Paragraaf 1
25.000 jaar geleden, toen Noord-Amerika nog verbonden was aan Azië door ijs, trokken mensen
vanuit Azië Amerika binnen. Zij, de Indianen, worden de inheemse volken genoemd. Er waren
verschillende Indiaanse volken. Ieder volk ging zijn eigen weg, zo kwamen ze in verschillende
natuurlijke omstandigheden terecht:
- In Noord Amerika zijn de volken die van jacht leven het meest bekend geworden. Zij woonden in
wigwams of tipi’s en hadden geen vaste verblijfplaatsen.
- Volken die van landbouw leefden en een vaste verblijfplaats hadden.
Er ontstonden verschillende Indiaanse culturen, door deze verschillen in levenswijze en weinig
contact tussen volkeren. De manieren waarop een volk werd bestuurd:
- Door een raad van de oudere en dapperste mannen.
- Een enkele leider.
- Democratisch.
Er waren ook overeenkomsten tussen de volken:
- De Indianen geloofden dat alles in de natuur door goden en geesten werd geregeld. Ze
geloofden dat dieren een grote macht bezaten.
- De Indianen kenden geen particulier bezit van het land. Ze zagen de aarde als een goddelijke
moeder die voor planten en vruchten als voedsel zorgde.
- Alle volken wisten goed gebruik te maken van de natuur.
Rond 1000 na Chr. probeerden de Noormannen zich weer in Amerika te vestigen. De indianen
wisten het te verdrijven. Na de komst van Columbus (1492) waren de Indianen niet meer
opgewassen tegen de Europeanen:
- De Indianen hadden geen paarden, honden en metalen wapens zoals zwaarden, de
Europeanen wel.
- De Europeanen maakten gebruik van de verdeeldheid onder de Indianen.
In Noord-Amerika vestigden zich vooral Spanjaarden, Engelsen en Fransen.
- Fransen: huidige Canada en uitgebreid naar het zuiden tot Mississippi.
- Engelsen: vanaf de 18e eeuw Canada. Vanaf de 16e eeuw dertien koloniën aan de oostkust.
- Spanjaarden: tijdelijk Louisiana (verloren ze weer aan de Fransen).
Toen de eerste Afrikanen in Virginia landen (1619), leek het erop dat zij na een bepaalde periode (net
als blanke contractarbeiders) vrijheid en een stuk land kregen. Maar al snel veranderden de regels
voor de zwarte contractarbeiders. Dat werd slavernij.
Eind 18e eeuw probeerden Washington en Jefferson de slavernij af te schaffen, maar door de cotton-
gin (een machine waarmee men de katoenolie machinaal kon ontzaden) maakte het voorstel geen
kans. De vraag naar katoen groeide snel om de 19 e eeuw, er kwam meer vraag naar slaven. Ron 1860
waren er vier miljoen slaven. Jefferson schafde de slavenhandel in 1808 af, maar daardoor ontstond
een illegale slavenhandel naar het Caraïbische gebied. Een aantal mensen leefden vrij in Amerika:
- Afstammelingen van Afrikanen die als contractarbeiders hadden gewerkt.
- Een slaaf werd soms vrijgelaten door de meester voor trouwe dienst of om te voorkomen
later voor de oude slaaf te moeten zorgen.
- De slaven kochten zich vrij met geld.
- Kinderen van een blanke moeder en een zwarte vader waren vrije mensen.
Paragraaf 2
Van 1756-1763 was er een oorlog in Amerika tussen Frankrijk en Engeland. Het Engelse leger en de
Engelse kolonisten vochten tegen de Fransen en Indiaanse volken. De Fransen dreven Indianen
zelden van hun land, de Engelsen deden dit wel. De Indianen wilden wraak nemen op de Engelsen
door de Fransen te helpen. De Engelsen en hun koloniën wonnen. Bij de vrede kreeg Engeland:
- Het grondgebied van het huidige Canada.
- Het Franse grondgebied ten oosten van Mississippi.
- Florida.
