32 geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
33 geslachtscellen
34 hormonen
35 zwanger
36 seksualiteit
38 ongewenst kinderloos
Geschreven voor
Middelbare school
VWO / Gymnasium
Biologie
4
Alle documenten voor dit vak (5514)
Verkoper
Volgen
jenniferdejong3
Voorbeeld van de inhoud
Biologie
Te leren:
o Thema 3 & 4.
2.9 (celdeling):
Cellen reproduceren door middel van celdeling (klein deel van alle processen nodig om te
reproduceren). Na een celdeling zijn uit de moedercel twee dochtercellen gekomen, na deze
reproductie is de moedercel verdwenen. Bij meercellige organismen (dieren, mensen etc.)
specialiseert één van beide dochtercellen zich waardoor het niet meer kan reproduceren (uiteindelijk
gaat de cel dood). Stamcellen zijn de cellen die nog niet gespecialiseerd zijn en ze vormen nieuwe
cellen (voor de groei van het weefsel) zodat dode cellen vervangen worden. Het DNA uit de
chromosomen sturen processen in de cel aan. Bij eukaryoten bevinden de chromosomen zich in de
celkern, een chromosoom (lang en dun) bestaat uit DNA en eiwitten. Sommige chromosomen bij
mensen kunnen wel 2 meter lang zijn. Chromosomen spiraliseren aan het begin van een celdeling; ze
worden korter en dikker (nu zichtbaar met lichtmicroscoop). Na de celdeling despiraliseren ze (niet
meer zichtbaar met lichtmicroscoop).
De celdeling begint met het delen van de kern: mitose (kerndeling). Dan snoert de cel tussen de
kernen in: 2 nieuwe cellen worden gevormd. Na het delen wordt er cytoplasma gevormd en nieuwe
celorganellen gemaakt (plasmagroei). De M-fase is de periode van de celdeling: chromosomen zijn
in deze fase zichtbaar met een lichtmicroscoop. De tijd tussen de 2 celdelingen heet de interfase:
chromosomen zijn in deze fase niet zichtbaar met een lichtmicroscoop. Na de celdeling is iedere
chromosoom van één DNA-molecuul met eiwitten gemaakt (chromatide). Bij de interfase wordt van
elk DNA-molecuul een kopie gemaakt: DNA-synthese/DNA-replicatie, deze fase heet de S-fase. De
plaats waar de kopieën aan elkaar vast zitten heet de centromeer. Na de S-fase bestaat een
chromosoom uit twee chromatiden en twee DNA-moleculen. De periode tussen de M- en S-fase
waarin de chromosoom één DNA-molecuul bevat heet de G1-fase (‘g’ = ‘gap’ (Engels)). De periode
tussen de S- en M-fase waarin het chromosoom uit twee DNA-moleculen bestaat het de G 2-fase. De
interfase is dus: de G1-fase, de S-fase en de G2-fase (op volgorde). Bij de volgende mitose gaat van
iedere chromosoom één chromatide naar de ene kant van de cel en het andere naar de andere kant:
zorgt ervoor dat iedere dochtercel hetzelfde aantal chromosomen heeft (als moedercel).
Mitose kan ook in fases worden gedeeld: aan het begin van de mitose verdwijnt het kernmembraan
terwijl vanuit twee kanten in de cel microtubuli beginnen te groeien. Deze vormen een soort van
koepelfiguur om de chromosomen: de spoelfiguur. Dit begeleidt het uiteengaan van de chromatiden,
bij dierlijke cellen ontstaan deze microtubuli vanuit centrosomen (organellen gemaakt van microtubuli:
lijken een belangrijke rol te spelen bij de organisatie van microtubuli in een cel). De twee chromatiden
bewegen zich naar de andere kant (tegenovergestelde van elkaar) van de cel en vormen hier een
nieuw kernmembraan en er zijn twee kernen ontstaan. Dan snoert de cel zich tussen beide cellen en
worden twee nieuwe cellen gevormd.
3.1 (jongens en meisjes):
De puberteit is de tijd waarin jongens en meisjes volwassen worden. Het loopt ongeveer van 10 tot
17 jaar maar is bij iedereen verschillend. De tijd waarin iemand geestelijk volwassen wordt heet
adolescentie. Meningen verschillen over wanneer dit begint en eindigt, in Nederland wordt gedacht
dat het na de puberteit begint en eindigt tussen 20 en 25 jaar maar sommigen vinden het deels een
onderdeel van de puberteit. Tijdens de puberteit veranderen er lichamelijk en geestelijk dingen, wat
tussen jongens en meisjes verschilt. Dit gebeurt als voorbereiding op de voortplanting en het
zelfstandig worden. Geslachtshormonen (spelen ook een rol bij de voorplanting) reguleren de
geslachtskenmerken. Hormonen zijn chemische stoffen die door hormoonklieren aan het bloed
worden afgegeven en ook via het bloed getransporteerd worden (door het hele lichaam). Cellen die
gevoelig zijn voor dit hormoon reageren op de verandering van de concentratie van dit hormoon (soort
van signaalstoffen dus die een rol spelen bij celcommunicatie). Deze concentratie verschilt per
geslacht.
