MODULE NEUROLOGIE II
MODULE NEUROLOGIE II
1 MARE
[Bedrijfsadres]
,1
,1A: FRAMEWORK NEUROREVALIDATIE
è Handboek physical management for neurological conditions, H1, p3 (Scheila Lennon, Clare Bassile).
DEFINITIE NEUROREVALIDATIE
Neurorevalidatie (WHO)
= “Proces dat personen met een beperking helpt bij het bereiken en behouden van een optimale functie en
gezondheid in interactie met hun omgeving.”
9 Het vereist een actief partnerschap tussen de patiënt, zijn familie en een hele reeks gezondheids- en sociale
zorgverleners.
WHY IS A CONCEPTUAL FRAMEWORK IMPORTANT?
• Late jaren ‘80 : grote toename in kennis betreffende de revalidatie van P met neurologische aandoeningen.
o Goede basis voor neurorevalidatie interventies.
o Desondanks toch een grote uitdaging om deze evidentie in de praktijk te gaan toepassen.
• Evidentie concepten?
o Historisch heel aantal behandelconcepten ontstaan.
o Deze concepten worden nog veel gebruikt in de praktijk.
o Echter, geen bewijs dat deze manier van werken effectiever is dan andere manieren.
• Overzichtsartikels en richtlijnen voor specifieke aandoeningen
o Recente cochraine review van Pollock et al.
§ Conclusie: Revalidatie mag niet gelimiteerd blijven tot deze benaderingen, revalidatie
moet bestaan uit evidence-based technieken, los van historische en filosofische
oorsprongen.
o Laatste jaren: enorme toename in de evidentie à uitdaging voor T in de praktijk.
o Stand van zaken:
§ Overzichtsartikels, Vb. cochraine reviews.
§ Specifieke richtlijnen voor stroke, parkinson, multiple sclerose, …
Waarom is een conceptueel framework zo belangrijk?
“Components selected within therapy sessions should be evidence based rather than based on therapist
preference for a specific treatment approach. However, it is also important to realise that there are still many key
areas of clinical practice with no evidence or conflicting evidence; therefore therapists will always need to rely on
their clinical reasoning skills to select treatment techniques appropirate to the needs, wishes and goals of patients
and their carers. This meets the requirements of EBP, which is defined as the integration of best evidence with
clinical expertise and patient values (Sackett et al. 1996)”
9 In de literatuur wordt gezegd dat evidence based werken zoveel als mogelijk gebruikt moet worden. Dit is
niet altijd gemakkelijk, want niet over alle klinische praktijken bestaat er evidentie of er is tegenstrijdige
evidentie. Daarom moet de T goed klinisch kunnen redeneren om zo de juiste technieken en elementen te
selecteren in zijn behandeling, rekening houdend met de noden, wensen en doelstellingen vd P en zijn
omgeving (zorgverleners, familie, mantelzorgers, etc.). Daarom moeten we een goede integratie hebben
van wetenschappelijke evidentie met klinische expertise en rekening houden met de waarden vd P.
1
,KLINISCH REDENEREN IN NEUROLOGISCHE REVALIDATIE
Klinisch redeneren is nodig voor de behandeling bij neurologische P!
Klinisch redeneren
• Informatieverzameling
o Op een subjectieve en objectieve manier.
o Gebruik van gestandaardiseerde uitkomstmaten.
• Hypothesevorming
o Interpretatie en een hypothese vormen.
• Revalidatieplan opmaken
o Het voorgaande implementeren in een revalidatieplan.
• Evalueren en aanpassen.
10 PRINCIPES VAN DE NEUROREVALIDATIE
è Zie handboek
2
,DOELSTELLINGEN VAN DE NEUROREVALIDATIE
RAMP
• R: Recovery
o = Herstellen van beweging en functie
o Niet altijd mogelijk…
• A: Adaptation
o = Adaptatie of compensatie
o Vb. Gebruik van alternatieve bewegingsstrategieën om een taak te volbrengen.
• M: Maintenance
o = Behoud van functie
o Soms dient men te focussen op vermijden van achteruitgang, aftakeling.
• P: Prevention
o = Preventie
o Vb. Preventie van de ontwikkeling van negatieve complicaties, zoals contracturen, zwelling,
atrofie door niet gebruiken lidmaat, …
o Vb. Preventie van recidief na een eerste beroerte
3
, 1B: NEUROPLASTICITEIT
CONDITIO SINE QUA NON VOOR NEUROLOGISCHE REVALIDATIE
HOW THE BRAIN WORKS
Werking van de hersenen gelijk aan de werking van een computer?
Voor een deel kunnen we dit vergelijken. Bij een computer is echter alles voorgeprogrameerd. Een computer
leert niet vanuit zichzelf en past zich niet aan. Dit is iets wat ze tegenwoordig a.d.h.v. artificiële inteligentie meer
en meer proberen te verwezenlijken.
Toch is er nog een groot verschil tussen onze hersenen en computer. De hersenen zijn een levend orgaan, geen
vaste structuur. Onze hersenen bevatten bloedvaten, hersenweefsel, zenuwen, … Dit maakt dat de hersenen
veranderbaar zijn.
Video
• Meest complexe orgaan in het lichaam.
• Container van gedachten en herinneringen.
Verschillende onderdelen met een verschillende functie
• Hersenstam: Oudste deel vh brein, ook wel the reptilian brain genoemd. Het controleert veel essentiële
functies, o.a. hartslag, AH, BD, gevoel honger of dorst, fundamentele emoties (blijdschap, boosheid,
angst, liefde, haat, …).
• Thalamus: Boven hersenstam, toegang tot de hogere corticale regio’s. Alle sensorische informatie
vanuit het lichaam passeert hierdoor en wordt naar de juiste delen vd cortex gestuurd voor verdere
verwerking.
• Hypocampus: Rond de thalamus, cruciaal onderdeel van onze hersenen in verband met het spatial
working memory (Vb. helpt ons herinneren waar we onze sleutels hebben gelaten).
• Cerebrale cortex: Buitenopp. brein, onderverdeeld in verschillende lobben die een verschillende rol
vervullen:
o Occipitale kwab: Visuele cortex, betrokken bij het zicht.
o Pariëtale kwab: Verwerken sensorische info en integreren met visuele info vanuit occipitale kwab.
o Temporale kwab: Centrum van het geheugen en leren, bevat de hypocampus en andere regio’s
die nodig zijn voor de herkenning van verschillende objecten of gezichten.
o Frontale kwab: Ter definiëring van wie we zijn, hogere emoties en persoonlijkheid, taal en
sociaal gedrag, besluitmakingscentrum, bevat nl. de motor cortex dat vrijwillige beweging
controleert.
• Cerebellum: Aan achterzijde, bestaat uit twee lobben, coördinatie centrum voor beweging, maakt
mogelijk om meerdere spiergroepen op een gecoördineerde manier te gebruiken.
4