Deze oefentoets bestaat uit de tijdvakken 1tm10, tijdvakken jagers en boeren, Grieken en romeinen, monniken en ridders, steden en Staten, ontdekkers en hervormers, regenten en vorsten, pruiken en revoluties, burgers en stoommachines, tijd van wereld oorlogen en de tijd van televisie. Deze oefentoet...
Bij oriëntatiekennis gaat het om de beheersing van algemene basiskennis op hoofdlijnen die ingezet
kan worden als achtergrond bij de bestudering van thema’s. Bij de thema’s is dus de toepassing van
oriëntatiekennis aan de orde. Bij het toetsen van oriëntatiekennis op zichzelf gaat het alleen om de
beheersing op het niveau van kennis en begrip. Oriëntatiekennis is algemene kennis op hoofdlijnen
en heeft dus geen betrekking op details, gebeurtenissen, namen, jaartallen, et cetera. Daarom wordt
daar in onze toetsvragen bij oriëntatiekennis ook niet naar gevraagd.
De vragen bij de oriëntatiekennis dekken ‘de leerstof’ van de oriëntatiekennis. Een leerling die de
oriëntatiekennis goed beheerst, zou alle 157 toetsvragen correct moeten kunnen beantwoorden. Wil
men dus de ‘gehele oriëntatiekennis’ toetsen, dan zouden alle 157 vragen gebruikt moeten worden.
Dat kan uiteraard niet in één toetszitting. Daarom moet uit de toetsvragen een keuze gemaakt
worden, afhankelijk van de tijdvakken die men wil toetsen.
Als scorevoorschrift zou uitgegaan kunnen worden van twee punten per vraag, omdat de vragen
ongeveer van gelijke orde zijn. Eén punt zou kunnen worden gegeven bij een gedeeltelijk juist
antwoord en twee punten bij een volledig juist antwoord volgens de modelantwoorden bij de
vragen.
Bij oriëntatiekennis ligt het minder voor de hand om een voldoende te geven als een leerling meer
dan de helft van de punten (51% of 56%) zou hebben gescoord. Men beheerst deze kennis immers
pas ‘voldoende’ als deze ook min of meer ‘in zijn geheel’ wordt beheerst. Een hogere cesuur
(bijvoorbeeld 70% van de punten) zou dus meer voor de hand liggen. Als een toets van –
bijvoorbeeld – twintig vragen (maximumscore 40 punten) zou worden gebruikt, zou een cesuur van
70% betekenen dat de cijferscores als volgt worden vastgesteld:
Wij zijn, zeker bij relatief eenvoudige kennistoetsen, geen voorstanders van het geven van
cijferbeoordelingen met decimalen. Daarmee wordt immers gepretendeerd dat men voldoende basis
heeft om honderd verschillende beoordelingen van de kwaliteit van het werk van een leerling te
kunnen vaststellen. Die graad van precisie heeft een toets doorgaans niet. Wil men echter tóch
cijferbeoordelingen in decimalen geven, dan kunnen bovenstaande intervallen naar rato over de
decimalen worden verdeeld.
1
, FORUM HAVO EN VWO | TOETSVRAGEN
Via de website www.cijferrekenaar.nl kunt u cijfertabellen maken voor elk gewenst aantal maximaal
te behalen punten bij cesuren variërend van 60% tot 80%.
2
, FORUM HAVO EN VWO | TOETSVRAGEN
Toetsvragen
Tijdvak 1
1 Leg uit waarom het voor de hand ligt dat de oudste menselijke bewoners van de aarde een
nomadisch bestaan leidden.
2 Leg uit hoe de gevolgen van de neolithische revolutie tot op de dag van vandaag goed merkbaar
zijn.
3 Leg uit waarom zowel het invoeren van landbouw als het begin van het wonen in steden kunnen
worden gezien als een revolutie.
Tijdvak 2
1 Leg het verschil uit tussen een burger van een Griekse stadstaat en een onderdaan van een vorst in
een oude beschaving.
2 Leg uit wat bedoeld wordt met wetenschappelijk denken.
3 Leg uit wat het begrip ‘klassiek’ inhoudt.
4 Leg uit waarom de Romeinen hun staat ‘republiek’ noemden.
5 Leg uit waarom een wereldrijk als het Romeinse Rijk moeilijk als republiek bestuurd kon worden.
6 Leg uit waardoor de Romeinen ondanks de alleenheerschappij van de keizers toch geen rechteloze
onderdanen werden.
7 Leg uit waarom in de eerste eeuwen van onze jaartelling gesproken kan worden van een Grieks-
Romeinse cultuur.
8 Leg uit of Germanen zich ten opzichte van hun vorsten meer gedroegen als onderdanen of als
burgers.
9 Leg uit waarom de samenwerking tussen Romeinen en Germanen zowel een versterking als een
verzwakking van het Romeinse Rijk kon betekenen.
10 Leg uit hoe tussen 400 en 500 een eind kwam aan de politieke heerschappij van de Romeinen in
West-Europa.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ol6733877. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.