interacties tussen organismen met hun biotische (= levend) & abiotische (= niet levend)
omgeving, die de distributie (verspreiding) & abundantie (aantallen) van organismen bepalen (Krebs, 1972).
→ De ecologie bestudeerd de factoren die bep. waar organismen voorkomen & in welke #/ densiteit op basis
vd relaties & interacties met die omgeving.
→ Distributie = waar komt het org. voor?
→ Abundantie = hoe talrijk komt dit org. (daar) voor?


Ecologie  bio, duurzaam, milieuvriendelijker
Ecologie = wet. die gebruikt w. om aan te tonen wrm bep. leefgewoonten (eten, mobiliteit, landgebruik) een neg.
effect hebben op het ecosys. (bv. de opwarming van de aarde).
Voorbeeld;
 niet “seizoensgroenten eten is ecologisch”
 wel “seizoensgroenten eten is in ecologisch aspect duurzamer (dan bijvoorbeeld ingevoerde groenten)”

Het ecologisch principe waarbij “alles vasthangt aan alles”, noemt men “synecologie”.

BELANGRIJKE ‘MIJLPALEN’
1831: Charles Darwin → evolutietheorie geschreven waarmee het ecologisch verhaal is begonnen
Darwin heeft voor het eerst aangetoond dat een soort ergens voortkomt met een reden & dat een soort zodanig
aangepast is (er op een bep. manier uitziet) aan zijn omgeving met een reden, er zit een sys. achter → het
systeemdenken
1912: een # geografen, waaronder Wegener (Duits geograaf), hebben voor het eerst de ‘platentektoniek’ /
‘continentendrift’ beschreven → Continenten hingen aan elkaar vast & op een bep. moment zijn deze uit elkaar
beginnen drijven → komen soorten op bep. plekken voor & op andere plekken niet. Dit was een belangrijke
doorbraak in de ecologie.
EINDE VAN DE 20STE EEUW: doorbraak v/d genetica plaats waarbij de mens is beginnen kijken hoe ons DNA
(drager van erfelijk materiaal & dus genetische informatie) eruitziet & in hoeverre dit overeenstemt met bv. de
chimpansee. Hierdoor kan men bepaalde soorten terugbrengen tot een gemeenschappelijke voorouder. (Crick &
Watson, 1953)

TOEGPASTE ECOLOGIE
Belangrijke wetenschap voor duurzame ontwikkeling;
 Milieu-impacten (van menselijk ingrijpen): beschrijven, modelleren, voorspellen.
 Economische dimensie koppelen (draagvlak versterken)
 Ecosysteemdiensten-benadering




1

,ECOSYSTEEMDIENSTEN-BENADERING

Ecologie wordt gebruikt als de basis om het concept ecosysteemdiensten uit te leggen
 Een ecosysteemdienst = het concept waarbij men een waarde geeft aan een eig./dienst die ons ecosysteem aan
ons levert = diensten dat het eco.sys. levert
 Een dienst = een economisch goed, dit wil zeggen dat er een bep. schaarste aan vasthangt, dat er een bep. prijs
aan kan gekoppeld worden & er dus ook een waarde aan kan gegeven worden.

Enkele voorbeelden van ecosysteemdiensten; CO2 opslag, luchtfilters, natuur, bodemvruchtbaarheid, wateropslag,
zonlicht, biomassa, rust, biodiversiteit, voedsel, energiebronnen, ruimte, bescherming enz.
 Kortom alles wat de natuur & de aarde ons geven, kan men beschreven als een ecosysteem.
 Men kan al aan die zaken een waarde geven, al dan niet in euro’s.

VOORBEELDEN: bomen in stedelijke omgeving filteren fijn stof (uitlaatgassen enz.) uit onze lucht.
 Vuile lucht → voor longaandoeningen bij omwonenden
 Omdat bomen zorgen voor een propere lucht zullen er minder mensen ziek worden & zijn er minder kosten
aan gezondheidszorg (en dus de maatschappij) → Die “mindere kost” is een vb. v/e geldelijke waarde van
die ecosysteemdienst.
Yellow Stone National Parc in noorden van VS
 Grazen enorm veel rendieren → Eten graag Waroebomen = Cottonwood
 Waren ook veel wolven → door jacht op wolven → kon populatie rendieren groeien → populatie Waroebomen
konden niet volgen
 In 1994 w. er weer wolven geplaatst in het park → Rendierpopulatie kon ‘onder controle worden gehouden’
→ Waroebomen zijn weer beginnen groeien tot grote bomen → staan vaak aan de oevers om deze te
verstevigen → Beken begonnen meer bochten te maken → ideaal voor bevers → stijging populatie
→ Nog meer variatie in rivieren → ideale habitat voor heel veel vissen → begon weer te stijgen & herstellen
→ Bruine beer populatie begon ook weer te groeien
→ Hersteld dynamisch ecosysteem




2

,H2: EVOLUTIE, GLOBALE PROCESSEN & BIODIV.
 Noordelijke witte neushoorn → bestaan er nog 2 vrouwtjes → Wetenschap creëert embryo’s tegen uitsterven
 Witte neushoorn eet gras, zwarte neushoorn eet takjes
 Parallelle evolutie noordelijke & zuidelijke witte neushoorn


