MODULE PEDIATRIE: KINDERREVALIDATIE
ALGEMENE INLEIDING KINDERREVALIDATIE
Als we kijken naar kinderen die zien we dat alles erin zit, maar nog niet in die mate ontwikkeld is zoals bij
volwassenen ➔ er moeten nog heel wat connecties gemaakt worden. Juiste knoopjes vinden om dingen te
kunnen doen. Heel wat achterliggende problemen die kunnen zorgen voor kind die afgeleid is van opdracht:
planningsproblemen of concentratieproblemen.
Wat doe je als we rechtstaan: eerste is onze voeten juist zetten omdat we dan kunnen opduwen =
automatisme, maar als we iemand vraag stellen wat doe je eerst wanneer je gaat recht staan dan weten we het
antwoordt hierop niet = door de automatisme. We leren op automatisme en leren met vallen en opstaan
Als op moment dat de prikkel in de hersenen is een probleem is dan zal de sturing minder goed zijn en gaat bv
kind hand niet kunnen opsteken. Hierdoor gaat het kind de ervaring niet opdoen en gaat hierdoor vaardigheid
niet beheersen.
Bij kind met planningsproblemen gaat die veel minder makkelijk juiste bakjes opendoen ➔ moet verschillende
doosjes opendoen om weg uit te stippelen = traagheid in verwerking, in school vaak iets trager en leerkracht
zegt dan luistert niet of is niet geconcerteerd.
Invloed van maturatie en van reflexen: we gaan
op jonge leeftijd basisfundamenten leggen
waardoor we specifiek gerichte skills gaan
kunnen leren in volgende fase
Voor deze skills is er een fundamentele basis nodig
1
,BASISVEREISTEN: MOTORIEK
➔ Ritmisch gangpatroon, progressie, evenwichtscontrole, stabiliteit, mogelijkheid tot aanpassen van het
gangpatroon
Kinderen hebben spierkracht nodig, moeten ook kunnen stabiliseren en coördineren en ook evenwicht nodig.
Bij wandelen: Kracht om naar voren te duwen en evenwicht om op een been te staan, stabiliteit van het
bekken en dan coördineren om niet in te vallen ofzo.
SKELETALE ONTWIKKELING: ONDERSTE LIDMAAT
Bij baby’s zien we meer O – benen, op kleuterleeftijd
meer X benen en dan op leeftijd van 8 terug naar
normale benen. Dus als je iemand ziet op
kleuterleeftijd met X benen is dit geen probleem,
maar wel normale ontwikkeling. Als we X – benen
zien bij baby of 12 jarige = wel probleem.
Statistiek van voeten veranderd daar ook bij. Doorzakken van voet = knie meer naar binnen ➔ statiek van voet
heeft effect op houding van knie.
TYPISCHE ONTWIKKELING
Op alle verschillende niveaus van het OL mogelijkheden die ervoor kunnen zorgen dat voet naar binnen staat;
je denkt automatisch is een voetprobleem, maar kan ook vanuit de heup komen dus altijd alles goed gaan
beoordelen. Femurkop wordt gevormd door druk die er in komt = mooie afvlakking van acetabulum ➔
maturatie skelet bij kind is niet zelfde als bij volwassenen. Baby weinig endo en veel exo in de heup en dan
vanaf 4 – 5 jaar 50° endo en 50° exo in de heup.
2
,DEVELOPMENT: BRAIN & STRUCTURES
Menselijk brein kunnen we gaan bekijken als een blok beton
2 manieren om te gaan kijken hoe ontwikkeling tot maturatie
gebeurt:
• Eerst rotsblok dan ouders, therapeuten en leerkracht met
kind aan de slag en aan rotsblok stukje toevoegen ➔ tot figuur komen, gezicht, individu
• Maar ander rotsblok is er altijd gewicht en door te verfijnen en dan beeld vormen ➔ alles was altijd al
aanwezig maar sculpturen tot mooi beeld
Wat is juiste manier om beweging uit te voeren en hoe ouder we worden hoe groter de motorische baan zal
worden. De kleine baantjes verminderen en je ontwikkeld een goeie grote baan. Als je volwassen wordt heb je
ideale manier gevonden om snel recht te staan en snel te gaan draaien, afh van verschillende factoren bv
lichaamsbouw, sport,… wilt niet zeggen dat het ene fout is en het andere niet.. In verleden werd bij kinderen
met CP gezegd kinderen dat ze niet normaal waren, moeten die normaal maken ➔ maar dit is normaal voor
kind, kan je niet aanpassen. Kind als een individu bekijken, door het boetseren dat we zogezegd doet krijg je
niet de uitkomst die je graag wil.