De overheid in Engeland liet de koloniën meebetalen aan de oorlogsschuld, ze stelden nieuwe
belastingen op. De koloniën waren woedend, ze kwamen samen om tegen de Engelse maatregelen
, te protesteren. Ze wilden vertegenwoordigers in het parlement kunnen kiezen. Sommige kolonisten
gingen over op geweld. Toen de Engelsen in 1773 besloten dat alleen de Engelse Oost-Indische
compagnie thee mocht verkopen in de koloniën, volgde de Boston Tea-party (kolonisten lieten de
thee niet ontschepen, ze maakten gebruik van geweld) en daarna een aaneenschakeling van
gebeurtenissen die in 1775 leidde tot de onafhankelijkheidsoorlog. Kort na het begin stelden zij de
onafhankelijkheidsverklaring op. De kolonisten wonnen uiteindelijk in 1783.
In augustus 1776 maakte een groep van vijf man de onafhankelijkheidsverklaring. Die bestond uit
drie onderdelen. In het eerste deel stond dat alle mensen gelijk zijn en onvervreemdbare rechten
bezitten. Ieder volk had het rechten in opstand te komen. In 1778 kwam een grondwet tot stand. Er
kwamen drie machten: een uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht. Deze drie controleerden
elkaar en moesten ervoor zorgen dat één persoon niet te veel macht kreeg. De grondwet mocht niet
worden veranderd, maar wel aangevuld. Deze aanvulling moeten goedgekeurd worden door het
Congres. De bekendste aanvullingen zijn:
- Afschaffing slavernij (1865).
- Kiesrecht voor mannen (1870).
- Kiesrecht voor vrouwen (1920)
- De president mag eenmaal worden herkozen (1951).
De uitvoerende macht: De president wordt met de vice-president gekozen voor vier jaar. Hij is de
leider van het kabinet en opperbevelhebber van het leger en de vloot. De president benoemt de
belangrijkste ambtenaren en een staf van adviseurs. Hij heeft het recht om wetten voor te stellen en
wetten, door het Congres aangenomen, te verbieden (vetorecht). Dit kan ongedaan worden door een
tweederde van het Congres.
De wetgevende macht: Het Congres bestaat uit:
- De senaat (twee afgevaardigden van elke staat). Elke twee jaar verkiezingen voor een derde
van de zetels (senator voor 6 jaar).
- Het huis van afgevaardigden (iedere staat vertegenwoordigt naar aantal inwoners). Elke twee
jaar verkiezingen.
Het Congres keurt de wetten goed of af, kan de president afzetten, heeft het recht om oorlog te
verklaren en moet toestemming geven geld aan militaire zaken te besteden.
De rechtsprekende macht: Het Hooggerechtshof bestaat uit negen rechters. Als zij vinden dat een
wet in strijd is met de grondwet, kunnen zij de wet verbieden.
Paragraaf 3
Toen de VS onafhankelijk was, trokken Amerikanen naar het westen, daar werden de Indianen hun
tegenstanders. Het gebied ten westen werd verdeeld in gebieden. Als zij meer dan 60.000 inwoners
hadden, mochten zij een grondwet opstellen. Het gebied werd een staat als deze grondwet
goedgekeurd werd door het congres. Mensen die naar het westen trokken heten pioniers, waar zij
naartoe trokken was het Frontier.
In het noordwesten van de VS brak van 1789-1794 een oorlog uit tussen de Indianen en Amerikanen,
de Amerikanen wonnen. Indianen werden van hun grond gedreven. Indiaanse volken werden
bedreigd uit te sterven, door de Amerikanen die steeds verder west trokken en steden oprichtten. Na
een nieuwe poging op oorlog van de Indianen (die ze verloren), werden ze in reservaten geplaatst.
Dit waren vaak slechte stukken grond, als de Amerikanen deze grond wilden hebben, werden de
Indianen verdreven. Het merendeel van de Indianen in de VS, 750.000, kwamen om het leven door
de Amerikanen.
Paragraaf 4
Tegenstellingen tussen noord en zuid:
- Industrie tegenover landbouw. In het noorden nam de industrie snel toe, in het zuiden was
vooral landbouw. Zuidelijke Staten hadden geen belang om invoerrechten te heffen op
Engelse producten, omdat zij leefden van landbouw en zij leverden het meeste katoen in de
wereld. Het Noorden, daarentegen, had wel belang bij invoerrechten om de industrie te
beschermen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper vrrv004. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,65. Je zit daarna nergens aan vast.