, Als een embryo een paar weken oud is begint de ontwikkeling van de geslachtsorganen. Hierbij speelt
testosteron een rol. Bij een grote hoeveelheid ontwikkelt het embryo zich tot een jongen en bij weinig
tot een meisje. De primaire geslachtskenmerken zijn de kenmerken die een kind vanaf de geboorte
heeft. Sommigen vinden ook dat de hoeveelheid testosteron andere lichaamsdelen beïnvloed. Tijdens
de puberteit ontwikkelen de secundaire geslachtskenmerken zich. Bij meisjes krijgen ze hun eerste
menstruatie en komen de eerste eicellen vrij, bij jongens ontstaan zaadcellen. Ook dit verschilt per
persoon. Gemiddeld gezien begint de puberteit bij meisjes eerder dan bij jongens. Vaak worden ze
voor het eerste verliefd en krijgen ze seksuele fantasieën. Er is veel variatie maar vaak gedragen
jongens zich stoerder en meisjes zijn meer met hun uiterlijk bezig. Geslachtshormonen beïnvloeden
niet alleen de fysieke maar ook mentale eigenschappen. Mannen en vrouwen scoren gemiddelde
gezien hetzelfde op intelligentie maar de sterkte op verschillende onderwerpen verschilt.
Evolutie: Door voortplanting komen de genen voor eigenschappen (genen die gedrag en uiterlijk
beïnvloeden vooral) die de kans op voortplanting vergroten vaker voor in nakomelingen dan genen die
negatieve gevolgen hebben. Dit komt doordat selectie plaatsvindt die organismen met de gunstigste
eigenschappen laat overleven waardoor bepaalde eigenschappen wel en niet doorgegeven worden.
Dit heet natuurlijke selectie wat een belangrijk onderdeel van de evolutietheorie is. Door deze
geslachtelijke voortplanting (partner is nodig: verleiding speelt een belangrijke rol) worden de genen
van de ouders gemengd. Denk aan een pauw met zijn mooie staart, het is nutteloos om te overleven
maar verleidt velen vrouwtjes. De mannetjes met de mooiste staart paren waardoor deze genen
doorgegeven worden. Seksuele selectie is selectie die plaatsvindt op de grond van eigenschappen
die de kans op overleven vergroten. Dit wordt vaak veroorzaakt bij strijd om de vrouwtjes waardoor de
zwakkeren bijna geen kans hebben om te overleven, vaak zijn mannetjes dan ook veel groter dan
vrouwtjes.
Veel diersoorten (zoals het stekelbaarsje) versieren andere dieren, dit versieren heet de balts. Dit
wordt eigenlijk altijd op dezelfde manier uitgevoerd en vaak hoeft het niet aangeleerd te worden. Bij
stekelbaarsjes wordt de buik van het mannetje roder als hij een best bouwt (in de paringstijd). Het nest
beschouwt hij als territorium en hij jaagt andere stekelbaarsjes weg. Als een vrouwtje in het territorium
komt begint hij heen en weer te zwemmen (‘zigzagdans’), het vrouwtje kan op dit signaal reageren
door de ‘baltshouding’ aan te nemen. Stekelbaarsjes hoeven zich dan ook niet af te vragen hoe ze
voortplanten (er is een ritueel namelijk), bij mensen staat dit niet vast waardoor er variatie is.
Seksueel gedrag is het gedrag dat met seksualiteit te maken heeft. Bij dieren is de balts hier een vorm
van (vergroting op de kans van paarvorming en voorplanting). Het seksueel gedrag bij mensen omvat:
opgewonden raken, strelen, zoenen en geslachtsgemeenschap. Bij kinderen kan het ontdekken van
het lichaam zijn. In de puberteit en adolescentie neemt de ervaring hiervan toe (fysiek en online). Dit
kan gevaarlijk zijn (vooral online) wat de kans op ongewenst seksueel gedrag kan vergroten.
Ongewenst seksueel gedrag komt veel voor (ook op school), dit wordt zo genoemd als degene die het
gebeurt die ongewenst vindt. Vaak is het iemand aanraken en/of opmerkingen maken. Seksueel
geweld (vaak ‘heftiger’) is iemand verleiden of dwingen tot seksuele handelingen.
3.2 (geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting):
Het DNA van een chromosoom bevat veel informatie over de bouw van verschillende eiwitten. Tijdens
replicatie spelen er veranderingen op in het DNA: een mutatie. Hierdoor kunnen kleine verschillen
ontstaan tussen de beide dochtercellen (resultaat van celdeling). Bacteriën planten zich voort door
celdeling, hiervoor vindt DNA-replicatie plaats. Hierna zijn er twee bacteriën ontstaan. Bij gunstige
omstandigheden delen ze zich na 30 minuten al. Hierdoor ontstaan veel nakomelingen (sommige) die
DNA hebben die net iets verschilt van hun moedercel. Hierdoor zijn waarschijnlijk veel verschillende
bacteriën ontstaan.
Prokaryoten en de meeste protisten planten zich voor door middel van delen (ongeslachtelijke
voortplanting). Ook sommige schimmels, planten en dieren kunnen dit. Aardbeienplanten vormen
uitlopers waaruit nieuwe aardbeienplanten ontstaan en poliepen ontstaan door knopvorming.
Bij geslachtelijke voortplanting zijn er 2 organismen nodig wat het meteen moeilijker maakt. Om een
populatie even groot te houden moet een vrouwtje minstens twee nakomelingen voortbrengen die
volwassen worden en zich voortplanten. Als ieder individu gemiddeld twee nakomelingen krijgt
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jenniferdejong3. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.