Hoe ga je plannen om ergens te geraken: van plaats A naar plaats B op
verschillende manieren: ene manier is wel efficiënter dan de andere.
Belangrijk is gewoon dat kind op bepaald moment geraakt waar we hem
willen hebben. Manier B kan trager zijn dan A, maar kan bv file zijn op
de route van A waardoor B toch sneller toekomt op de bestemming.
WAT IS KINDERREVALIDATIE: DEFINITIE
Kinderrevalidatie richt zich op kinderen of jongeren die, als gevolg van ziekte of aandoening (vervorven of
aangeboren) en de daaruit voortvloeiende stoornissen in functie en anatomische eigenschappen, problemen
hebben op het niveau van activiteiten en participatie
De problemen uiten zich op diverse domeinen van het gezondheid-gerelateerde fuctioneren en zijn nauw
verweven met de ontwikkeling zelf en de interactie met de omgeving, zoals ouders en gezin.
Stoornissen kunnen functies en anatomische structuren betreffen. Beperkingen en participatieproblemen
kunnen zich op alle domeinen van functioneren voordoen. Stoornissen in de motoriek en beperkingen in de
mobiliteit zijn doorgaans prominent aanwezig.
KINDERREVALIDATIE: DOEL
Het doel van de kinderrevalidatie is optimalisering van participatie. De behandeling houdt rekening met groei
en ontwikkeling en vindt plaats in een pedagogisch kader.
Belangrijke elementen zijn:
• Functioneren: activiteiten en participatie van het kind, in het heden en in de toekomst als volwassene
• Doelgroep: kinderen en jongeren met een ziekte of aandoening met risico op of leidend tot problemen
in activiteiten en participatie
• Doelstelling: optimale participatie
• Randvoorwaarde: pedagogisch kader, passend bij het feit dat het gaat om kinderen in ontwikkeling en
gericht op de omgeving waarin het kind, de jongere functioneert.
3
, KINDERREVALIDATIE: DOELGROEP
Een kind met een ziekte of aandoening wordt bedreigd in zijn groei en ontwikkeling in de breedste zin van het
woord. Aandoeningen die stoornissen in het bewegen veroorzaken kunnen ook gepaard gaan met andere
stoornissen zoals stoornissen in het mentale en zintuiglijke functies.
Stoornissen kunnen leiden tot beperkingen in activiteiten en participatie, niet alleen op ‘mobiliteit’ maar ook
op andere domeinen zoals ‘leren en toepassen van kennis’, ‘communicatie’, ’zelfverzorging’, ’huishouden’,
’tussenmenselijke interacties en relaties’, en ’maatschappelijk, sociaal en burgerlijk leven’.
Doordat het kind groeit en zich verder ontwikkelt, zijn de stoornissen dynamisch zowel qua ernst als qua
uitingsvorm.
WAT IS KINDERREVALIDATIE: DOELSTELLING
Kinderrevalidatie is erop gericht om het kind, daar waar het door ziekte of aandoening in zijn
functioneren beperkt en in zijn groei en ontwikkeling bedreigd is, te begeleiden naar optimaal
finctioneren met een optimale participatie in de maatschappij.
Hierbij gaat het niet alleen om het functioneren in de actuele situatie maar ook om het realiseren
van een zo goed mogelijk functioneren en participeren op het moment dat de volwassenheid wordt
bereikt.
Omdat de ontwikkelingsvragen veranderen, samenhangend met de levensfase van het kind, is de
kinderrevalidatie een dynamisch proces. De begeleiding is dan ook vaak langdurig, waarbij passend
bij de ontwikkelingsfase en per domein de intensiteit van begeleiden kan variëren.
ORGANISATIE KINDERREVALIDATIE: INSTANTIES
Diagnostiek: CLB (motoriek taal en intelligentie), RCA
(referentiecentrum voor autisme, heel specifiek gekeken
naar kenmerken en diagnose van autisme gesteld)
CAR (diagnostiek en revalidatie aanbieden), CP: diagnose
cerebrale parese stellen ook + opvolging, NMRC
(neuromusculaire revalidatiecentrum)
Diagnose en juiste tools gaan aanbrengen voor revalidatie
4
