ALGEMENE FARMACOLOGIE 1
1 Wet op privacy
1.1 Beroepsgeheim
1.1.1 Wat is beroepsgeheim?
• = personen met bepaalde functies mogen niks bekendmaken van wat hen in hun
functie verteld werd
o Beroepsgeheim blijft gelden, ook wanneer de vertrouwensrelatie beëindigd
is of als de arbeidsovereenkomst afgelopen is!
o Beroepsgeheim valt onder 2 groepen:
▪ Gezondheids- en welzijnsberoepen (waar wij als vroedvrouw onder
vallen)
▪ Politieagenten
1.1.2 Wat valt er onder beroepsgeheim?
• Alles wat nadrukkelijk of stilzwijgend aan de vertrouwenspersoon werd
toevertrouwd
• Alle informatie die gezien of gehoord wordt
• Informatie over derden
• Fabrieksgeheimen, zoals de formule van een geneesmiddel
• Je schendt het beroepsgeheim wanneer je (on)opzettelijk geheimen bekendmaakt,
dus ook wanneer het niet de bedoeling is om iemand schade of nadeel te
berokkenen!
o Hoe een geheim kenbaar gemaakt wordt, is niet van belang
1.1.3 Uitzonderingen op beroepsgeheim
• Voor een rechtbank of een parlementaire onderzoekscommissie, als het onderzoek
dat vereist
• Bij ouders v minderjarige, aangezien zij aansprakelijk zijn en beslissingsrecht hebben
over fundamentele aspecten vd opvoeding zoals onderwijs en gezondheid
(minderjarige abortus hoeven ouders niet op de hoogte worden gesteld, i.v.m.
bescherming voor de minderjarige)
• Als de betrokken persoon akkoord gaat, wilsonbekwaam is of er een noodsituatie
dreigt
• Om leidinggevenden op de hoogte te brengen; zo bestaat er een gedeeld
beroepsgeheim als de leidinggevende ook deelneemt aan de hulpverlening
1.1.4 Wat als je beroepsgeheim schendt?
• Je kan gestraft worden met gevangenisstraf v 8 dagen tot 6 maanden en met
geldboete v 100 tot 500 euro
o Terug te vinden in art. 458 in strafwetboek in België
1.2 Beroeps- en competentieprofiel van de vroedvrouw
• Diploma vd vroedvrouw is Europees!
o Taken in ander land kunnen dus beetje verschillen
1
,1.2.1 Internationaal uitgangspunt vroedvrouw
• De vroedvrouw wordt internationaal omschreven als een persoon die:
o Geslaagd is voor een opleidingsprogramma tot vv dat erkend is in het land
waar de opleiding georganiseerd wordt en gebaseerd is op de ICM (Essential
Competencies for Basic Midwifery Practice and the framework of the ICM
Global Standards for Midwifery Education)
o De nodige kwalificaties bezit om erkend en/of wettelijke bevoegd te zijn om
het beroep v vv uit te oefenen en de titel v ‘vroedvrouw’ te gebruiken
o Haar bekwaamheid in de uitoefening vh beroep v vv aantoont
1.2.2 Definitie Belgische vroedvrouw
• Gezondheidszorgbeoefenaar die medisch verloskundige zorg verleent tijdens
preconceptie, zwangerschap, arbeid, bevalling, kraambed en eerste levensfase vh
kind
• Normaal verlopend reproductief en perinataal proces werkt de vroedvrouw
autonoom, anders onder bewaking arts
• Detecteert fysische en psychosociale risico’s bij moeder en kind + verwijst door
indien nodig
• Dringend situaties => noodzakelijke handelingen uitvoeren in afwachting vd
deskundige
1.2.3 Competenties van de vroedvrouw
• Onderstaande competenties worden niet letterlijk gevraagd op de toets, wel moet je
ze alle 11 kunnen noemen en kort kunnen beschrijven en herkennen!
1.2.3.1 Competentie 1: Bewaker vd fysiologische zwangerschap, arbeid en het
postpartum
• Diagnosticeert, begeleidt, bewaakt en bevordert fysiologische processen
• Promoot, ondersteunt en begeleidt borstvoeding
• In een normaal verlopend proces worden er autonome handelingen uitgevoerd,
verricht de bevalling en schrijft noodzakelijke medicatie voor
1.2.3.2 Competentie 2: Evaluator van risicosituaties
• Evalueert situaties en let altijd op mogelijke risico’s
• Vraagt onderzoeken aan, voert deze uit en interpreteert en rapporteert resultaten en
onderneemt nodige actie
• Verwijst gepast door naar artsen en andere gezondheidszorgverleners
• Voert in urgente situaties en in afwachting vd arts een neonatale reanimatie uit, een
bevalling bij stuitligging, een manuele placentaverwijdering en eventueel een
inwendig baarmoederonderzoek
• Samenwerker bij pathologie met de arts
• Voert de opname uit v zwangere met risico’s en/of complicaties en/of
fertiliteitsproblemen en verleent de goede zorg
• Voert de opname uit vd pasgeborene met risico’s en/of complicaties in
samenwerking met artsen en andere gezondheidszorgverleners en verleent de goede
zorg
• Verleent adequate begeleiding aan de ouders en gezin in opnamefase, hospitalisatie
fase, voorbereiding naar ontslag en bij overlijden
• Voert de opname uit v vrouw met gynaecologische problemen in samenwerking met
artsen en andere gezondheidszorgverleners en volgt ze op
2
,1.2.3.3 Competentie 3: Samenwerker bij pathologie
• Verleent adequate zorg en begeleiding in verhoogde risicosituaties of bij complicaties
in samenwerking met de arts en onder diens verantwoordelijkheid
1.2.3.4 Competentie 4: Bewaker vd psychosociale situatie
• Situeert de vrouw en haar omgeving in een bepaalde context (familiaal,
