1. Inleiding
Toenemende vergrijzing door de afnemende vergroening in Nederland
Stijging van de gemiddelde leeftijd leidt tot een toename van het aantal
meldingen van ouderen in de Nederlandse gezondheidszorg
Ouderen zijn binnen alle gezondheidsvoorzieningen en zorgsectoren de
belangrijkste zorgvragers
o Dit zorggebruik is gestegen
Naast een relatieve en absolute toename van het aantal 65+ zijn het ook de
levensfasengebonden eigenschappen van ouderen die een specifieke
psychologische of psychiatrische hulpverlening rechtvaardigen
Enkele kenmerken:
o Hoge prevalentie van syndromen met cognitieve stoornissen met het
toenemen van de leeftijd
Daarbij is de inschatting van normale en pathologische cognitieve
veroudering van belang voor de aard van de GGZ-interventie
o Lichamelijke co-morbiditeit speelt een rol
Bv. voorgeschreven medicatie
o Functionele veranderingen, zoals veranderingen in zintuigfunctie,
evenwicht en mobiliteit
Deze veranderingen zijn van invloed op het dagelijks functioneren
1
, Zo kunnen problemen ontstaan bij zelfverzorging, huishouden en
sociale contacten
Belangrijk aspect in het behandelbeleid
o Levensfaseproblemen: pensionering, verandering van eigen gezondheid of
verlies van autonomie
Persoonlijkheidskenmerken en een opeenstapeling van individuele
levenservaringen, ingebed in een bepaalde sociale en fysieke context en
getekend door historische gebeurtenissen maken dat ouderen bij uitstek een
heterogene groep vormen
Dit compliceert het diagnostisch proces bij ouderen
2. Belangrijke (test)diagnostische aspecten bij ouderen in GGZ
2.1. Psychische aandoeningen bij ouderen
Doel hiervan is het conceptuele belang van een geriatrisch subclassificatie in
het diagnostisch proces te onderstrepen.
Net als bij jong volwassenen heeft 1 op de 4 ouderen een psychische stoornis
De meest voorkomende zijn de cognitieve stoornissen
o Bv. ziekte van Alzheimer of vasculaire dementie
Mild cognitive impairment = uitval op één cognitief terrein (veelal geheugen)
o Een deel van de MCI patiënten heeft een preklinische vorm van dementie
Een hoge leeftijd en een reeds bestaande dementie vergroten de
kwetsbaarheid voor het ontwikkelen van delier
2.1.1. Delier
Delier = ernstig, in principe reversibel ziektebeeld, waarbij plotseling cognitief
disfunctioneren ontstaat, met een bewustzijnsstoornis als centraal kenmerk.
Het is een uiting van diffuse ontregeling van hersenfuncties door een
lichamelijke oorzaak of medicatie
3 verschijningsvormen:
o Hyperactieve-hyperalerte delier = waarnemingsstoornissen,
overgevoeligheid van licht en geluid evenals gestoord slaap-waakritme en
angstig-onrustig gedrag
o Hypoactieve-hypoalerte delier = apathisch
“Stil delier”
Wordt vaak in de praktijk over het hoofd gezien
o Mengbeeld = periodes van hyper- en hypoactiviteit wisselen elkaar af
2.1.2. Psychosen
Kent veel variaties
Zeer laat ontstane schizofrenie (na het 60ste levensjaar)
2
, Klinisch beeld wordt bepaald door paranoïde wanen en hallucinaties en
minder door gedesorganiseerde vormen en negatieve symptomen
Er wordt ook meer stemmingsontregeling gesignaleerd in de vorm van angst-
en depressieve symptomen of agitatie en verwardheid
De (paranoïde) waan is bij de laat ontstane vorm van schizofrenie het
kernfenomeen
Partitie waan = waan die meer specifiek optreedt en die vaker voorkomt
o Bv. de overtuiging dat mensen, voorwerpen of stralen door o.a. muren of
plafonds het huis binnen komen
Ouderen schizofrenen presteren slechter op neuropsychologische testen
2.1.3.
Depressieve aandoeningen
Komt bij ouderen vaak voor
“Beperkte depressie” = dit betreft in totaal 2 tot 4 depressieve symptomen
Depressieve stoornis = minimaal 5 symptomen
De prevalentie van de beperkte depressie lijkt toe te nemen met de leeftijd en
die van depressieve stoornis neemt af met de leeftijd
Depressie bij ouderen en jongeren hebben geen andere klinische presentatie
Bij vasculaire depressie (= afwijkingen in de witten stof van de hersenen) is
mogelijks wel sprake van een ander klinisch beeld
o Het belangrijkste verschil is dat de depressieve stemming minder op de
voorgrond staat en dat de remming (apathie, traagheid) juist meer centraal
staat evenals cognitieve problematiek, met name in de uitvoerende
functies
2.1.4. Angststoornissen
Specifieke fenomenologie op latere leeftijd
Ouderen zijn vaak bang voor andere situaties of stimuli vergeleken met
jongere volwassenen en specifieke ouderdomsangsten zijn bijvoorbeeld de
val- en vergeetfobie
Gegeneraliseerde angst komt vaker voor bij ouderen dan bij jongeren
Specifieke angstsymptomen op latere leeftijd: angstige stemming,
gespannenheid en diffuse somatische klachten (duizeligheid en beven)
2.1.5. Persoonlijkheidsstoornissen
De manifestatie kan op latere leeftijd anders zijn
Vooral voor de cluster B
o Antisociaal, borderline, theatraal of narcistisch vertonen veelal een afname
van agressief en impulsief gedrag en een toename van hypochondere en
depressieve klachten
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Jenvdevo. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.