THK1 - Examenvragen Algemene weefselleer (Deel 1): (2021-2022)
(module 1-14):
Open vragen (leg uit a.d.h.v. een tekening en geef de nodige uitleg):
MOD 1
1. Vergelijk conventionele lichtmicroscopie met de transmissie elektronenmicroscopie
(TEM). Wat kan je met beide technieken onderzoeken? Hoe moet het te onderzoeken
weefsel voorbewerkt worden voor deze methoden en waarom?
Soort Conventionele lichtmicroscopie TEM
(zichtbaar licht (fotonen) gebruikt) elektronen door het object heen
Licht valt ofwel op het object zelf en geschoten en opgevangen op een
wordt weerkaatst, ofwel doorvallend gevoelige plaat.
licht gebruikt) Plaatsen waar preparaat dikst is →
meeste verstrooiing van
Zie tekening in schrift elektronen → aantal elektronen
vastgelegd op plaat is kleiner →
gevormde beeld is donkerder
Zie tekening in schrift
Resolutie Tot 0,2 µm (haar, bloedcel en Tot 0,1 nm (bloedcel, bacterie,
bacterie) → cellulaire structuur virus, DNA, glucose en atoom) →
ultrastructuren, intracellulaire
structuren
Voorbewerking 1. Bewaren en fixeren weefsel Zeer dunne coupes (~1µm)
a) invriezen (enzym activiteit van moeten gemaakt worden met
eiwitten vertraagd) diamantmes/glasmes. Hiervoor
b) fixeren (enzymen irreversibel worden fixeerde weefsels ingebed
geïnactiveerd) in hard materiaal, doorgaans
2. Vervaardigen weefselsneden epoxyhars.
(coupes)
a) versnijden en insluiten
b) impregneren met paraffine
c) gieten vd paraffineblok
d) snijden van 2-5 mm coupes →
draagglaasjes → monteren
3. Kleuren van paraffinecoupes
4. Afdekken
1
,Reden Weefsel wordt zo bewaard dat er Het geringste weefselverval gaat
geen chemische/structurele dan ook zichtbaar zijn, en het te
verandering is. onderzoeken weefsel minder goed
beoordeelbaar maken. Al enkele
Afbraakprocessen, door intrinsieke minuten nadat cellen gescheiden
en externe factoren, w zoveel raken van hun bloedvoorziening
mogelijk afgeremd/voorkomen. treedt er osmotisch zwelling op
van mitochondria en
De macromoleculaire structuur w zo endoplasmatisch reticulum. Een
intact mogelijk gehouden. goede en snelle fixatie zijn dan
ook cruciaal.
Verteringsprocessen w afgeremd
door weefsel fixeren of invriezen
waardoor ook groei van micro-
organismen uitgeschakeld wordt.
2
,2. Bespreek de “fixatie” aan de hand van formaldehyde en glutaraldehyde bij de
staalpreparatie voor histologie. Voor welke histologische methoden worden deze
gebruikt?
Lichtmicroscoop: Verteringsprocessen worden afgeremd waardoor ook groei van micro-
organismen stopt.
Weefsel wordt ondergedompeld in fixatievloeistof (fixator)
→ covalente bindingen w gevormd met N-terminale groepen van eiwitten = “crosslinking”
→ de eiwitten worden op die manier aan het cytoskelet en hun interagerende eiwitten
vastgehecht
→ structuur blijft zoveel mogelijk bewaard
→ meeste enzymen verliezen hun enzymatische werking
- Duur varieert van 2h tot 24h, afhankelijk van grootte materiaal, en gebruikte methode van
fixatie en fixator.
- Hoeveelheid fixator moet minimaal 5x het volume van weefsel zijn.
- Formol= waterige oplossing op basis van formaldehyde, meest gebruikte fixator.
Elektronenmicroscoop:
- Goede en snelle fixatie cruciaal
- Kwaliteit afhankelijk van grootte weefselfragment gebruikte fixator
- Fragmenten maximum 1-2 mm groot
- Fixatie gebeurt in gekoelde (4°C) glutaaraldehyde
→ 2e fixatie in osmiumtetroxide (OsO4) om vetten te bewaren (o.a. door oxidatie van
onverzadigde vetten)
→ extra ‘gewicht’ w toegevoegd aan welbepaalde locaties weefsel, zodat deze beter zichtbaar
is in een elektronenmicroscoop.
3
, 3. Geef de gelijkenissen en verschillen tussen immunohistochemie en
immunofluorescentie.
Zie tekening in schrift.
Immunohistochemie Immunofluorescentie
Verschillen - De antilichamen die in de test - is een type IHC
worden gebruikt, worden gelabeld - De antilichamen die in de test
met behulp van chemicaliën of worden gebruikt, worden gelabeld
radioactieve elementen voor met fluorescerende kleurstoffen of
detectie. fluorescerende eiwitten voor
- minder nauwkeurig detectie.
= aantonen en lokaliseren van een - nauwkeuriger
antigeen met behulp van specifieke Antigen wordt gedetecteerd
antistoffen in weefselcoupes. waarbij primaire antistof wordt
Wanneer een bepaald antigen in de gekoppeld aan fluorfoor, die na
weefselcoupe aanwezig is, zal een beschijnen met licht van juiste
hiertegen gericht antistof een golflengte fluorescent licht zal
immuuncomplex vormen thv dit uitstralen. Voordeel is dat
antigen. gemakkelijk verschillende
Enzymatische reactie zorgt voor antigenen op eenzelfde slide
detectie. kunnen worden gevisualiseerd,
Deze immuuncomplexen zijn niet door verschillende fluoroforen die
zichtbaar; dit moet aangetoond verschillende kleuren licht
worden door het antistof bv te uitzenden te gebruiken.
binden met een fluorescerend
molecule (zie rechts)
Gelijkenissen Eenvoudige en snelle 1 of 2 stap techniek
Antigeen-antilichaam techniek
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper THKkoruk. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €20,98. Je zit daarna nergens aan vast.