maatschappelijk en psychosociaal)
• De vroedvrouw speelt gericht op die bepaalde context in
• Verwijst de vrouw indien nodig door naar de vereiste zorgverlener
• Respecteert diversiteit en interculturele beleving
1.2.3.5 Competentie 5: Gezondheidspromotor
• Geeft informatie en advies binnen haar domein
• Stelt specifieke preventieve maatregelen
• Organiseert autonoom interventiemethoden en evalueert de impact op het
gezondheidsgedrag
• Sensibiliseert jongeren voor het belang v preventie voor de reproductieve
gezondheid (vruchtbaarheid, seksualiteit, relatievorming en preconceptionele zorg)
1.2.3.6 Competentie 6: Teamplayer, communicator en coördinator
• Luistert aandacht en communiceert met zorgvragers en zorgverleners
• Kent structuren vh gezondheidssysteem en andere organisaties die betrekking
hebben tot gezondheid
• Kent en respecteert bevoegdheden en competenties v gezondheidszorgbeoefenaars
met wie zij samenwerkt
• Overlegt en werkt interdisciplinair samen om continuïteit en efficiënte zorg te
garanderen
• Voert administratieve, organisatorische en coördinerende taken uit in een intra-
en/of extramurale structuur
• Rapporteer correct (mondeling en schriftelijk)
1.2.3.7 Competentie 7: Bewaker vh juridisch kader en deontologische code
• Verdedigt welzijn v moeder en kind
• Handelt en reflecteert vanuit een ethisch referentiekader
• Geeft advies en ondersteuning bij het nemen v ethische beslissingen
• Handelt volgens de juridische en deontologische (plichtenleer/beroepsethiek)
normen en regels
1.2.3.8 Competentie 8: Kwaliteitspromotor
• Kan persoonlijke visie bewaken + bevorderen v kwaliteitsvolle zorg onderbouwen +
verwoorden + doorgeven naar andere professionals en beleidsmedewerkers
• Handelt naar de kwaliteitsnormen
• Profileert zich correct als vroedvrouw binnen maatschappij
• Analyseert kritisch de zorgverlening + nieuwe tendensen + wetenschappelijke
inzichten
• Vroedvrouw werkt constructief mee aan ontwikkeling + implementatie + evaluatie v
innovatieprojecten
• Vroedvrouw beschikt over kennis om beheers- en beleidstaken op te nemen
1.2.3.9 Competentie 9: Evidence-based gezondheidszorgverlener
• Initieert onderzoek en is in staat om een antwoord te formuleren op een afgebakend
probleem
• Reflecteert en handelt vanuit “evidence-based medicine/midwifery practice”
3
, • Werkt mee aan registratie v gegevens die als doel hebben de perinatale
zorgverlening te optimaliseren
• Draagt bij tot het delen v resultaten v onderzoek
1.2.3.10 Competentie 10: Coach
• Coacht en begeleidt collega’s en studenten v eigen en andere disciplines om een
kwaliteitsvolle zorg te waarborgen
• Vroedvrouw is een mentor voor studenten + collega’s
• Geeft mondelinge + schriftelijke feedback aan studenten + collega’s
• Gedraagt zich als rolmodel voor studenten, collega’s en gezondheidszorgverleners v
andere disciplines
1.2.3.11 Competentie 11: Professionele gezondheidszorgverlener
• Reflecteert kritisch op de eigen professionele deskundigheid
• Stelt een adequaat persoonlijk ontwikkelingsplan op en voert dit uit
• Volgt professionaliseringsactiviteiten in het kader vh levenslang leren en conform de
wetgeving
o 75 uur bijscholing in 5 jaar moet je volgen om je diplome te behouden!
• Werkt mee aan de profilering en professionalisering v haar beroep, onder andere via
de beroepsorganisaties in binnen- en buitenland
1.3 Bescherming van persoonsgegevens
• = bescherming v alle gegevens die rechtstreeks of onrechtstreeks naar een persoon verwijzen
• Als vroedvrouw moeten we de zwangere, bij voorkeur schriftelijk, een papier laten tekenen
over de verwerking v haar gegevens (een mail of bericht is ook een vorm v toestemming) =>
zo mag je enkel informatie delen met andere vroedvrouwen of gynaecologen als er
toestemming is vd cliënt (= informed consent)
• We mogen ook alleen persoonsgegevens verwerken als wij daar een passend systeem voor
hebben, waar we de vertrouwelijkheid kunnen waarborgen (geen dossiers in de wachtkamer
bv)
o Wanneer je mail stuurt naar cliënten, zorg ervoor dat je geen andere cliënten in CC
hebt staan, anders kunnen zij zien wie er cliënt is bij jou en wat die persoon heeft
o We moeten ook een officiële melding doen indien onze laptop met daarop
patiëntengegevens is gestolen of gehackt, zo kunnen de personen waarvan gegevens
verspreid kunnen worden, worden ingelicht
1.3.1 Verhoogde bescherming bij verwerking v gevoelige info
• Bij bijzondere categorieën v persoonsgegevens zoals:
o Ras of etnische afkomst
o Politieke opvattingen, religieuze of levensbeschouwelijke overtuigingen of
het lidmaatschap v vakbond
o Genetische gegevens zoals DNA
o Biometrische gegevens met het oog op unieke identificatie zoals
vingerafdrukgegevens
o Gezondheidsgegevens
o Gegevens met betrekking tot iemands seksueel gedrag of seksuele
geaardheid
o Persoonsgegevens betreffende strafrechtelijke veroordelingen en strafbare
feiten
4