BEP. SOORTEN (KUNNEN) OP BEP. PLAATSEN VOORKOMEN → 2 PRINCIPES
1. EVOLUTIE → organismen zijn “aangepast” aan hun omgeving (adaptatie)
2. SOORTENVORMING & DISTRIBUTIE (BIODIVERSITEIT) via evolutionaire “succes” v/e soort (= fitness) + 2 globale
processen voor verspreiding van soorten over de wereld
 Platentektoniek
 Globale klimaatsverandering(en)

*EVOLUTIE + DISTRIBUTIE = BIODIVERSITEIT

EVOLUTIE

ADAPTATIE
= De aanpassing v/e soort aan zijn omgeving/omstandigheden

 Zorgt ervoor dat soorten zijn zoals ze nu zijn = Soortvorming + Habitatspecialisatie
vb. zwarte - VS witte neushoorn; ander Ecologische niche → kunnen in zelfde gebied voorkomen, MAAR andere
voedselpreferenties → Zwarte neushoorn: veel dikkere bovenlip om takjes & blaadjes te kunnen eten

 Sommige dieren, planten/organismen zijn zeer gespecialiseerd & komen enkel voor op één bep. plek
vb. parasieten die enkel voorkomen op één soort

 Perfecte soort = soort die volledig aangepast aan een bep. omgeving → bestaat niet!
Elk org. dat aangepast is aan omgeving vertoond mankementen → Omgeving/ milieu verandert constant →
Daarom zoveel soorten

 De ecologie bewijst dat biologische evolutie nooit stopt → te snel veranderende omgevingsfactoren = probleem
→ evolutie kan niet meer volgen

DARWIN’S THEORIE
= Evolutie door natuurlijke selectie = ecologische theorie



5 PRINCIPES EVOLUTIE
→ VARIATIE:
 Individuen v/e zelfde soort (vormen populatie) zijn niet genetisch identiek
vers. in grootte, ontwikkelingssnelheid, de respons op bepaalde omgevingsveranderingen enz.

 WEL genetisch indentiek = klonen → komt niet voor in de natuur → ALTIJD kleine vers.
 Zonder variatie = geen biologische evolutie

→ OVERERFBAARHEID:
 Een deel v/d variatie is overerfbaar (genetisch bep.) dus wordt doorgegeven van ouder op nakomeling.
 Er zijn eigg. die niet overerfbaar zijn, telt dit niet mee als biologische evolutie.




3

, → DEMOGRAFISCH OVERSCHOT:
 Populatie heeft de mogelijkheid om (in ideale omstandigheden) groter te zijn dan het in realiteit is`

→ Potentiële omvang wordt echter niet gerealiseerd → een groot deel v/h reproductiepotentieel w. niet
gerealiseerd + een groot deel v/d nakomelingen sterven vroegtijdig.

→ Maar een populatie kan dus, theoretisch, groeien en krimpen en zorgt dus voor een dynamica

 Een soort moet erop vooruit kunnen gaan, een populatie moet kunnen groeien.
vb. In aula: ontw. eigenschap om met 2 op 1 stoel te kunnen zitten, Maar alle stoelen zijn op → Zijn niets
met die eigenschap want populatie kan niet verder groeien

→ SELECTIE:
 Vers. voorouders → vers. in reproductiesucces

→ Erfelijke eig. binnen een populatie w. zelden in dezelfde intensiteit (= aantal dragers van deze
eigenschap) doorgegeven.

→ Bep. eig. kunnen bv. binnen een populatie plots heel sterk aanwezig zijn (veel nakomelingen met die
eigenschap), maar veel generaties later evengoed veel minder (minder nakomelingen met die
eigenschap) ...
vb. Giraf met korte & lange nek → Lange nek giraffen gaan overleven → Meer nakomelingen kunnen pro.
 Effect “toeval” in de evolutie

→ RESPONS OP SELECTIE:

 Het succes waarmee een eig. zal doorgegeven w. & zal “overleven”
(waardoor hele soort adaptatie ondergaat)
→ Hangt af van interactie tussen de eig. individu & zijn omgeving
(positief: zoals kruisingen, hybridisatie... maar ook negatief zoals concurrentie).

SUCCES V/H GENOTYPE

 De samenstelling v/d genotypes in de populatie verandert geleidelijk aan, in het voordeel v/h (op dat moment)
voordelige genotype
 Genotypes = de eig die w. bep. door uw genetische code, het DNA
 fenotypes = morfologische, al dan niet omgeving gestuurde, variatie

 Wisselwerking tussen genotypes & fenotypes → bep. lange bloodstellingen aan bep. fenotypische eig →
variatie genotype

VOORBEELD VAN EEN SUCCESVOL GENOTYPE:
Bruine kevers in populatie bruin-groene kevers;
Wnr bruine kevers “effectiever” interageren met omgeving (w. niet door vogels gegeten omwille van kleur)
→ meer overleving, meer reproductie, meer bruin genotype in populatie = meer “succes”





*Natuurlijke selectie is als het ware ecologie in actie (Krebs, 1994)
*De definitie van fitness
= De capaciteit van een soort om: te kunnen (over)leven , te groeien in populatie, voort te planten
= De fitness v/e genotype is de relatieve contributie van dit genotype tot de volgende generatie. (‘survival of
the fittest’)
→ relatief = in verhouding tot hvl individuen er in tot. zijn (%)
→ In een generatie met een hoge fitness zal veel van dat genotype in een volgende generatie voorkomen.


4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ManonStroobant. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52928 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,99  2x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd